3.6 Hersenen

De hersenen
1 / 13
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolmavoLeerjaar 3

In deze les zitten 13 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

De hersenen

Slide 1 - Tekstslide

Leerdoelen
  1. Kan je de verschillende onderdelen van de hersenen met hun functies benoemen
  2. Kan je uitleggen hoe je hersenen veranderen als je leert
  3. Kan je benoemen hoe je geheugen werkt.
  4. Kan je uitleggen hoe de hersenen bij wormen werken. 

Slide 2 - Tekstslide

Hersenen: bestaat uit 3 delen

1. Grote hersenen:
  • Buitenkant geplooid (hersenschors), bestaat uit miljarden schakelcellen. Zorgen voor bewustwording. Delen hebben eigen taak (hersencentrum)
  • Elk zintuigen verbonden met een hersencentrum. Leggen verwerkte informatie vast = geheugen

Slide 3 - Tekstslide

Hersenen: bestaat uit 3 delen

2. Kleine hersenen: 
  • Zorgen voor coordinatie van bewegingen en evenwicht. Coordinatie is in juiste volgorde samentrekken van spieren bij een beweging.
  • Verwerking informatie uit ogen en evenwichtszintuigen, sturen spieren aan

Slide 4 - Tekstslide

Hersenen: bestaat uit 3 delen

3. Hersenstam: 
  • Verbinding grote/kleine hersenen met het ruggemerg.
  • Centra voor onbewuste processen (hartslag, ademhaling). 
  • Regelt reflexen (= onbewuste beweging)

Slide 5 - Tekstslide

Verandering hersenen
  • Door leren ontstaan verbindingen.
  • Door veel herhaling worden de verbindingen sterker, daardoor gaan bijv. bewegingen bijna automatisch. 
  • Verbindingen die je niet vaak gebruikt verdwijnen weer.

Slide 6 - Tekstslide

Geheugen: 2 soorten
1. Korte termijngeheugen:

Houdt informatie maximaal een half uur vast. Betreft informatie die je even nodig hebt en daarna weer kunt vergeten

Slide 7 - Tekstslide

Geheugen: 2 soorten
2. Lange termijngeheugen:

Herhaling van informatie vastgelegd, zenuwcellen krijgen vaste route (=geheugenspoor).
Geheugenspoor kan versterkt worden door informatie vaak te herhalen.

Slide 8 - Tekstslide

Hebben alle dieren hersenen?
Gwervelde dieren: hebben hersenen, die ongeveer hetzelfde gebouwd zijn als die van mensen

Veel ongewervelde dieren hebben geen hersenen zoals: sponzen, kwallen of zeesterren

andere ongewervelde dieren hebben zeer eenvoudige hersenen, v.b: regenworm

Slide 9 - Tekstslide

Hebben alle dieren hersenen?
Sommige ongewervelde dieren hebben zeer eenvoudige hersenen, v.b: regenworm
- Zenuwknopen - groep cellen waar impulsen samenkomen en die segmenten aanstuurt
- Vangt lichtprikkels op in kop/staart met speciale zintuigen
- Vangt trillingen op met speciale drukzintuigjes in de huid

Slide 10 - Tekstslide

3.6 Aan het werk
Maak opdracht 1 t/m 14 + Nakijken



Slide 11 - Tekstslide

Schuif de woorden naar de juiste plek
Grote hersenen
Kleine hersenen
Hersenstam
Ruggenmerg

Slide 12 - Sleepvraag

wat gebeurt er tijdens het leren in de hersenen?
A
Het aantal zenuwcellen in de hersenen neemt af
B
Het aantal zenuwcellen in de hersenen neemt toe
C
Het aantal verbindingen tussen zenuwcellen neemt af
D
Het aantal verbindingen tussen zenuwcellen neemt toe

Slide 13 - Quizvraag