H6: 6.1 deel 2 / Stelling van Pythagoras - 2M

Start geen nieuwe vergadering
Log in bij LessonUp bij deze les.
Als het
c
kan op een 2e device.
Welkom   wiskunde!
Stel je camera, microfoon en profielfoto
goed

in.
Wat gaan we doen?
● Lesdoel bespreken 
● Terugblik: vk6 t/m 6.1.1
● Uitleg: 6.1 deel 2
● Vraagmoment
bij
We gaan zo starten.
Leg klaar: wiskundespullen.

Boek 2

1 / 41
volgende
Slide 1: Tekstslide
WiskundeMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 2

In deze les zitten 41 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 5 videos.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Start geen nieuwe vergadering
Log in bij LessonUp bij deze les.
Als het
c
kan op een 2e device.
Welkom   wiskunde!
Stel je camera, microfoon en profielfoto
goed

in.
Wat gaan we doen?
● Lesdoel bespreken 
● Terugblik: vk6 t/m 6.1.1
● Uitleg: 6.1 deel 2
● Vraagmoment
bij
We gaan zo starten.
Leg klaar: wiskundespullen.

Boek 2

Slide 1 - Tekstslide

Lesdoel
H6: Stelling van Pythagoras
VK: Rekenen en tekenen
6.1: Stelling van Pythagoras
6.2: Pythagoras gebruiken
6.3: Doorsnede
6.4: [Havo] Pythagoras in de
        ruimte
Vorige les

Slide 2 - Tekstslide

Lesdoel
H6: Stelling van Pythagoras
VK: Rekenen en tekenen
6.1: Stelling van Pythagoras
6.2: Pythagoras gebruiken
6.3: Doorsnede
6.4: [Havo] Pythagoras in de
        ruimte

Slide 3 - Tekstslide


132=

Slide 4 - Open vraag


202=

Slide 5 - Open vraag


4=

Slide 6 - Open vraag


196=

Slide 7 - Open vraag

Uit welk land kwam Pythagoras?
A
Israel
B
Italie
C
Griekenland
D
Nederland

Slide 8 - Quizvraag

In welk soort driehoek geldt de stelling van Pythagoras?
A
Gelijkbenige driehoek
B
Gelijkzijdige driehoek
C
Alle driehoeken
D
Rechthoekige driehoek

Slide 9 - Quizvraag

Hoe noemen we deze rode zijde,
die vast zit aan de
rechte hoek?
A
Hypothenusa
B
Rechthoekszijde
C
Schuine zijde
D
Opstaande zijde

Slide 10 - Quizvraag

Hoe noemen we deze rode zijde,
die NIET vast zit
aan de rechte hoek?
A
Hypothenusa
B
Rechthoekszijde
C
Schuine zijde
D
Opstaande zijde

Slide 11 - Quizvraag

Hoe noemen we deze
rode zijde?
A
Hypothenusa
B
Rechthoekszijde
C
Schuine zijde
D
Opstaande zijde

Slide 12 - Quizvraag

6.1: Stelling van Pythagoras
ene rechthoekszijde2 + andere rechthoekszijde2 = schuine zijde2

Met de stelling kunnen we de lengte van een zijde uitrekenen, als:
  1. Het figuur een rechthoekige driehoek is én
  2. Je 2 zijden weet.

Dit doen wij met een schema. Schrijf deze vaak op, zodat je het nooit vergeet. Wij doen het iets anders dan het boek.

Slide 13 - Tekstslide

6.1: Stelling van Pythagoras
ene rechthoekszijde2 + andere rechthoekszijde2 = schuine zijde2
Schema:

rhz2
rhz2                            +
  sz2

_______________

Slide 14 - Tekstslide

6.1: Stelling van Pythagoras
Voorbeeld: Bereken zijde BC.

Eis 1: Is het een rechthoekige driehoek?
  • Ja

Eis 2: Zijn er 2 zijden bekend?
  • Ja

  • Dus we maken het schema:

Slide 15 - Tekstslide

6.1: Stelling van Pythagoras
Voorbeeld opg. 7: Bereken zijde BC.

rhz2
rhz2                            +
  sz2

_______________

Slide 16 - Tekstslide

6.1: Stelling van Pythagoras
Voorbeeld opg. 7: Bereken zijde BC.

rhz= AB=
rhz2 = BC2 =                   +
  sz2 = AC2 =

_________________

Slide 17 - Tekstslide

6.1: Stelling van Pythagoras
Voorbeeld opg. 7: Bereken zijde BC.

rhz= AB= 1002  = 10.000
rhz2 = BC2 =  ???                         +
  sz2 = AC2 = 1502  = 22.500

______________________

Slide 18 - Tekstslide

6.1: Stelling van Pythagoras
Voorbeeld opg. 7: Bereken zijde BC.

rhz= AB= 1002  = 10.000
rhz2 = BC2 =  ???    = 12.500   +
  sz2 = AC2 = 1502  = 22.500

______________________

Slide 19 - Tekstslide

6.1: Stelling van Pythagoras
Voorbeeld opg. 7: Bereken zijde BC.

rhz= AB= 1002  = 10.000
rhz2 = BC2 =  ???    = 12.500   +
  sz2 = AC2 = 1502  = 22.500

BC = 
______________________

Slide 20 - Tekstslide

6.1: Stelling van Pythagoras
Voorbeeld opg. 7: Bereken zijde BC.

rhz= AB= 1002  = 10.000
rhz2 = BC2 =  ???    = 12.500   +
  sz2 = AC2 = 1502  = 22.500

BC = 
______________________
12.500=111,803...

