woordsoort wat

Woordsoort wat
Tycho en Jaring A3D
TB blz 96
1 / 14
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsBasisschoolWOSpeciaal OnderwijsGroep 1

In deze les zitten 14 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Woordsoort wat
Tycho en Jaring A3D
TB blz 96

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Lesplan
  • Vragend voornaamwoord
  • Betrekkelijk voornaamwoord 
  • Betrekkelijk voornaamwoord met ingesloten antedecent
  • Onbepaald voornaamwoord
  • Onbepaald hoofdtelwoord
  • Quiz
  • Einde

Slide 2 - Tekstslide

Tycho oneven dia's
Jaring even dia's
Vragend voornaamwoord

  • Begin vragende zin / vraagt naar persoon of ding.

  • Wat gaat kees vanmiddag doen?
  • Gerard kan niet bedenken wat de beste route naar huis is.

Slide 3 - Tekstslide

bij 1e: vraagt naar wat kees gaat doen en begin zin
bij 2e: vraagt naar: de beste route naar huis. Dit is een ding
Betrekkelijk voornaamwoord

  • Wijst terug naar iets wat eerder is genoemd (antecedent).

  • Alles wat Daan niet weet zoekt hij op op internet.

Slide 4 - Tekstslide

Wat'  wijst in deze zin terug naar      alles(antecedent)
Betrekkelijk voornaamwoord met ingesloten antecedent

  • Als je wat kunt vervangen door datgene wat.

  • Wat Jan gister deed zal ik nooit vergeten.

Slide 5 - Tekstslide

ingesloten omdat wat iets zegt over wat ja gister heeft gedaan maar er niet een letterlijk antecedent te vinden is in de zin
Onbepaald hoofdtelwoord

  • Als wat een beetje betekent.
  • is vaak incompleet en niet bepaald

  •  Heeft Tom wat te veel gegeten?

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Onbepaald voornaamwoord

  • Wat heeft als betekenis / kan vervangen door iets
  • is meestal niet compleet en onduidelijk

  •  Heb je gister nog wat leuks gedaan?

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Quiz!

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Bij welke woordsoort hoort wat?
Wat is het huiswerk?
A
betr.vnw
B
vr.vnw
C
onbep.vnw
D
onbep.hoofdtelw

Slide 9 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Bij welke woordsoort hoort wat?
Heb je wel wat geleerd?
A
betr.vnw met ingesloten antecedent
B
onbep.vnw
C
vr.vnw
D
onbep.hoofdtelw

Slide 10 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Bij welke woordsoort hoort wat?
Alles wat hij gister gedaan heeft zou ruim genoeg moeten zijn voor de toets.
A
onbep. hoofdtelw
B
onbep. vnw
C
betr.vnw
D
betr. vnw met ingesloten antecedent

Slide 11 - Quizvraag

betr. vnw want het zegt iets over alles(wat de antecedent is)
bij welke woordsoort hoort wat?
heb je nog wel wat ruimte over op dat blaadje van je?
A
onbep. vnw
B
betr.vnw
C
onbep.rangtelw
D
onbep. hoofdtelw

Slide 12 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wanneer is wat een onbepaald voornaamwoord?
A
Als je wat kunt vervangen door een beetje
B
Als je wat kunt vervangen door het
C
Als je wat kunt vervangen door iets
D
Als je wat kunt vervangen door datgene dat

Slide 13 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Einde
Dit was onze les.
Zijn er nog vragen?

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies