6.2 spiegelbeelden

6.2 Spiegels
1 / 29
volgende
Slide 1: Tekstslide
Nask / TechniekMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 2

In deze les zitten 29 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

Onderdelen in deze les

6.2 Spiegels

Slide 1 - Tekstslide

JA
NEE
Ziet je schaduw er 's morgens om 8.00 uur  anders uit dan om 12.00 uur?
Is je schaduw om 12.00 uur langer dan om 8.00 uur?
Staat de schaduw van 12.00 uur op een andere plek dan die van 8.00 uur?

Slide 2 - Sleepvraag

Als een voorwerp verder van de lichtbron af gaat wordt de schaduw:
A
Groter
B
Kleiner

Slide 3 - Quizvraag

Slide 4 - Tekstslide

In de spiegel kijken
jij weerkaatst het licht van de lamp
de lichtstraal gaat naar de spiegel
de spiegel stuurt de lichtstraal terug naar je oog

lamp (lichtstraal) -> voorwerp weerkaatst -> spiegel weerkaatst -> in je oog.

Kan je in het donker ook je spiegelbeeld zien?

Slide 5 - Tekstslide

Terugkaatsing
  1. Diffuse terugkaatsing: Licht gaat alle richtingen op
  2. Spiegelende terugkaatsing: Licht gaat één richting op

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Video

Eerst maar eens ontdekken...
Maak proef 2 (blz. 89,90) en proef 4 (blz. 92,93) 



Slide 8 - Tekstslide

Waar staat het spiegelbeeld?
  • Als je recht voor een spiegel staat, zie je jezelf!
  • 1 stap naar achteren en je spiegelbeeld gaat even ver naar "achteren"?
  • Als je naar een voorwerp in de spiegel kijkt lijkt het licht uit de spiegel te komen.
  • Het spiegelbeeld bestaat niet echt, dus moeten de de lichtstralen uit het voorwerp via terugkaatsing van de spiegel in je oog komen!

Slide 9 - Tekstslide

Aan de slag
Maak 6.2 (blz. 67)
 Opdrachten:
1a,b, 3, 4 , 8, 10

Slide 10 - Tekstslide

Spiegels les 2

Slide 11 - Tekstslide

Hoe komt het dat je jezelf in een spiegel ziet?
A
De spiegel zendt licht uit
B
Het licht weerkaatst

Slide 12 - Quizvraag

Als je in een spiegel kijkt dan
A
Gaat het kapot
B
Dan zie je jezelf op de kop
C
Dan lijkt het of je even ver achter de spiegel staat als jij ervoor staat
D
Wordt je gezichtsveld kleiner

Slide 13 - Quizvraag

Je linkeroor lijkt rechts te zitten als je in een spiegel kijkt.
A
waar
B
niet waar

Slide 14 - Quizvraag

waar bevindt het spiegelbeeld zich?

A
loodrecht achter de spiegel
B
schuin in de spiegel
C
voor de spiegel
D
op de plaats van het voorwerp

Slide 15 - Quizvraag

Een spiegel weerkaatst licht in één richting
A
Juist
B
Onjuist

Slide 16 - Quizvraag

Proef 3 blz. 91

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Video

Spiegelwet
Hoe teken ik volgens de spiegelwet hoek van inval en terugkaatsing?

Slide 19 - Tekstslide

Aan de slag
Maak 6.2 (blz. 67)
 Opdrachten:
1 - 11 

Klaar? Maak opdracht 13 en 14

Slide 20 - Tekstslide

Alles van 6.2 gesnapt?

Slide 21 - Tekstslide

lichtstralen op een spiegel weerkaatsen door
A
diffuse terugkaatsing
B
spiegelende terugkaatsing
C
worden geabsorbeerd

Slide 22 - Quizvraag

Van wat voor type weerkaatsing is dit een voorbeeld?
A
Diffuus
B
Spiegel

Slide 23 - Quizvraag

wat is de normaal?
A
lijn die evenwijdig loopt aan de spiegel
B
lijn die loodrecht op de spiegel staat
C
lijn die loopt van de lamp tot je oog
D
is altijd een doorgetrokken lijn

Slide 24 - Quizvraag

hoe groot is de hoek tussen de normaallijn en de spiegel?
A
45 graden
B
90 graden
C
180 graden
D
kan van alles zijn

Slide 25 - Quizvraag

de hoek van inval is de hoek
A
tussen de normaallijn en de inkomende lichtstraal
B
tussen de inkomende lichtstraal en de spiegel
C
tussen de normaallijn en de terugkaatsende lichtstraal
D
tussen de terugkaatsende lichtstraal en de spiegel

Slide 26 - Quizvraag

In de figuur zie je een lichtstraal die teruggekaatst wordt bij een spiegel.
Welke hoek is de hoek van terugkaatsing?
A
1
B
2
C
3
D
4

Slide 27 - Quizvraag

Als een kapper je wilt laten zien hoet het haar achter op je hoofd eruit ziet heeft de kapper
A
0 spiegels nodig
B
1 spiegel nodig
C
2 spiegels nodig
D
3 spiegels nodig

Slide 28 - Quizvraag

Kijk naar de figuur.
Dit is een voorbeeld van:
A
absorptie.
B
diffuse terugkaatsing.
C
een directe lichtbron.
D
spiegelende terugkaatsing.

Slide 29 - Quizvraag