getallen

Hoe maak je getallen?

73.906

5.306.701

9,3

18, 104


1 / 15
volgende
Slide 1: Tekstslide
Pedagogisch werkMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 15 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 90 min

Onderdelen in deze les

Hoe maak je getallen?

73.906

5.306.701

9,3

18, 104


Slide 1 - Tekstslide

Optellen en aftrekken, vermenigvuldigen en delen,

BREUKEN 
 
Handig leren rekenen

Slide 2 - Tekstslide

De verwisseleigenschap bij optellen en vermenigvuldigen.

Mag niet bij aftrekken en delen!

2+3 = 3+2

5 x 8 = 8 x 5

Slide 3 - Tekstslide

Rekenregels:                                                           

Hoe Komen We Van De Onvoldoendes Af?

1. (.....  )  Voorbeeld: (3+5) x 2

2. Kwadraat (62 ) en Wortel  - in volgorde

3. Vermenigvuldigen en delen - in volgorde

4. Optellen en aftrekken - in volgorde

Slide 4 - Tekstslide

Wat doe je met de nullen?

3.000 + 4.000 =

5.000.000.000 - 2.000.000 =

8000 x 4000 =

8000 : 4000 =

Slide 5 - Tekstslide

Maak de instaptoets Getallen

Of:

Maak in je boek de zelf-testen van hoofdstuk 1 en 2

Slide 6 - Tekstslide

De rekenmachine
Voor wortels en kwadraten

Slide 7 - Tekstslide

<  of > of < of > of ~

Groter dan

Kleiner dan

Groter of gelijk aan....

Kleiner of gelijk aan....

Ongeveer   
Voorbeelden!!!



Slide 8 - Tekstslide

Aan het einde van deze les...

1. Weet ik de rekenregels (uit mijn hoofd)!                                                    

2. Heb 25 sommen gemaakt van het Domein waarin ik oefen.                                                         
3. Heb ik het omrekenen opgefrist.

Slide 9 - Tekstslide

Rekenregels
Hoe Komen Wij Van De Onvoldoendes Af

Haakjes wegwerken (          )
Kwadrateren (32 ) en Worteltrekken
Vermenigvuldigen en Delen    x  en  :
Optellen en Aftrekken   +   en  -

Van LINKS naar RECHTS

Slide 10 - Tekstslide

Hoeveel is:
2 + ( 3 x 4 ) =
A
20
B
24
C
1,5
D
14

Slide 11 - Quizvraag

Hoeveel is:
12 : 2 x 3 + (5 - 2) =
A
5
B
9
C
18
D
21

Slide 12 - Quizvraag

Hoeveel is :
3/5 x 20 : (2 + 4)
A
3
B
10
C
2
D
5,33

Slide 13 - Quizvraag

Weet je nog?
1 ton in gewicht is:
A
1000 kg
B
100.000 kg
C
100 kg
D
Niet te tillen

Slide 14 - Quizvraag

550 x 2/5
A
110
B
225
C
220
D
Geen idee

Slide 15 - Quizvraag