P4 les 5 Morele ontwikkeling en Kohlberg

Morele ontwikkeling

Lesdoel:


aan het einde van deze les heb je een duidelijk beeld bij de fasen van morele ontwikkeling volgens Kohlberg.

1 / 18
volgende
Slide 1: Tekstslide
GodsdienstMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

In deze les zitten 18 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Morele ontwikkeling

Lesdoel:


aan het einde van deze les heb je een duidelijk beeld bij de fasen van morele ontwikkeling volgens Kohlberg.

Slide 1 - Tekstslide

Lesopzet

Quizje

Heinz Dilemma (filmpje)

De theorie van Kohlberg

Terug naar het filmpje

Tijd over? Muziekpresentaties

Slide 2 - Tekstslide

"Idealen die mensen nastreven"
A
normen
B
waarden
C
moraal
D
ethiek

Slide 3 - Quizvraag

"Het systematisch nadenken over goed/fout, handelen van de mens"
A
ethiek
B
moraal
C
normen
D
waarden

Slide 4 - Quizvraag

"Je mag niet stelen."
Dit is een voorbeeld van een:
A
waarde
B
norm

Slide 5 - Quizvraag

"Je mag geen ziekenhuizen bombarderen in oorlogstijd", de waarde die hierbij hoort is:
A
rijkdom
B
vertrouwen
C
veiligheid
D
vriendelijkheid

Slide 6 - Quizvraag

Wanneer je een waarde belangrijker vindt dan een andere waarde, dan heb je:
A
een probleem
B
een hiërarchie van waarden
C
een ethisch dilemma
D
een innerlijk conflict

Slide 7 - Quizvraag

"Het samenhangend geheel van opvattingen dat het handelen van een persoon(groep) beïnvloedt"
A
normen
B
waarden
C
moraal
D
ethiek

Slide 8 - Quizvraag

Moraal is onveranderlijk
A
goed
B
fout

Slide 9 - Quizvraag

Welke factoren beïnvloeden moraal?

Slide 10 - Open vraag

Slide 11 - Video

Morele ontwikkeling

Lawrence Kohlberg - Amerikaan (1927-1987)

Onderzoek >> hoe ontwikkelt het morele

denken bij kinderen?

3 stadia:

1) Pre-conventioneel          

2) conventioneel                  

3) Post-conventioneel

Slide 12 - Tekstslide

Stadium 1: Pre-conventioneel (0-10 jr)

Oordeelsvorming is alleen gebaseerd op de behoeften en inzichten van de persoon zelf


fase 1: De autoriteit zegt wat goed is  (0-4 jr)

"Een kind dat per ongeluk 15 kopjes breekt, is stouter dan een kind dat expres 1 kopje breekt"

Geen rekening houden met intenties


fase 2: Voor wat, hoort wat/ dealtjes sluiten  (4-10 jr)

Eigenbelang staat centraal - Als ik het wil, dan is het goed

Slide 13 - Tekstslide

Stadium 2: Conventioneel (vanaf 10 jr)

Er wordt rekening gehouden met de maatschappij en wetten/regels


fase 3: Relatie gericht: wederzijds respect  (10-13 jr?)

Goed zijn, betekent goed omgaan met anderen.

Sociale afkeuring/instemming staat centraal.


fase 4: Normen van groep/maatschappij/leeftijdsgenoten  (13 jr.....)

star omgaan met wetten/regels, deze geven namelijk houvast in het leven en scheppen orde.

Systeem moet in stand worden gehouden.

Slide 14 - Tekstslide

Stadium 3: Post-conventioneel 

Oordeelsvorming is gebaseerd op persoonlijke, abstracte ideeën van rechtvaardigheid en kunnen daarmee afwijken van de standaard van de maatschappij.


fase 5: Eigen waardenpatroon ontwikkelen

Morele oordeelsvorming > achterliggende gedachte (waarde) is belangrijk. "het hoogste goed voor de meeste mensen."


fase 6: Principieel en overstijgend denken

Er zijn universele principes van menselijke waardigheid en sociale rechtvaardigheid waar individuen zich hoe dan ook aan moeten houden. Zelfs wanneer dit tegen "nationale wetten" of meningen van mensen ingaat.


Slide 15 - Tekstslide

Heinz Dilemma

Wat heb jij gekozen?

1)Heinz moet het medicijn stelen, maar hoeft daarvoor niet in de gevangenis, want dit is oneerlijk


2)Heinz mag het medicijn niet stelen, want stelen is verboden


3)Heinz mag het medicijn stelen en moet daar de consequenties voor dragen







Slide 16 - Tekstslide

Huiswerk
Lezen reader H4: Mensenrechten + maken bijbehorende studievragen.

Slide 17 - Tekstslide

Muziekpresentaties

Slide 18 - Tekstslide