Morele ontwikkeling

1 / 31
volgende
Slide 1: Tekstslide
Zorg en WelzijnHBOStudiejaar 1

In deze les zitten 31 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Programma
  • Afspraken
  • Leerdoelen
  • Voorkennis
  • Theorie
  • Oefening
  • Vragen
  • Evaluatie

Slide 2 - Tekstslide

Vooraf

Slide 3 - Tekstslide

Leerdoelen
Aan het eind van de les:

  • weet je wat morele ontwikkeling betekent.
  • kan je diverse theorieën over de morele ontwikkeling van Freud, Piaget,   Kohlberg en Bandura benoemen. 
  • heb je kunnen inschatten aan de hand van een filmpje uit welk moreel stadium iemand handelt.

Slide 4 - Tekstslide

Wat hebben we al behandeld:
  • Lichamelijke en motorische ontwikkeling
  • Spraak- en taal ontwikkeling
  • Waarneming en spelontwikkeling
  • Cognitieve ontwikkeling
  • Kinderen met een verstandelijke beperking
  • Sociaal emotionele ontwikkeling en persoonlijkheid- en identiteitsontwikkeling

Slide 5 - Tekstslide

Morele ontwikkeling

Slide 6 - Tekstslide

Wat is ook alweer de cognitieve visie?
A
Bij deze theorie gaat men ervan uit dat de mens bij de geboorte een onbeschreven blad is en wordt bepaald door leerervaringen.
B
Bij deze visie stelt dat de biologische aanleg en de opvoedingservaringen in de jonge jaren bepalend zijn voor de ontwikkeling van de persoonlijkheid en geweten.
C
Bij deze visie wordt het bewustzijn aan het geheugen gekoppeld. Het geweten ontwikkelt zich door informatieverwerking en zelfsturing.

Slide 7 - Quizvraag

Wat is ook alweer de psychoanalytische visie?
A
Bij deze theorie gaat men ervan uit dat de mens bij de geboorte een onbeschreven blad is en wordt bepaald door leerervaringen.
B
Bij deze visie stelt dat de biologische aanleg en de opvoedingservaringen in de jonge jaren bepalend zijn voor de ontwikkeling van de persoonlijkheid en geweten.
C
Bij deze visie wordt het bewustzijn aan het geheugen gekoppeld. Het geweten ontwikkelt zich door informatieverwerking en zelfsturing.

Slide 8 - Quizvraag

Wat is ook alweer de behavioristische visie?
A
Bij deze theorie gaat men ervan uit dat de mens bij de geboorte een onbeschreven blad is en wordt bepaald door leerervaringen.
B
Bij deze visie stelt dat de biologische aanleg en de opvoedingservaringen in de jonge jaren bepalend zijn voor de ontwikkeling van de persoonlijkheid en geweten.
C
Bij deze visie wordt het bewustzijn aan het geheugen gekoppeld. Het geweten ontwikkelt zich door informatieverwerking en zelfsturing.

Slide 9 - Quizvraag

Belangrijke personen
  • Freud
  • Piaget
  • Kohlberg
  • Bandura

Slide 10 - Tekstslide

Freud
  • Vijf symbolische fase

Slide 11 - Tekstslide

Volgens Freud doorloopt de mens door vijf symbolische fase. Welke vijf zijn dit?
A
De sociale, het schoolkind, de latente, de genitale en de levensfase.
B
De orale, de anale, de fallische, de latente en de genitale fase.
C
Het onderbewustzijn, de kleuter, de fallische, de bewuste en de sociale fase.
D
De anale, de morele, de fallische, het onderbewustzijn en de genitale fase.

Slide 12 - Quizvraag

Slide 13 - Tekstslide

Freud

Slide 14 - Tekstslide

Piaget
  • Heteronome moraliteit
  • Autonome moraliteit

Slide 15 - Tekstslide

Piaget

Slide 16 - Tekstslide

Kohlberg
Pre-conventioneel stadium

Conventioneel stadium

Post-conventioneel stadium

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Tekstslide

Bandura
  •  Herhalen van gedrag

  • Norminternalisatie 

Slide 19 - Tekstslide

Oefening


We bekijken het filmpje, bedenk op welk niveau Mies handelt en verklaar waarom.

Slide 20 - Tekstslide

Oefening

Slide 21 - Tekstslide

Leerdoelen behaald?
Laten we het testen aan de hand van de volgende vragen....

Slide 22 - Tekstslide

Wat is morele ontwikkeling?

Slide 23 - Open vraag

Volgens Freud bestaat persoonlijkheid uit drie elementen. Welke zijn dat?
A
Id, Eros en Ego
B
Id, Superego en Eros
C
Eros, Thanatos en superego
D
Id, Ego en Superego

Slide 24 - Quizvraag

Piaget hanteert twee begrippen, welke?
A
Heteronome en fallische moraliteit.
B
Autonome en fallische moraliteit.
C
Heteronome en autonome moraliteit.
D
Heteronome en sociale moraliteit.

Slide 25 - Quizvraag




De morele ontwikkel-stadia van Kolhberg zijn :
(meerdere antwoorden mogelijk)



A
3 stadia: pre-conventioneel, conventioneel en post-conventioneel
B
6 stadia: straf vermijden-voor wat hoort wat; beste-jongen-brave-meisje - plichtsgetrouw handelen; wet is belangrijk en je mening ook - kies voor de rechten van de mens.
C
3 stadia: post-conventioneel, conventioneel en pre-conventioneel
D
4 stadia: senso-motorisch stadium, pre-operationele stadium, concreet operationele stadium en formeel operationeel stadium

Slide 26 - Quizvraag

Volgens de sociale leertheorie van Bandura zal het kind het gedrag herhalen dat tot positieve uitkomsten leidt. Klopt dit?
A
Nee, het gedrag zal juist niet herhaald worden.
B
Ja, dit is waar

Slide 27 - Quizvraag

Aan het einde van deze les heb je kunnen inschatten aan de hand van een filmpje vanuit welk moreel stadium iemand handelt.
😒🙁😐🙂😃

Slide 28 - Poll

Vragen?

Slide 29 - Tekstslide

Evaluatie 

Slide 30 - Tekstslide

Extra verdieping
http://www.character-education.info/Articles/stages_of_moral_development.htm

Slide 31 - Tekstslide