leesvaardigheid_argumentatie

3 termen argumentatie

argumentatie in teksten

Deze les: 

- opdracht 3 blz. 96, 96 nakijken

- je weet wat een tegenargument en een weerlegging is

- aan de slag met opdr. 2 blz. 138, 139

Wat is het onderwerp van tekst 2?

Uit welke alinea's bestaat de inleiding?

Op welke manier wordt de lezen nieuwsgierig gemaakt?

Welke signaalwoorden voor de chronoligisch verband staan er in alinea 2?

Het standpunt van Suzanne Lee in alinea 2 en haar argument met signaalwoord

Haar standpunt in alinea 3 met argument en signaalwoord

argumentatieschema alinea 5

argumentatie in alinea 6

tegenargument en weerlegging

standpunt = er moeten meer elektrische auto's komen

tegenargument = argument tegen het standpunt

zoveel elektriciteit is er niet beschikbaar

weerlegging = argument tegen tegenargument

maar zoveel brandstof ook niet. 

maken opdr. 2 en 3 blz. 138 t/m 141