27 februari

Bonjour tout le monde!
1 / 36
volgende
Slide 1: Tekstslide
FransMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

In deze les zitten 36 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Bonjour tout le monde!

Slide 1 - Tekstslide

Bonjour tout le monde!

Slide 2 - Tekstslide

Dernier cours


1. Start SW week 8
2. Verbe être
3. SO CH3
4. Dagen van de week
5. Jeu
BLOKUUR
Ce cours



1. SW week 8 af
2. Verbe être
3. Dagen van de week
4. Jeu

Slide 3 - Tekstslide

Dernier cours


1. SW week 8 af
2. Verbe être
3. Dagen van de week
4. Jeu
Ce cours


1. Réviser (herhalen) voor het SO! 
BLOKUUR

Slide 4 - Tekstslide

Donderdag 29 februari (BLOKUUR)
1e lesuur: vragen stellen, oefenen, leren
2e lesuur: SO

Slide 5 - Tekstslide


Vragen?

Slide 6 - Tekstslide

Le verbe être

Slide 7 - Tekstslide

Chapitre 3
Werkwoord être = zijn | page 112

Slide 8 - Tekstslide

je
tu
il/elle/on
nous
vous
ils/elles
Combineer de juiste vorm van 'être' met het onderwerp
être (zijn)
suis
es
est
sommes
êtes
sont

Slide 9 - Sleepvraag

être
Je suis
Tu es
Il est
Nous sommes
Vous êtes
Ils sont
jij bent
Jullie zijn
hij is
ik ben
zij zijn
wij zijn

Slide 10 - Sleepvraag

je
tu
il/elle/on
nous
vous
ils/elles
Combineer de juiste vorm van 'être' met het onderwerp
être (zijn)
suis
es
est
sommes
êtes
sont

Slide 11 - Sleepvraag

être
Je suis
Tu es
Il est
Nous sommes
Vous êtes
Ils sont
jij bent
Jullie zijn
hij is
ik ben
zij zijn
wij zijn

Slide 12 - Sleepvraag


Quiz!
timer
0:10

Slide 13 - Tekstslide

Vul de juiste vorm van être in:
Ils ________ (être)
A
suis
B
es
C
êtes
D
sont

Slide 14 - Quizvraag

Vul de juiste vorm van être in:
Je........(être)
A
est
B
sommes
C
suis
D
sont

Slide 15 - Quizvraag

Vul de juiste vorm van être in:
Vous ________ (être)
A
suis
B
es
C
êtes
D
sommes

Slide 16 - Quizvraag

Vul de juiste vorm van être in:
Elle ________ (être)
A
suis
B
est
C
êtes
D
sommes

Slide 17 - Quizvraag

Vul de juiste vorm van être in:
Tu ________ (être)
A
suis
B
es
C
êtes
D
sommes

Slide 18 - Quizvraag

Vul de juiste vorm van être in:
Nous ________ (être)
A
suis
B
es
C
êtes
D
sommes

Slide 19 - Quizvraag

Les jours de la semaine

Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Tekstslide

Les jours de la semaine
woensdag
donderdag
vrijdag
zaterdag
dinsdag
maandag
zondag
mardi
vendredi
mercredi
lundi
samedi
jeudi
dimanche

Slide 22 - Sleepvraag


Quiz!
timer
0:10

Slide 23 - Tekstslide

Les jours de la semaine!
Maandag
A
mardi
B
mercredi
C
jeudi
D
lundi

Slide 24 - Quizvraag

Les jours de la semaine!
Dinsdag
A
jeudi
B
mardi
C
samedi
D
dimanche

Slide 25 - Quizvraag

Les jours de la semaine!
Woensdag
A
mercredi
B
jeudi
C
vendredi
D
samedi

Slide 26 - Quizvraag

Les jours de la semaine!
Donderdag
A
lundi
B
vendredi
C
dimanche
D
jeudi

Slide 27 - Quizvraag

Les jours de la semaine!
Vrijdag
A
jeudi
B
vendredi
C
mercredi
D
samedi

Slide 28 - Quizvraag

Les jours de la semaine!
Zaterdag
A
mardi
B
jeudi
C
samedi
D
lundi

Slide 29 - Quizvraag

Les jours de la semaine!
Zondag
A
lundi
B
samedi
C
mardi
D
dimanche

Slide 30 - Quizvraag

Les jours de la semaine
woensdag
donderdag
vrijdag
zaterdag
dinsdag
maandag
zondag
mardi
vendredi
mercredi
lundi
samedi
jeudi
dimanche

Slide 31 - Sleepvraag

Au travail :)


Wat: leren voor de toets en silence

Tijd: 5 minutes


timer
5:00

Slide 32 - Tekstslide

Au travail :)


Wat: leren voor de toets

Tijd: 25 minutes


timer
25:00

Slide 33 - Tekstslide

Slide 34 - Tekstslide

Slide 35 - Link

Slide 36 - Link