Optisch bedrog

gezichtsbedrog
1 / 134
volgende
Slide 1: Tekstslide
ScienceBasisschoolGroep 6-8

In deze les zitten 134 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

gezichtsbedrog

Slide 1 - Tekstslide

Hoe werkt het?

Slide 2 - Tekstslide

Geen gezichtsbedrog
  • We houden onze hersenen voor de gek.
  • Trucjes die onze  hersenen hebben ontwikkeld om snel waar te nemen, werken niet in alle situaties.
  • bij gezichtsbedorg wordt bewust de hersenen op het verkeerde been gezet.
  • Er zijn verschillende trucs actief bij gezichtsbedrog

Slide 3 - Tekstslide

Kleur effecten

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

In het afbeelding van het schaakbord Welk vakje is het donkerste?
A
A
B
B
C
A en B hebben dezelfde tint

Slide 6 - Quizvraag

De tint is afhankelijk van de omgeving. Beide vierkanten in het midden hebben dezelfde tint.

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

Welk vlak heeft een gradiënt (kleurverloop)?
A
Achtergrond
B
Balk in het midden
C
Beide vlakken
D
Geen enkel vlak

Slide 9 - Quizvraag

Slide 10 - Tekstslide

Welk effect zie je hier?
timer
0:20

Slide 11 - Open vraag

Kleur wordt bepaald door omgeving
  • Hoe wij kleuren ervaren wordt niet alleen door het oog bepaald.
  • De omgeving van de kleur speelt een belangrijke rol.
  • Dit geldt ook voor  kleuren.

Slide 12 - Tekstslide

Welke kleur
heeft de pil?
A
Beide Blauw
B
Rood + Blauw
C
Rood + grijs
D
Beide Grijs

Slide 13 - Quizvraag

Ook hier is de kleur afhankelijk van de omgeving. Beide vierkanten in het midden hebben dezelfde tint.

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Tekstslide

Welke kleur is de stip in het midden?
A
Groen
B
Grijs
C
Paars
D
Blauw

Slide 17 - Quizvraag

Wat zie je....

Slide 18 - Tekstslide

Kleuren zien door gewenning
  • In de vorige dia moesten je ogen wennen aan het rode vlak.
  • Daarna zag je pas de afbeelding.
  • Als je te lang kijkt naar een kleur worden je ogen moe.
  • Kleuren worden door kegeltjes waargenomen.
  • De kegels van de kleur waarnaar je kijkt worden moe.
  • De hersenen nemen het daarna van deze cellen over.

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Tekstslide

Je kunt zelfs van een zwart wit
foto een kleurenfoto maken.

Slide 22 - Tekstslide

Slide 23 - Tekstslide

Slide 24 - Tekstslide

Hermann-grid

Slide 25 - Tekstslide

Welke kleur hebben de stippen op de kruisingen?
A
Wit
B
Zwart
C
Grijs
D
Het is een animatie met verchillende kleuren

Slide 26 - Quizvraag

Het oog heeft grote moeite met grote contrast verschillen

Slide 27 - Tekstslide

Bewegingseffecten

Slide 28 - Tekstslide

Slide 29 - Tekstslide

Uitleg
  • je hersenen moeten alle informatie die aanwezig is in één keer verwerken.
  • Dit is te veel informatie ineens.
  • De hersenen vallen terug op ‘trucjes’.
  • Een van die trucjes van ons brein is dat het steeds kleiner wordende cirkels als beweging worden geïnterpreteerd (bijvoorbeeld een draaiende spiraal).

Slide 30 - Tekstslide

Slide 31 - Tekstslide

Slide 32 - Tekstslide

Slide 33 - Tekstslide

Slide 34 - Tekstslide

Slide 35 - Tekstslide

Slide 36 - Tekstslide

Slide 37 - Tekstslide

Slide 38 - Tekstslide

Welke afbeelding zag je in de lijnen?
A
Pikachu
B
Een Smurf
C
Minion
D
Je houdt me voor de gek het zijn alleen lijnen

Slide 39 - Quizvraag

Slide 40 - Tekstslide

Slide 41 - Tekstslide

context verwarring
Onze hersenen worden op het verkeerde been gezet door dingen rondom het voorwerp.

Slide 42 - Tekstslide

Slide 43 - Tekstslide

Welke cirkel in het midden het grootst?
A
Links
B
Rechts
C
Beide even groot
D
Cirkel? ik zie alleen nog maar vlekken....

Slide 44 - Quizvraag

Slide 45 - Tekstslide

Welke boom is het grootst?
A
Links
B
Rechts
C
Beide even groot
D
De rechter dat ziet zelfs een blind paard.

Slide 46 - Quizvraag

Alle auto's zijn even groot. Doordat de achtergrond in perspectief staat verwachten onze hersenen dit ook van de auto's.

Slide 47 - Tekstslide

Slide 48 - Tekstslide

Slide 49 - Tekstslide

Slide 50 - Tekstslide

Slide 51 - Tekstslide

Slide 52 - Tekstslide

Onze hersenen zijn met 3D nog veel gemakkelijker te foppen.

Slide 53 - Tekstslide

Slide 54 - Tekstslide

Slide 55 - Tekstslide

Slide 56 - Tekstslide

Slide 57 - Tekstslide

Slide 58 - Tekstslide

Uit hoeveel foto's is deze afbeelding opgebouwd?
A
1
B
2
C
4
D
Heel veel kleine voorwerpen bijelkaar gefotoshopt.

Slide 59 - Quizvraag

Slide 60 - Tekstslide

Slide 61 - Tekstslide

Verandering van perspectief kan bijzondere effecten mogelijk maken.

Slide 62 - Tekstslide

De schaduw van voorwerpen wordt door ons brein onbewust heel goed geïnterpreteerd. Met soms een onbedoeld foutje.

