H1 WEEK 3 chap. 2 Bron C (+ D in ander LessonUp) (KLAAR)

1 / 35
volgende
Slide 1: Tekstslide
FransMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

In deze les zitten 35 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

              Startklaar
  • Op je plek zitten 
  • Telefoon in het Zakkie 
  • Jas over de stoel, oortjes in de tas, tas op de grond
  • Schoolspullen op tafel: Boek, Chromebook, JdW-map, etui 
timer
3:00

Slide 2 - Tekstslide

1. Startklaar
Bij de start van iedere les verwelkomt de docent de leerlingen bij de ingang van de deur, noemt leerlingen bij naam, maakt oogcontact en besteedt aandacht aan hun welbevinden. De docent geeft het goede voorbeeld en spreekt hoge verwachtingen uit voor het verloop van de les door succescriteria op gewenst gedrag, schooltaal en effectief leren te benoemen. De leerlingen zijn startklaar: ingelogd in LessonUp, telefoons opgeborgen in het Zakkie, en JdW-map op tafel.
Plattegrond ZH1A

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Plattegrond ZH1B

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Plattegrond ZV1A

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

           Leerdoelen
1. R Ik ken 10 woorden die met eten en drinken te maken hebben.
2. T1 Ik kan een menukaart begrijpen.
3. R Ik ken de uitgangen van een regelmatig werkwoord op -er.

Slide 6 - Tekstslide

3. Leerdoelgericht werken
De docent geeft het onderwerp, RTTI geformuleerde leerdoelen en de lesopbouw aan. De docent weet de leerdoelen goed te laten aansluiten bij de voorkennis en het (taal)niveau van de leerlingen. Gedurende de les wordt continu een terugkoppeling naar de leerdoelen gemaakt om de mate van beheersing te controleren.   
Vorige les

Slide 7 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

kernwoorden
regelmatig
stam
infinitief
uitgang
heel werkwoord
persoonsvorm
onderwerp
e
es
e
ons
ez
ent
regel toepassen

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Schrijf de stam op van: oublier, acheter, créer, aider, arriver.

Slide 9 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Schrijf de uitgangen van de présent op. Dus je + e etc.

Slide 10 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Elle ........... une belle chanson.
A
chante
B
chantes
C
chantons
D
chantent

Slide 11 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Vous ...... au restaurant ce soir?
A
mange
B
mangent
C
manges
D
mangez

Slide 12 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Tu ..... ta mère à la cuisne.
A
aide
B
aident
C
aides
D
aidez

Slide 13 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Je (regarder) un film.

Slide 14 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

nous (aller) au restaurant ce soir.

Slide 15 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Tu (aimer) les frites?

Slide 16 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Il (adorer) les hamburgers.

Slide 17 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Elles (dessiner) un mouton.

Slide 18 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Les mots de la semaine 50
Manger
La glace
Détester
Donc
Arriver
Préférer
Aimer
Ça coute
Cher
Je prends
Je voudrais
bon / bonne

eten
het ijs(je)
een hekel hebben aan
dus
aankomen
liever hebben
leuk / lekker vinden
dat kost
duur
ik neem
ik wil graag
lekker

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Les mots de la semaine 2
Le supermarché
Le sac
Le fromage
Le poisson
La viande
Le poulet
La crêpe
Les légumes
Le lait
L’eau
L’entrée-Le plat principal-Le dessert

de supermarkt
de tas
de kaas
de vis
het vlees
de kip
de pannekoek
de groentes
de melk
het water
het voorgerecht - het hoofdgerecht - het toetje

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

blz. 58

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Instructie 
Chapitre 2
Bron B (huiswerk)
9, 10abc, 12a

Bron D
Ex. 16abc



Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

p. 66 - 69

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 26 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 27 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

p. 67

Slide 28 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

           Leerdoelen
1. R Ik ken 10 woorden die met eten en drinken te maken hebben.
2. Ik kan iets te eten en te drinken bestellen op een terras.
3. R Ik kan een werkwoord dat op er eindigt gebruiken.

Slide 29 - Tekstslide

3. Leerdoelgericht werken
De docent geeft het onderwerp, RTTI geformuleerde leerdoelen en de lesopbouw aan. De docent weet de leerdoelen goed te laten aansluiten bij de voorkennis en het (taal)niveau van de leerlingen. Gedurende de les wordt continu een terugkoppeling naar de leerdoelen gemaakt om de mate van beheersing te controleren.   
Les mots de la semaine 3
la boulangerie
le pain
le croissant
la baguette
le coca
acheter
la carte
l'addition
d'accord
mais
et 
avec

de bakker
het brood
de croissant
het stokbrood
de cola
kopen
de kaart
de rekening
oke
maar
en
met

Slide 30 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

ex. 13a
Bron C
p. 70-71

Slide 31 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Phrases clé À la terrasse

Slide 32 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 33 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

ex. 15

Slide 34 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 35 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies