Mijn proefles

Het belastingstelsel
Stijn Vaatstra
Daan Kelly
1 / 26
volgende
Slide 1: Tekstslide
EconomieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 5

In deze les zitten 26 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

Het belastingstelsel
Stijn Vaatstra
Daan Kelly

Slide 1 - Tekstslide

Het Belastingstelsel

Slide 2 - Woordweb

Wat ga je leren deze les?
Directe en indirecte belastingen
Belastingschijven
Inkomstenverdeling
Leesdoelen checken

Slide 3 - Tekstslide

timer
6:00000

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

Directe belasting
Indirecte belasting
BTW bij een Ajax shirt die je koopt in de online fanshop. 
Je betaalt 124 euro inkomstenbelasting.
De accijnzen op een fles alcohol.

Slide 13 - Sleepvraag

Inkomstenverdeling

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Tekstslide

Opdracht!
Van een land is het volgende bekend met betrekking tot de inkomensverdeling van huishoudens in een bepaald jaar. Het betreft de verdeling van de primaire inkomens en secundaire inkomens. De overheid van dit land past het draagkrachtbeginsel toe.


a. Welke curve in de figuur heeft betrekking op de primaire inkomens, curve 1 of curve 2? Verklaar het antwoord.
b. Bepaal aan de hand van de figuur hoeveel procent van het totale primair inkomen verdiend wordt door de rijkste 30%-huishoudens.
c. Als voor elk huishouden het secundair inkomen stijgt met € 100, wordt de verdeling van de secundaire inkomens dan gelijker, ongelijker of blijft deze gelijk? Is er dan sprake van nivellering, denivellering of geen van beide? Verklaar het antwoord.

e. Stel dat voor elk huishouden het secundair inkomen stijgt met 5%, wordt de verdeling dan gelijker, ongelijker of blijft deze gelijk? Verklaar het antwoord.

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Tekstslide

De uitwerkingen
a. Curve 2. De overheid past het draagkrachtbeginsel toe, dat wil zeggen dat het belastingstelsel progressief is. Daardoor zal na herverdeling de inkomensverdeling van het secundair inkomen gelijker zijn dan die van het primair inkomen. De inkomensverdeling van het primair inkomen ligt dus verder verwijderd van de diagonaal.
b. De 70% armste huishoudens verdient 30% van het totale inkomen. Dan verdienen de rijkste 30% huishoudens 70% van het totale inkomen.
c. Als elk huishouden er € 100 bij krijgt, wordt de verdeling gelijker. Er is dan sprake van nivellering. € 100 erbij voor een huishouden met een laag inkomen is relatief meer dan voor een huishouden met een hoog inkomen.

Slide 19 - Tekstslide

Het belastingstelsel in Nederland is
A
Progressief
B
Proportioneel
C
Degressief

Slide 20 - Quizvraag

Wat is een primair inkomen?
A
Je belangrijkste inkomen
B
Het Bruto inkomen

Slide 21 - Quizvraag

Wat is GEEN belastingsoort?
A
BTW
B
Loonbelasting
C
Accijnzen
D
AOW

Slide 22 - Quizvraag

Box 1
Box 3
Box 2
Inkomsten uit sparen en beleggen
Inkomsten uit werk en woning
Inkomsten uit aanmerkelijk belang

Slide 23 - Sleepvraag

Belasting is
A
Verplicht
B
Niet verplicht
C
In principe verplicht

Slide 24 - Quizvraag

Slide 25 - Video

https://www.youtube.com/watch?v=lGjh9VVAjdc&feature=youtu.be 

Slide 26 - Tekstslide