10.3 PARADIGMA'S EN SOCIALE ONGELIJKHEID

Paragraaf 10.3
1) herhaling paradigma's in het algemeen
2) nieuw paradigma's en sociale ongelijkheid
1 / 38
volgende
Slide 1: Tekstslide
MaatschappijwetenschappenMiddelbare schoolvwoLeerjaar 5

In deze les zitten 38 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Paragraaf 10.3
1) herhaling paradigma's in het algemeen
2) nieuw paradigma's en sociale ongelijkheid

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat voor cijfer geef je jezelf als het gaat over de kennis van de 4 paradigma's?
010

Slide 2 - Poll

Deze slide heeft geen instructies

Wat heeft deze foto met
paradigma's te maken?

Slide 3 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

PARADIGMA=
een wetenschappelijke bril om op een bepaalde manier 

beschrijvingen en verklaringen 
te kunnen geven 
aan maatschappelijke verschijnselen

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

wat weet je nog van het rationele actor paradigma?

Slide 5 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Aannames van het 
rationele actor paradigma
  • om doelen te bereiken en/of voor nutsmaximalisatie wegen actoren doelgericht handelingsmogelijkheden tegen elkaar af met een rationele afweging van kosten en/of baten;
  • rationeel handelen van actoren ordent de samenleving, doordat dit gedrag resulteert in sociale en politieke verhoudingen en bindingen;
  • individuele en collectieve rationaliteit kunnen verschillen, wanneer individuele rationele handelingen onbedoelde gevolgen hebben voor het collectief. 

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Waar hoort
rationele actor
paradigma?
A
A
B
B
C
C
D
D

Slide 7 - Quizvraag

De focus ligt op 'conflict'; men is van mening dat conflicten horen bij de samenleving zoals conflicten tussen arm en rijk, of tussen religies, of tussen ouders en kinderen. De basis is 'strijd'. 
Rationele actor paradigma en Sociale ongelijkheid
Sociale ongelijkheid 
is 
het gevolg van keuzes 
die individuen maken
 om 
hun eigen nut te maximaliseren 

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Welke uitspraak past het beste bij het rationele actor paradigma?
A
Sociale ongelijkheid kan nuttig zijn in de samenleving
B
Ongelijkheid is de kern van de samenleving
C
Ongelijkheid is gebaseerd op interacties tussen mensen
D
Ongelijkheid is het gevolg van individuele keuzes

Slide 9 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

wat weet je nog van het conflict paradigma?

Slide 10 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Aannames van het conflict paradigma
  • Er is weinig overeenstemming over waarden en normen tussen verschillende groepen
  • Ongelijkheden in de samenleving zijn het gevolg van machtsverschillen;
  • Ongelijkheden leiden uiteindelijk tot tegenstellingen, conflicten of strijd;
  • Strijd kan resulteren in het verdwijnen van ongelijkheden door de afschaffing van de oude machtsmiddelen of de herverdeling van de hulpbronnen/goederen; 
  • Na strijd kan gelijkheid ontstaan, maar na verloop van tijd zullen zich weer nieuwe vormen van ongelijkheid voordoen.

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Noem een overeenkomst en een verschil tussen het rationele actor- en het conflict paradigma

Slide 12 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Overeenkomst en verschil tussen rationele actor- / conflictparadigma
OVEREENKOMST=
beide gaan uit van strijd om belangen

VERSCHIL=
rat. actor=> microniveau
conflict => macroniveau

VERSCHIL
sociale ongelijkheid <=> keuzes maken
conflict = >
<= rationele actor

Slide 13 - Tekstslide

P 189 boek vwo nieuwe druk
CONFLICT PARADIGMA:
sociale ongelijkheid bepaalt hoeveelheid status/bezit en welvaart
RATIONELE ACTOR PARADIGMA:
sociale ongelijkheid in een samenleving is het resultaat van nutsmaximalisatie op microniveau
FILMPJE 
KIJKERSVRAAG

Hoe zou het conflict paradigma de sociale ongelijkheid in de woningbouw verklaren?
woningnood in 1 minuut

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 15 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Hoe zou het conflict paradigma de sociale ongelijkheid in de woningbouw verklaren?

Slide 16 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Woningnood
Conflictparadigma
Hulpbronnen zoals geld en macht zijn ongelijk verdeeld.
Mensen met geld kunnen meer gebruik maken van gunstige regelingen zoals hypotheekrente aftrek waardoor ze nog rijker worden

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hoeveel tosti's maakt de conciërge voor 1 middagpauze?
A
50
B
60
C
70
D
80

Slide 18 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Hoeveel frikandellenbroodjes verkoopt de conciërge voor 1 middagpauze?
A
57
B
67
C
77
D
87

Slide 19 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

wat weet je nog van het sociaal constructivisme paradigma?

