26 zinsverbanden

Zinsverbanden
1 / 30
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

In deze les zitten 30 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Zinsverbanden

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Wat is een tekstverband?

Slide 3 - Woordweb

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

Maak een samengestelde zin van de zinnen:
a) Matthias wil graag drie weken op vakantie.
b) Hij heeft een vakantiebaantje

Slide 14 - Open vraag

Verbanden tussen zinnen aanbrengen

Twee manieren:
1) Verwijswoorden

2) Signaalwoorden

Slide 15 - Tekstslide

Welke verwijswoorden ken je?

Slide 16 - Woordweb

Opdracht
Verbind de zinnen met elkaar. Gebruik signaalwoorden en verwijswoorden. 

Slide 17 - Tekstslide

Rochelle gaat elke vakantie naar Frankrijk. De ouders van Rochelle hebben een vakantiehuis in Frankrijk.

Slide 18 - Open vraag

Het is een huis met een zwembad. Het huis ligt op loopafstand van een stadje.

Slide 19 - Open vraag

In het stadje is genoeg te doen. Je kunt in het stadje winkelen. 's Avonds kun je in het stadje naar de disco. In het stadje is elke week een boerenmarkt.

Slide 20 - Open vraag

Opdracht
Als je van twee enkelvoudige zinnen een samengestelde zin maakt laat je vaak woorden weg. Dit mag echter niet altijd. Geef aan of de zin goed of fout is. 

Slide 21 - Tekstslide

Milan heeft Marit verkering gevraagd en nu liefdesverdriet.
A
Goed
B
Fout

Slide 22 - Quizvraag

Milan heeft Marit verkering gevraagd en een blauwtje gelopen.
A
Goed
B
Fout

Slide 23 - Quizvraag

De leraar beloofde zijn klas uitstel, maar hield zich toch vast aan de deadline.
A
Goed
B
Fout

Slide 24 - Quizvraag

De leraar werd uitstel gevraagd, maar gaf daar niet aan toe.
A
Goed
B
Fout

Slide 25 - Quizvraag

Maak opdracht 1 en 2 (blz. 95)

Slide 26 - Tekstslide

Wat heb je tot nu toe geleerd?

Slide 27 - Woordweb

Wat vind je tot nu toe moeilijk?

Slide 28 - Woordweb

Wat vind je makkelijk?

Slide 29 - Woordweb

Huiswerk opdracht 3 en 4 blz. 96

Slide 30 - Tekstslide