2.2 Spellingsregels

• Nederlands
• Speciaal Onderwijs
• Leerroute 1

Spellingsregels 

Klinkers en medeklinkers. 

Les planning

Les doelen bespreken

Les doelen vorige lessen herhalen

Theorie

Korte quiz

Zelfstandig werken

Voorruitblik

Les doelen

Aan het einde van deze les weet jij

het verschil tussen klinker en medeklinkers;

wat korte en lange klanken zijn;

wat klankgroepen zijn.

Klik de zelfstandige naamwoorden aan.

1. het
2. horloge
3. naast
4. Nike

Klik de zelfstandige naamwoorden aan.

1. een
2. euro
3. gelukkig
4. golfballen

Welke drie lidwoorden zijn er?

veel mensen hebben een huisdier waarom is deze zin niet goed?

Verbeter de zin. het dak is van het fietsenhok gewaaid

Welke woorden moeten beginnen met een hoofdletter?

1. marieke
2. amsterdam
3. station
4. teddybeer

Bord

1. Korte klank
2. Lange klank
3. Beide

Mes

1. Korte klank
2. Lange klank
3. Beide

Kaas

1. Korte klank
2. Lange klank
3. Beide

Brood

1. Korte klank
2. Lange klank
3. Beide

Meetlat

1. Korte klank
2. Lange klank
3. Beide

Vuurwerk

1. Korte klank
2. Lange klank
3. Beide

Fr.........t (Au, ou, ei, jij ui, eu of ie)

Kl.......r (Au, ou, ei, jij ui, eu of ie)

.......rw.......d (Au, ou, ei, jij ui, eu of ie)

Zelfstandig werken

Blz. 36 t/m 42

Snap je het niet, steek dan je vinger op.

Ben je klaar? Laat je werk zien aan de docent.

Voorruitblik

De volgende les gaat over enkelvoud, meervoud, Au of ou.