hoofdstuk 1 spelling

• Nederlands
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 3

hoofdstuk 1 spelling

Doel: aan het einde van de les weet je wanneer je trema, apostrof, accenttekens en cedille moet gebruiken

so week 39

woordenschat

spelling 

formuleren

Trema 

voorkomt dat 2 klinkers als 1 worden uitgesproken

Azië, ideeën

Dus niet bij: buiig

Koppelteken

Let op die gebruik je bij samengestelde woorden

mee-eten, opera-achtig.

de apostrof '

vier regels

weglaten

's Hertogen bosch (des)

's ochtends (des)

uitspraakproblemen bij klinkers

kiwi's

Hanna's fiets

dus niet bij: cadeaus, cowboys.

verkleinwoorden

als er voor de y een medeklinker staat (vergelijk met Engels) 

baby'tje

afleidingen en meervouden van afkortingen

cc'en, pc's, 

pc'tjes

3 soorten accent

aigu, grave, circonflexe

Voornamelijk op de letter e

aigu

maakt klank langer: logé, soirée

geeft ook klemtoon

Dit is dé manier om voor de toets te leren.

Simone heeft twéé paarden, geen drie.

Vergelijk: Kan een van jullie even thee voor me halen?

accent grave

Maakt de klank kort.

crèche, 

drie à vier theelepels

accent circonflexe

crêpe, maître, moment suprême

accent cedille ç

onder de c, om te voorkomen dat c als k wordt uitgesproken wanneer die voor een a, o of u staat

reçu

Trema of geen trema?

1. geinstalleerd
2. geïnstalleerd

Trema of geen trema?

1. verfraaiïng
2. verfraaiing

Trema of geen trema?

1. geijzeld
2. geïjzeld

Waar staat het juiste accent?

1. ampère
2. ampére

Accent aigu of accent grave?
acne

1. accent aigu
2. accent grave
3. beide

In Nederland kennen we drie accenttekens: accent aigu (´), accent grave (`) en accent circonflexe (^).

Met welk accent kun je nadruk op een woord leggen?

1. Accent aigu
2. Accent grave
3. Accent circonflexe

apostrof

1. mp3's
2. mp3s

Apostrof of niet?

1. cdtje
2. cd'tje

apostrof

1. autootje
2. auto'tje