Thema 4, week 3 Les 10 korte klank

lesdoel

Ik kan woorden met een medeklinkerverdubbeling correct spellen.
1 / 10
volgende
Slide 1: Tekstslide
SpellingBasisschoolGroep 8

In deze les zitten 10 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 15 min

Onderdelen in deze les

lesdoel

Ik kan woorden met een medeklinkerverdubbeling correct spellen.

Slide 1 - Tekstslide

verdeel het woord in klanggroepen
bruggen
(bruggen)

Je hoort een korte klank /u/ aan het eind van de eerste klankgroep. Na een korte klank schrijf je twee medeklinkers: bruggen.

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

Welke woorden met korte klanken ken jij? 
korte klank

Slide 4 - Woordweb

Welke woorden met lange klanken ken jij? 
lange klank

Slide 5 - Woordweb

Heeft peren een korte of lange klank
A
korte klank
B
lange klank

Slide 6 - Quizvraag

Heeft spelen een korte of lange klank
A
korte klank
B
lange klank

Slide 7 - Quizvraag

Wadir en Isa vinden de schommel het leukste.


Waarom schrijf je schommel met een dubbelzetter (mm)?

Slide 8 - Open vraag









lange klank








korte klank
spelen
rennen
tikken
lopen

Slide 9 - Sleepvraag

aan het werk
Thema 4, week 3, Les 10

Alle opgaven en daarna plussen

Slide 10 - Tekstslide