Les 4 - Herhalen 6.1 + begin 6.3: Zeep

Planning
  • Herhalen 6.1 (vragen)
  • Uitleg zepen
  • Zelfstandig werken
  • Herhalen met Kahoot
1 / 25
volgende
Slide 1: Tekstslide
ScheikundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

In deze les zitten 25 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Planning
  • Herhalen 6.1 (vragen)
  • Uitleg zepen
  • Zelfstandig werken
  • Herhalen met Kahoot

Slide 1 - Tekstslide

Wat betekent deze afbeelding?

Slide 2 - Tekstslide

Kruis aan wat juist is. Je mag meerdere antwoorden aankruisen.
Bij de productie van vlees met het Europees biologisch keurmerk:
A
zijn geen antibiotica gebruikt
B
zijn de dieren diervriendelijk gehuisvest
C
krijgen de dieren biologisch geteeld voer
D
krijgen de dieren alleen plantaardig voer

Slide 3 - Quizvraag

Additieven
Zoetstoffen worden aan voedingsmiddelen toegevoegd om suiker te vervangen. Een zoetstof heeft een bepaalde zoetkracht. Een zoetkracht van bijvoorbeeld 100 betekent dat je er 100× minder van nodig hebt dan suiker om tot eenzelfde zoete smaak te komen.

Een limonade bevat 120 g suiker per liter. De lightversie van deze limonade bevat geen suiker maar de zoetstof aspartaam. De zoetkracht van aspartaam is 200.

Hoeveel milligram aspartaam is er in de lightlimonade per liter opgelost om dezelfde zoete smaak te krijgen als de suikerhoudende limonade?

Slide 4 - Tekstslide

Hoeveel milligram aspartaam is er in de lightlimonade per liter opgelost om dezelfde zoete smaak te krijgen als de suikerhoudende limonade?
A
0,6 mg/L
B
1,7 mg/L
C
600 mg/L
D
1700 mg/L

Slide 5 - Quizvraag

Kunstmest
Wat is het verschil tussen hoofdelementen en sporenelementen?

Slide 6 - Tekstslide

Melk conserveren
Wat is het verschil tussen pasteuriseren en steriliseren?

Slide 7 - Tekstslide

Wat moet je kunnen?
  • Leg uit hoe zepen werken.
  • Leg uit hoe natuurlijke zepen, synthetische zepen en ecologische zepen van elkaar verschillen.


Slide 8 - Tekstslide

Kun je een vetvlek niet gewoon met water wegspoelen?

Slide 9 - Tekstslide

Olie en water mengen niet
Emulsie, een mengsel van olie en water

Slide 10 - Tekstslide

Hoe maak je een emulsie?
Met een emulgator

Emulgator = een stof die water en vet (olie) laat mengen.

(Olie = vloeibaar vet)

Slide 11 - Tekstslide

Een zeepmolecuul
Een zeepmolecuul (vereenvoudigd)

Slide 12 - Tekstslide

Zeep (detergent)= reinigingsmiddel waarvan de moleculen een hydrofiele en een hydrofobe kant hebben. 

Slide 13 - Tekstslide

Een micel

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Tekstslide

Voorbeeldvraag

Slide 18 - Tekstslide

Met zeep kun je vet van een koekenpan verwijderen.
Kies de juiste beschrijving hiervoor op deeltjesniveau.

Slide 19 - Tekstslide

Met zeep kun je vet van een koekenpan verwijderen.
Kies de juiste beschrijving hiervoor op deeltjesniveau.
De vette koekenpan komt in zeepsop. Zeepmoleculen uit het zeepsop omringen een klein druppeltje vet op de koekenpan. De zo ontstane micellen spoel je weg met water.

Slide 20 - Tekstslide

Met zeep kun je vet van een koekenpan verwijderen.
Kies de juiste beschrijving hiervoor op deeltjesniveau.
De vette koekenpan komt in zeepsop. Vetmoleculen vormen dan in het zeepsop micellen. Zeepmoleculen omringen deze micellen. De aan zeep gebonden micellen spoel je weg met water.

Slide 21 - Tekstslide

Met zeep kun je vet van een koekenpan verwijderen.
Kies de juiste beschrijving hiervoor op deeltjesniveau.
In zeepsop zijn micellen aanwezig. Als de koekenpan in het zeepsop komt, zullen de vetmoleculen de micellen omringen. De zo ontstane micellen spoel je met vet en al weg met water.

Slide 22 - Tekstslide

Zelfstandig werken (5 min Zs)
  1. Lees blz 225 t/m 228
  2. Maak de opgaven 17 t/m 23
timer
5:00

Slide 23 - Tekstslide

Kahoot
Code = 5826658

Slide 24 - Tekstslide

Volgende les
  • Herhalen 6.2: Voedingsstoffen
  • Verschillende typen schoonmaakmiddelen.
  • Verder met zuren, basen en de pH.

Slide 25 - Tekstslide