H7.1 De pH van een oplossing

• Scheikunde
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 4

Tandglazuur is het hardste weefsel

Het lichaam bestaat uit allerlei chemische verbindingen, die elk een eigen behandeling nodig hebben om te worden afgebroken.

Spieren, vet en ander zacht weefsel:

Sterke basen breken complexe verbindingen af tot kleinere bestanddelen, waardoor een dikke, zeepachtige brij ontstaat.

Botten:

Sterke zuren zoals salpeterzuur onttrekken calcium aan de mineralen van het bot. Water versterkt de werking van de chemische reacties.

Galstenen en implantaten:

Porseleinen kronen, galstenen en pacemakers bestaan uit moeilijk afbreekbare materialen, die in de afvoer kunnen achterblijven als het opgeloste lijk wordt weggespoeld.

Gebit:

Tanden en kiezen zijn moeilijker afbreekbaar dan botten, want tandglazuur is het hardste lichaamsweefsel. Alleen de sterkste, meest geconcentreerde zuren kunnen dit.

H7 Zuren

H7.1 De pH van een oplossing 

H7.2 Zuren in water 

H7.3 Molariteit 

H7.4 pH-berekeningen zure oplossingen

Leerdoelen

• Je kan de volgende begrippen definiëren: zuur, basisch, neutraal, zuurgraad, indicatoren, lakmoes, universeel indicator papier, omslagtraject.
  
• Door gebruik te maken van een geschikte indicator kan je de pH-waarde van een oplossing vaststellen en bepalen of deze zuur,basisch,neutraal is.
  
• Je kan gebruik maken van Binas tabel 52A voor het opzoeken van de omslagtrajecten van indicatoren om hiermee de pH te bepalen.

pH

• maat voor zuurtegraad
• <7 = zuur
• >7 = base
• 7 = neutraal 

pH

pH meten

pH

• Verschillende indicatoren kleuren verschillend bij andere pH waarden
• Deze kleuren kan je vinden in BINAS 52A(inclusief hun omslagtraject)
  
• Zogenaamd universeel pH papier is gewoon een mengsel van vele indicatoren tegelijkertijd

Oefenen met indicatoren

Opdracht 1

Je hebt een oplossing die je verdeelt over 2 buizen:

1. Aan buis 1 voeg je methylrood toe, de kleur wordt geel
2. Aan buis 2 voeg je fenolrood toe, de kleur wordt geel

Wat is de pH van de oplossing?

Uitleg Opdracht 1

1. methylrood wordt geel bij pH>6,0
2. fenolrood wordt geel bij pH<6,6

pH zit er dus tussen in 

Omslagtraject van indicator heeft mengkleur. 

Opdracht 2

Je hebt een oplossing die je verdeelt over 2 buizen:

1. Aan buis 1 voeg je broomkresolgroen toe, de kleur wordt groen
2. Aan buis 2 voeg je methylrood toe, de kleur wordt rood

Wat is de pH van de oplossing?

Uitleg 2

1. broomkresolgroen wordt groen bij pH> 3,8 - 5,4 <pH
2. methylrood wordt rood bij pH< 4,8

pH zit dus tussen 4,8 - 5,4 in 

Omslagtraject van indicator heeft mengkleur. 

Demo regenboog

Opdracht 5 Boek

Een leerling bepaalt de pH van een oplossing met behulp van twee zuur-base-indicatoren: broomthymolblauw en congorood. Als hij aan een deel van de oplossing broomthymolblauw toevoegt wordt de oplossing geel. Als hij aan een ander deel van de oplossing congorood toevoegt, wordt de kleur oranjerood.

Leg uit tussen welke grenzen de pH van de oplossing ligt

Vul hier je antwoord van de vraag in:

Antwoord opdracht 5

Broomthymolblauw kleurt de oplossing geel, dat wijst op een pH < 6,0. 

Als congorood de oplossing oranjerood kleurt is de pH > 5,0. De pH ligt dus tussen 5,0 en 6,0 in.

Evaluatie Leerdoelen

• Je kan de volgende begrippen definiëren: zuur, basisch, neutraal, zuurgraad, indicatoren, lakmoes, universeel indicator papier, omslagtraject.
  
• Door gebruik te maken van een geschikte indicator kan je de pH-waarde van een oplossing vaststellen en bepalen of deze zuur,basisch,neutraal is.
  
  
• Je kan gebruik maken van Binas tabel 52A voor het opzoeken van de omslagtrajecten van indicatoren om hiermee de pH te bepalen.

Huiswerk

Maak de volgende opdrachten:

Leer HS7.1 (blz. 196-198)

Maak de vragen 1 t/m 7 (6 hoeft niet) (blz. 199)

Kijk de opdrachten goed na, wanneer je ze gemaakt hebt.

Maak een notitie van de vragen die je niet snapte of waarvan je meer uitleg wil hebben in de huiswerkregistratie.

Deze behandelen we de volgende les.