2023- JvO3 formuleerfouten

1 / 29
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

In deze les zitten 29 slides, met tekstslides.

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

Maak:
Oefening 9 en 10 (alle formuleerfouten door elkaar)
Extra oefeningen verwijswoorden 1 t/m 4

Klaar? Controleer je antwoorden

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Vandaag

Foutieve beknopte bijzin

Foutieve samentrekking


Je weet hoe je een foutieve beknopte bijzin en een foutieve samentrekking kunt herkennen en verbeteren.

Slide 8 - Tekstslide

3 vragen:

Hoe herken je een bijzin?

Wanneer is die bijzin beknopt?

Wanneer is hij goed of fout?

Slide 9 - Tekstslide

1) Hoe herken je een bijzin?

De jongen dacht dat hij zijn boek vergeten was. 

Omdat hij zenuwachtig was, keek hij niet goed uit.

Bijzin: OW en PV kunnen gescheiden worden.

Slide 10 - Tekstslide

2) Wanneer is die bijzin beknopt?

Genietend van het uitzicht, nam hij een slokje van zijn koffie.

Beknopte bijzin: Geen OW en PV aanwezig. Het OW uit de hoofdzin is gelijk aan het (verborgen) OW in de bijzin.




Slide 11 - Tekstslide

3) Wanneer is de beknopte bijzin goed of fout?

  1. Na koffie gedronken te hebben, reed de bus weer verder.
  2. De kerstversiering van mijn vrouw, hangend aan de keukenmuur, leek er elk moment af te vallen. 
  3. Verdiept in een boek , viel mijn oog op een moeilijk woord.
Foutieve beknopte bijzin: OW van de hoofdzin komt niet overeen met verborgen OW uit de bijzin. 

Slide 12 - Tekstslide

Check bij een beknopte bijzin...

Of het onderwerp (OW) dat bedoeld wordt in de bijzin gelijk is aan het onderwerp in de hoofdzin. 

Is dat niet het geval, dan is er sprake van een foutieve beknopte bijzin. 

Slide 13 - Tekstslide

Samentrekking
De man koopt een bos bloemen.
De man geeft hem aan zijn vrouw.


Claudia had een ijsje gegeten.
Judith had een patatje gegeten. 

Slide 14 - Tekstslide

Samentrekking
Een samentrekking is een samenvoeging van twee zinnen, waarbij zinsdelen of woorden zijn weggelaten. 

Onthoud: samentrekkingen
  1. moeten dezelfde betekenis hebben;
  2. moeten dezelfde vorm hebben (in hetzelfde getal staan);
  3. ze moeten dezelfde grammaticale functie hebben.

Slide 15 - Tekstslide

Voorbeelden onjuiste samentrekking
  • De man is vorig jaar getrouwd en sindsdien erg ongelukkig.
 
  • Het eten is bijna klaar en kun je straks uit de oven halen.

  • Die boer houdt kippen en van zijn vrouw. 

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Tekstslide

Wat is samentrekking?
In een samengestelde zin (zin met meer persoonsvormen) kun je vaak in het tweede deel dezelfde woorden weglaten.

De schoolstewards letten goed op rommelmakers en (-) kunnen zelfs een bonnetje schrijven bij overtreding.
 

Slide 19 - Tekstslide

Drie voorwaarden
Dat weglaten mag alleen als aan drie voorwaarden is voldaan.
De woorden moeten:

1.  dezelfde functie hebben (ow, lv, hww enz.)
2. dezelfde betekenis hebben
3. hetzelfde getal hebben (enkelvoud-meervoud)

Slide 20 - Tekstslide

Voorbeelden
1.  Marleen had drie massages gehad en (-) (-)nog steeds pijn in
    haar rug.

Marleen mag je weglaten
had niet:  in deel 1 is de functie van had: hww  in deel 2: zww

2. Thrillers interesseren me niet en lees ik dus niet. (ow-lv)

 

Slide 21 - Tekstslide

Voorbeelden
3. In onze straat wordt een verkeersdrempel aangelegd (-) (-) en
    huizen gebouwd.

In onze straat mag weggelaten worden
enkelvoud - meervoud werkwoord


 

Slide 22 - Tekstslide

Voorbeelden
4. Hij gaf haar een cadeau, maar zij niet meer om hem.

geven om iemand betekent iets anders dan iets aan iemand geven

Slide 23 - Tekstslide

Hoe ga je te werk
1. Noteer de woorden die in het tweede deel zijn weggelaten.

2. Bepaal welke functie, welke betekenis en welk getal het 
    weggelaten zinsdeel heeft in het eerste deel van de zin.

3. Bepaal welke functie, welke betekenis en welk getal het 
     weggelaten zinsdeel heeft in het tweede deel van de zin.

Slide 24 - Tekstslide

4. Stel vast of de samentrekking correct of fout is.

5. Wanneer een weggelaten zinsdeel niet aan alle drie 
     voorwaarden voldoet, plaats je dat zinsdeel alsnog in het 
    tweede deel van de zin.

Slide 25 - Tekstslide

Voorbeeld
Drie lopers werden door de hitte onwel (..) en daarom naar het ziekenhuis gebracht.

stap 1:  Drie lopers, werden

stap 2:  Drie lopers -> ow -> meervoud 
                werden -> pv in ng /werden [onwel] = kww = meervoud
               

Slide 26 - Tekstslide

stap 3:  Drie lopers -> ow -> meervoud -> zelfde betekenis
                 werden -> pv in wg (hww  werden gebracht) ->                                    meervoud -> zelfde betekenis

stap 4:  Drie lopers = correct
                 werden = onjuist

Slide 27 - Tekstslide

stap 5: Verbeteren van de zin:

Drie lopers werden door de hitte onwel en werden daarom naar het ziekenhuis gebracht.

Slide 28 - Tekstslide

huiswerk woensdag 
h. 5 FORMULEREN (blz. 213 en 214)

leren de groene tekst blz. 213
maken opdracht 2 blz. 214

Slide 29 - Tekstslide