M1 les 43: moeilijke woorden

Welkom 1E 
Nederlands
1 / 27
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolmavo, havo, vwoLeerjaar 1

In deze les zitten 27 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Welkom 1E 
Nederlands

Slide 1 - Tekstslide

Planning

  • Uitleg over 'woordraadstrategieën'
  • Aan het werk!

Slide 2 - Tekstslide

Hippopotomonstrosesquippedaliofobie


   Wat betekent bovenstaand woord?

Slide 3 - Tekstslide

Wat doe jij als je een onbekend woord tegenkomt?

Slide 4 - Open vraag

Woordraadstrategie

Een woordraadstrategie is een handige manier om achter de betekenis van een woord te komen:

  • context
  • synoniem
  • omschrijving
  • tegenstelling

Slide 5 - Tekstslide

Context
Context = samenhang waaruit je de betekenis van een woord kunt afleiden.  Soms heeft een woord meerdere betekenissen, dan moet je zelf de goede kiezen die past bij de context! 

Hoe doe je dat?
- stukje vooruit lezen
- stukje teruglezen

Slide 6 - Tekstslide

Woordraadstrategie synoniem
Zoek naar een synoniem: een ander woord met dezelfde betekenis.
  • Exact - Precies
  • vreemde snuiter - rare snijboon - zonderling

Vaak vind je als je even verder leest in de tekst een synoniem voor een moeilijk woord dat je niet weet.

Slide 7 - Tekstslide

Wat is een synoniem?
A
Een ander woord dat dezelfde betekenis heeft
B
Een woord dat een andere betekenis heeft
C
Een woord dat iets aangeeft in de tekst, bijvoorbeeld 'omdat'

Slide 8 - Quizvraag

Wat is een synoniem voor beduidend?
A
Onbeduidend
B
Belangrijk
C
Aanduiden
D
Onbelangrijk

Slide 9 - Quizvraag

Wat is een synoniem voor 'tactisch'?
A
strategisch
B
onhandig
C
voorzichtig
D
chaotisch

Slide 10 - Quizvraag

Woordraadstrategie tegenstelling vinden:
  • Tegenstellingen zijn woorden die elkaars tegenovergestelde zijn.

  • Als je een onbekend woord tegenkomt, kun je soms de betekenis begrijpen doordat er in de tekst een tegenstelling staat.

  • Zoek je een tegenstelling? Let dan op de volgende woorden: maar, echter, toch, daarentegen.
Bijvoorbeeld:
Goedkoop - duur
begrijpelijk - onbegrijpelijk

Slide 11 - Tekstslide

Wat is een tegenstelling van het woord 'enorm'?
A
groot/veel
B
weinig/klein
C
extreem

Slide 12 - Quizvraag

Wat is een tegenstelling van het woord 'blut'?
A
rijk
B
arm
C
geldnood

Slide 13 - Quizvraag

Woordraadstrategie bekend woorddeel:

Soms kun je de betekenis van een onbekend woord begrijpen doordat je al een deel van het woord kent. Zulke woorden noemen je samenstellingen. 

Bijvoorbeeld:

  • Lolbroek
  • Kletskous
  • Internetverslaafde

Slide 14 - Tekstslide

Samenstelling
'parkeergarage'
 
Het woord is een samenstelling van 'parkeer' en 'garage'

parkeergarage is dus een garage om in te parkeren...




Slide 15 - Tekstslide

Welke woorden herken je in de samenstelling: 'vliegtuigmaatschappij'?

Slide 16 - Open vraag

Extraatje: spreekwoorden raden....


Welk spreekwoord of gezegde wordt op de volgende slides afgebeeld?

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Tekstslide

Welk spreekwoord zag je op de vorige dia?

Slide 19 - Open vraag

Slide 20 - Tekstslide

Welk spreekwoord zag je op de vorige dia?

Slide 21 - Open vraag

Slide 22 - Tekstslide

Welk spreekwoord zag je op de vorige dia?

Slide 23 - Open vraag

Slide 24 - Tekstslide

Welk spreekwoord zag je op de vorige dia?

Slide 25 - Open vraag

Aan het werk!


Les 43 opdr. 1 t/m 6, 10, 11, 12.


Slide 26 - Tekstslide

Einde van de les

Slide 27 - Tekstslide