Slide 21 - Tekstslide

6.1: Stelling van Pythagoras
Voorbeeld opg. 7: Bereken zijde BC.

rhz= AB= 1002  = 10.000
rhz2 = BC2 =  ???    = 12.500   +
  sz2 = AC2 = 1502  = 22.500

BC = 
Dus BC       112 m

______________________
12.500=111,803...

Slide 22 - Tekstslide

6.1: Stelling van Pythagoras
Voorbeeld opg. 12: 
  • Maak eerst een schets bij een reële situatie.
  • Stel de 2 checkvragen: rechthoekige driehoek,
                                                       2 zijden bekend?
  • Zo ja, maak het schema.
  • Vul de namen van de zijden in.
  • Vul de lengtes in die je weet en kwadrateren.
  • Reken het kwadraat van de gevraagde zijde uit
  • Worteltrekken
  • Afronden en Dus-zin opschrijven

Slide 23 - Tekstslide

6.1: Stelling van Pythagoras

Slide 24 - Tekstslide

6.1: Stelling van Pythagoras
___________
______
_________
A
B
C

Slide 25 - Tekstslide

6.1: Stelling van Pythagoras
Voorbeeld opg. 12: Hoe hoog staat de vlieger bij C, hoe lang is BC?

Eis 1: Is 't een rechthoekige driehoek?
  • Ja

Eis 2: Zijn er 2 zijden bekend?
  • Ja

  • Dus we maken het schema:
___________
_________
______
A
B
C
30 m
24 m

Slide 26 - Tekstslide

6.1: Stelling van Pythagoras
Voorbeeld opg. 12: Hoe hoog staat de vlieger bij C, hoe lang is BC?

rhz
rhz2 =                                      +
  sz2 = 



___________________

Slide 27 - Tekstslide

6.1: Stelling van Pythagoras
Voorbeeld opg. 12: Hoe hoog staat de vlieger bij C, hoe lang is BC?

rhz= AB
rhz2 = BC2 =                         +
  sz2 = AC2 =



___________________

Slide 28 - Tekstslide

6.1: Stelling van Pythagoras
Voorbeeld opg. 12: Hoe hoog staat de vlieger bij C, hoe lang is BC?

rhz= AB= 242  = 576
rhz2 = BC2 =  ??                   +
  sz2 = AC2 = 302  = 900



___________________

Slide 29 - Tekstslide

6.1: Stelling van Pythagoras
Voorbeeld opg. 12: Hoe hoog staat de vlieger bij C, hoe lang is BC?

rhz= AB= 242  = 576
rhz2 = BC2 =  ??    = 324   +
  sz2 = AC2 = 302  = 900

BC = 

___________________

Slide 30 - Tekstslide

6.1: Stelling van Pythagoras
Voorbeeld opg. 12: Hoe hoog staat de vlieger bij C, hoe lang is BC?

rhz= AB= 242  = 576
rhz2 = BC2 =  ??    = 324   +
  sz2 = AC2 = 302  = 900

BC = 

324=18
___________________

Slide 31 - Tekstslide

6.1: Stelling van Pythagoras
Voorbeeld opg. 12: Hoe hoog staat de vlieger bij C, hoe lang is BC?

rhz= AB= 242  = 576
rhz2 = BC2 =  ??    = 324   +
  sz2 = AC2 = 302  = 900

BC = 
Dus de vlieger staat 18 m hoog.
324=18
___________________

Slide 32 - Tekstslide

Online huiswerk inleveren

Weektaak

Foto's of filmpjes uploaden

Opdracht via teams




Week 9

Hoeft niet meer.
Zorg dat ik elke week je werk zie!

Slide 33 - Tekstslide

Huiswerk week 9

Maken van H6:


Voorkennis H6: opg. 1 t/m 11 (ook de Havo opgaven)

Paragraaf 6.1: opg. 1 t/m 10 

Paragraaf 6.1: opg. 11 t/m 15 (Havoleerlingen doen ook opg. 16) 


Nakijken en verbeteren:

Alles wat je tot nu toe gemaakt hebt











Boek deel 2

Slide 34 - Tekstslide

Welk leerpunt neem je mee uit deze les?

Slide 35 - Woordweb

Hierna volgen enkele filmpjes die je kunnen helpen met het behalen van de leerdoelen.
Hierna volgen enkele filmpjes die je kunnen helpen met het behalen van de leerdoelen.
Hierna volgen enkele filmpjes die je kunnen helpen met het behalen van de leerdoelen.

Slide 36 - Tekstslide

Slide 37 - Video

Slide 38 - Video

Slide 39 - Video

Slide 40 - Video

Slide 41 - Video