Slide 63 - Tekstslide

Slide 64 - Tekstslide

Maurits Escher is er beroemd mee geworden.

Slide 65 - Tekstslide

Slide 66 - Tekstslide

Slide 67 - Tekstslide

Slide 68 - Tekstslide

Slide 69 - Tekstslide

Slide 70 - Tekstslide

Welke toren staat schever?
A
Rechts
B
Links
C
beide even schuin
D
Staan beide recht.

Slide 71 - Quizvraag

Slide 72 - Tekstslide

Ook hier wordt je waarneming beïnvloed door de omgeving.


Door de schuine afbeelding links lijkt de afbeeling rechts schuiner.

Slide 73 - Tekstslide

Slide 74 - Tekstslide

De balk op de wip is horizontaal

Slide 75 - Tekstslide

Slide 76 - Tekstslide

Welk lijn is het langst?
A
Bovenste
B
Middelste
C
Onderste
D
Alle drie evenlang

Slide 77 - Quizvraag

Bijzondere kat met twee starten?

Slide 78 - Tekstslide

Hier ontbreekt iets! Wat?
timer
0:20

Slide 79 - Tekstslide

Wat ontbrak er op de foto?
timer
0:20

Slide 80 - Open vraag

Hier ontbreekt iets! Wat?

Slide 81 - Tekstslide

Met spiegels raakt je brein ook flink in de war...

Slide 82 - Tekstslide

Slide 83 - Tekstslide

Verborgen boodschappen

Slide 84 - Tekstslide

Deze kaart werd onder aanhangers van Napoleon verstuurd.

Slide 85 - Tekstslide

Slide 86 - Tekstslide

Is het een vaas of een silhouette?

Slide 87 - Tekstslide

Wat zien ze?

Slide 88 - Tekstslide

De man wordt niet blij als je hem omdraait.

Slide 89 - Tekstslide


Slide 90 - Tekstslide

Kijk geconcentreed naar volgende afbeelding.

Je ziet dan een giraffe.

Slide 91 - Tekstslide

Slide 92 - Tekstslide

Door bewegingen missen we stilstaande dingen.

Vanuit onze overlevingsstrategie nemen onze hersenen bewegingen eerder waar. Statische dingen worden weg gefilterd.

Slide 93 - Tekstslide

Slide 94 - Tekstslide

Slide 95 - Tekstslide

Patroon herkennig slaat op hol

Slide 96 - Tekstslide

Patroon herkenning: onze hersenen herkennen patronen ook als bestaan ze niet.

Slide 97 - Tekstslide

Slide 98 - Tekstslide

Hoe lopen de lijnen?
Als je van links naar rechts uit gaat.
A
Horizontaal
B
Loopt schuin naar beneden
C
Loopt schuin omhoog
D
Om de lijn omhoog en dan oplaag.

Slide 99 - Quizvraag

Patroon herkenning
  • De hersenen zijn heel goed in patroonherkenning
  • zelfs iets te goed
  • eenmaal een patroon te pakken hebben, is het moeilijk om de aandacht te verleggen naar een ander patroon
  •  In dit geval zijn de hersenen zo gefixeerd op het zwartwitte blokjespatroon, dat ze het lijnenpatroon links laten liggen

Slide 100 - Tekstslide

Slide 101 - Tekstslide

Slide 102 - Tekstslide

Hier speelt perspectief (3D) weer mee.

Slide 103 - Tekstslide

Tekst
patroon herkenning
denken we

Slide 104 - Tekstslide

Slide 105 - Tekstslide

Onze hersen zijn lui!!
Ze gebruiken maar de helft van de informatie.
Hierdoor lees je verkeerden dingen.....

Slide 106 - Tekstslide

Slide 107 - Tekstslide

Waarom zoveel aandacht aan taal?

We komen toch wel uit de tekst ....

Slide 108 - Tekstslide

Slide 109 - Tekstslide

We hebben onze hersenen zo getraind op letters dat we ze overal herkennen....

Slide 110 - Tekstslide

Slide 111 - Tekstslide

Soms iets te snel en maken we fouten !!

Slide 112 - Tekstslide

Slide 113 - Tekstslide

Zeker bij herkenning van een logo ....

Slide 114 - Tekstslide

Slide 115 - Tekstslide

Welke tekst heb je gezien?
A
Coca-Cola
B
Coca-Coca
C
Cola-Cola
D
Cola-Coca

Slide 116 - Quizvraag

Slide 117 - Tekstslide

Enkele bijzondere

Slide 118 - Tekstslide

Slide 119 - Tekstslide

Slide 120 - Tekstslide

Draad deze dame links om of rechtsom?

Slide 121 - Tekstslide

Draait deze dame links om of rechtsom?
A
Linksom
B
Rechtsom
C
Alle twee tegelijk
D
Licht eraan met welke hersenhelft ik kijk.

Slide 122 - Quizvraag

Waar komt het extra blokje vandaan?

Slide 123 - Tekstslide

De schuine lijn loopt niet door, deze aanname wordt wel door de hersenen gemaakt.

Slide 124 - Tekstslide

Slide 125 - Tekstslide

Hoeveel personen staan hier?

Slide 126 - Tekstslide

Hoeveel personen stonden er op de afbeelding?
A
IK kon zo snel niet tellen.
B
12
C
13
D
Dit verandert met de afbeelding.

Slide 127 - Quizvraag

Hoeveel personen staan hier?

Slide 128 - Tekstslide

Slide 129 - Tekstslide

Slide 130 - Tekstslide

Slide 131 - Tekstslide

Slide 132 - Tekstslide

Slide 133 - Tekstslide

Slide 134 - Tekstslide