Slide 20 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

1

Slide 21 - Video

Deze slide heeft geen instructies

03:42
Conclusie
Wanneer we bepaalde gedragingen verwachten van anderen,
is het waarschijnlijk dat het verwachte gedrag eerder zal optreden

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Aannames van het 
Sociaal Constructivisme paradigma
  • Actoren geven samen betekenis aan de sociale werkelijkheid, oftewel interpreteren in sociale interactie de sociale werkelijkheid;
  • De betekenisgeving aan/interpretatie van de sociale werkelijkheid hangt af van bijvoorbeeld regels, opvattingen, (zelf)beeld, normen en waarden - zoals in cultuur, sociale instituties en identiteit - en niet zozeer van objectieve feiten;
  • In een samenspel van sociaal handelen, sociale interactie en interpretaties/betekenissen construeren actoren de sociale werkelijkheid; 
  • Actoren construeren de sociale werkelijkheid steeds opnieuw in een voortdurend proces. 

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Sociaal constructivisme en sociale ongelijkheid
Sociale ongelijkheid is een 'construct'; het gevolg van sociale interactie
Ongelijke behandeling en/of waardering leidt tot sociale ongelijkheid

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

WELK PARADIGMA?

Wanneer er 2 verdachten zijn van een inbraak en de ene heeft een Oost Europese achtergrond denken veel mensen al snel te weten wie de inbreker is. Dat zorgt voor stereotypen over Oost-Europeanen waarmee zij minder kansen hebben in de samenleving
A
Rationele actor paradigma
B
Sociaal constructivisme
C
Conflict paradigma

Slide 25 - Quizvraag

 Sociaalconstructivisme want het gaat over beelden over de werkelijkheid. 
Ook goed is conflictparadigma omdat een bepaalde groep minder kansen heeft in de samenleving. 
ben je er al klaar mee?

Slide 26 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 27 - Video

Deze slide heeft geen instructies

en doorrrrrrrrrrrrrrrrrr
laatste paradigma

Slide 28 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

wat weet je nog van het functionalisme paradigma?

Slide 29 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Aannames van het functionalisme paradigma

  •  Iedere samenleving bestaat uit onderdelen die noodzakelijk zijn voor het algehele functioneren. De onderdelen van een samenleving zijn de instituties en daarin de rollen van de leden van een samenleving;
  • Alle onderdelen van een samenleving hebben een functie binnen het systeem en de verschillende functies geven de samenleving structuur (orde) en stabiliteit (sociale cohesie) en zijn cruciaal voor het voortbestaan van de orde;
  • Als de externe omstandigheden veranderen, dan zal de samenleving een nieuwe evenwicht (orde) hervinden, zoals een organisme, dat zich aan de omstandigheden aanpast;
  • Gemeenschappelijke normen en waarden, gemeenschappelijke  overtuigingen en sociale instituties functioneren als  sociale stabilisatoren.

Slide 30 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Functionalisme paradigma

  • sociale ongelijkheid is niet persé een probleem:
  • => laag betaald werk moet ook gedaan worden
  • => armoede zorgt ook voor werkgelegenheid (armen moeten geholpen worden)
  • => armoede is een waarschuwing voor rijkere mensen

Slide 31 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

WELKE UITSPRAAK PAST HET BESTE BIJ HET FUNCTIONALISME?
A
Het lukt Nederland steeds beter om zich aan te passen aan de oorlog in Oekraïne
B
Gemeenschappelijke waarden en normen, versterken de sociale cohesie
C
Artsen mogen meer verdienen want ze zijn nodig voor het voortbestaan van onze samenleving
D
Sociale ongelijkheid is een gevolg van het functioneren van een samenleving in tijden van verandering

Slide 32 - Quizvraag

 Sociaalconstructivisme want het gaat over beelden over de werkelijkheid. 
Ook goed is conflictparadigma omdat een bepaalde groep minder kansen heeft in de samenleving. 
WELK PARADIGMA?
Een zakenvrouw nam een risico om te investeren in een nieuw product. Het werd een groot succes. Met het verdiende geld kon ze investeren in startup's van net afgestudeerde jongeren.
A
Rationele actor paradigma
B
Sociaal constructivisme
C
Conflict paradigma

Slide 33 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Opruimen en dan nog even blijven zitten

Slide 34 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat voor cijfer geef je jezelf NA DEZE LES als het gaat over de kennis van de 4 paradigma's?
010

Slide 35 - Poll

Deze slide heeft geen instructies

Vind je LessonUp een goede manier om je eigen kennis te testen over paradigma's?
😒🙁😐🙂😃

Slide 36 - Poll

Deze slide heeft geen instructies

Vind je LessonUp een goede manier om nieuwe kennis op te doen over paradigma's?
😒🙁😐🙂😃

Slide 37 - Poll

Deze slide heeft geen instructies

Slide 38 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies