Paragraaf 8.1 Het werkt

• Biologie / Verzorging
• Middelbare school
• vmbo t, vwo
• Leerjaar 2

Hoofdstuk 8: Je lichaam werkt

Paragraaf 8.1 Het werkt

Van klein naar groot

Wat is de juiste volgorde van klein naar groot van de volgende onderdelen.
1. cel
2. orgaan
3. weefsel
4. orgaanstelsel
5. organisme

1. 5-4-2-3-1
2. 1-2-4-3-5
3. 5-3-2-4-1
4. 1-3-2-4-5

Hoeveel verschillende soorten cellen zitten er in je lichaam?

1. 5
2. 15
3. 50
4. Meer dan 100

Mitochondria worden de energiefabrieken van de menselijke cel genoemd. In welke soort cellen zullen er heel veel mitochondria aanwezig zijn? Leg je antwoord uit (2p)

Veel jongeren die naar de sportschool gaan nemen vaak eerst een eiwitshake. Welke celorganellen zullen daarin veel aanwezig zijn?

1. Mitochondria
2. Celkernen
3. Endoplasmatisch reticulum
4. Ribosomon

Geef een voorbeeld van hoe twee of meer orgaanstelsels samenwerken

Behalve bewegen, waar heeft je lichaam nog meer energie voor nodig ?

Verbranding van glucose

Door glucose te verbranden ontstaat energie

Dit gebeurt in alle cellen in je lichaam!

Alleen is in de ene cel meer energie nodig dan in de andere

Samenwerken

Hoe komen spieren aan energie ?

Verbranding:

Glucose + zuurstof = 

energie + koolstofdioxide + water

Via welke 3 orgaanstelsels komt een spier aan glucose en zuurstof?

Bij de vorming van energie komt er water en koolstofdioxide vrij. Hoe raakt je lichaam deze twee stoffen kwijt?

Afvalstoffen

Je ademt koolstofdioxide uit

Je verliest water door je adem

Je verliest water door je plas

Je verliest water door je weet

Zijn er ook organen waar nooit een tekort aan energie is? Zo ja, welke? (T2)

Spierkramp

> Door een tekort aan zuurstof wordt glucose niet goed verbrandt

> Hierdoor ontstaat bij de verbranding van glucose niet koolstofdioxide en water, maar melkzuur
> Deze verbranding van glucose levert minder energie op

Wat heb je nodig om glucose te verbranden? (R)

1. Koolstofdioxide
2. Water
3. Energie
4. Zuurstof

Het eerste deel van het schema van verbranding:
glucose + zuurstof ----->
Welk orgaanstelsel zorgt voor deze stof ? (T2)
1) Glucose:
2) Zuurstof:

Walvissen kunnen lang onder water blijven. Wanneer de walvis weer bovenkomt ademt hij uit door het spuitgat boven op de kop. Bevat de lucht die door het spuitgat wordt uitgeademd meer of minder koolstofdioxide dan de ingeademde lucht? (T2)

1. Minder koolstofdioxide
2. Meer koolstofdioxide

Levert de verbranding van glucose tot melkzuur meer of minder energie op dan de verbranding van glucose tot water en koolstofdioxide? (T1)

1. Meer
2. Minder
3. Is gelijk

Wat is de reden dat glucose soms verbrand wordt tot melkzuur in plaats van tot water een koolstofdioxide? (T1)

1. Tekort aan glucose
2. Tekort aan zuurstof
3. Overschot glucose
4. Overschot zuurstof

Piet is aan het slapen, leg uit waarom de ademhaling van Piet nu heel rustig is.