Workshop Zorg voor de beperking

Workshop
Zorg voor de beperking

door
Jolanda Huisman
Monique Meijer
Evelien Rozeboom
1 / 25
volgende
Slide 1: Tekstslide
Zorg en WelzijnMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 25 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 90 min

Onderdelen in deze les

Workshop
Zorg voor de beperking

door
Jolanda Huisman
Monique Meijer
Evelien Rozeboom

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Opbouw van de workshop
  • Doel 
  • Kennis ophalen
  • Theorie
  • Carrousel
  • Evaluatie
  • Afronding

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Doel van deze workshop
 Na deze workshop ben jij je bewust van de verschillende beperkingen die een student kan hebben. Je ervaart welk effect de beperking kan hebben op het functioneren. 



Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Welke psychische of fysieke beperking herken jij bij je studenten?

Slide 4 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Theorie
  • Verstoorde prikkelverwerking
  • Bewegingsbeperking
  • Gehoor en visus aandoening
  • Luchtwegproblematiek

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Kijk naar dit filmpje en wat valt je op?

Slide 6 - Tekstslide

tot max 1.52 laten zien
Verstoorde prikkelverwerking
ADHD
Autisme
ADHD-I (Voorheen ADD)
Lastig om overzicht te houden
Moeite met onverwachte veranderingen
Slaapproblemen
Geen beslissing kunnen nemen
Herkent snel patronen
Geen besef van tijd
Problemen met hyperactiviteit
Moeizame sociale interactie
Snel afgeleid
Problemen met nadenken
Overprikkeling/onderprikkeling
Vergeetachtigheid
Problemen met aandacht
Hyperfocus
Dagdromen
Problemen met gevoelens
Niet kunnen verplaatsen in anderen
Overprikkeling

Slide 7 - Tekstslide

De afkorting van ADHD staat voor 
Attention deficit hyperactivity disorder. concreet houdt dit een aandachtstekortstoornis met hyperactiviteit. Iemand zijn hoofd zit zo vol, dat er geen informatie bij kan. De hersenen van iemand met ADHd reageren sneller op prikkels (impulsen, stemmingen en gebeurtenissen. 
Op de middelbare school heeft 1 tot 2 op de 100 scholieren adhd.

Cijfers van cbs laten zien dat jongens vaker last hebben van adhd dan meisjes. 

ADHD-I is ook een variant van adhd. Dit was voorheen add. Dit is nu de afkoring  van Attention deficit hyperactivity disorder: innatentive.  je hebt vooral moeite om je aandacht bij dingen te houden. Je zit vaak in je eigen wereld, voor anderen lijkt het alsof je aan het dagdromen bent.
ADD is voornamelijk erfelijk en komt zowel bij mannen als bij vrouwen voor. Ongeveer 1 tot 4 procent van alle Nederlanders heeft een gedragsstoornis, waaronder ook ADD valt. Meestal zijn de kenmerken van ADD te zien vanaf de leeftijd van zes jaar, maar wordt daar op dat moment nog niet zoveel aandacht aan geschonken.

Het afwijkende gedrag begint wel vooral op te vallen rond de puberteit of op jongvolwassen leeftijd. ADHD wordt sneller bij kinderen geconstateerd, door het kenmerkende drukke gedrag. ADD en ADHD komen regelmatig voor binnen hetzelfde gezin en de directe familie. Bovendien hebben mensen met ADD vaak te maken met een comorbiditeit. Dit wil zeggen dat er nog een andere beperking aanwezig is, zoals een slaapstoornis, dyslexie of depressiviteit.

Autisme: 
verzamelnaam voor gedragskenmerken die duiden op een kwetsbaarheid op de volgende gebieden: sociale interactie, communicatie, flexibiliteit in denken en handelen en het filteren en integreren van informatie.’
Autisme kan zich op verschillende manieren uiten. 
2.8% van de nederlandse kinderen heeft Autisme.  De meeste mensen met autisme hebben een normale tot hoge intelligentie. Naar schatting 30 % heeft een verstandelijke beperking. 
 7 procent van de kinderen en jongeren met autisme onder de 16 jaar volgt helemaal geen onderwijs.


Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wie kan vertellen wat tinnitus is?

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Epidemiologie
  • 2 miljoen Nederlanders
  • 10% veel last
  • Enkele tienduizenden mensen met psychosociale problemen

Piepen, ruizen, fluiten, hoog of laag, hard of zacht.

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies



Carrousel
en uitleg

Slide 21 - Tekstslide

groepjes maken: 16 studenten

2x 5 
1x 6
zak snickers everlien
Bounty
Twix mon
www.menti.com

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

www.menti.com

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat neem je mee in je les?

Slide 24 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Afronding
Zijn er nog vragen?

Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies