Formatieve toets 9.1, 9.3 en 9.4

Oefentoets
9.1, 9.3 en 9.4

1 / 27
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 2

In deze les zitten 27 slides, met interactieve quizzen en tekstslide.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Oefentoets
9.1, 9.3 en 9.4

Slide 1 - Tekstslide

Als je hoofdpijn krijgt als je niet rookt dan ben je...
A
geestelijk afhankelijk
B
lichamelijk afhankelijk

Slide 2 - Quizvraag

Als je chagrijnig bent omdat je niet op je telefoon mag dan ben je...
A
geestelijk afhankelijk
B
lichamelijk afhankelijk

Slide 3 - Quizvraag

Hoelang duurt het voordat een glas alcohol afgebroken is door de lever?
A
half uur
B
1 uur
C
1,5 uur
D
2 uur

Slide 4 - Quizvraag

Welke stof uit sigaretten neemt de plek in van zuurstof in het bloed?
A
nicotine
B
koolstofmonoxide
C
teer

Slide 5 - Quizvraag

Welke stof uit sigaretten zorgt ervoor dat op den duur de longblaasjes knappen waardoor er minder zuurstof in het bloed opgenomen kan worden?
A
nicotine
B
koolstofmonoxide
C
teer

Slide 6 - Quizvraag

Waar of niet waar?
Als je alcohol in het juiste glas schenkt dan krijg je evenveel alcohol binnen ongeacht het percentage alcohol in de drank.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 7 - Quizvraag

XTC is een voorbeeld van een ... drug
A
verdovende
B
stimulerende
C
bewustzijns-veranderende

Slide 8 - Quizvraag

Heroïne is een voorbeeld van een ... drug
A
verdovende
B
stimulerende
C
bewustzijns-veranderende

Slide 9 - Quizvraag

Lachgas is een voorbeeld van een ... drug
A
verdovende
B
stimulerende
C
bewustzijns-veranderende

Slide 10 - Quizvraag

Welke huidlaag bestaat uit dode cellen?

Slide 11 - Open vraag

In welke huidlaag moet een tatoeage gespoten worden zodat die blijvend is?

Slide 12 - Open vraag

De huid heeft 3 taken. Wat is GEEN taak van de huid?
A
beschermen tegen giftige gassen uit de lucht
B
beschermen tegen vuil en ziekteverwekkers
C
lichaam op temperatuur houden
D
beschermen tegen de zon

Slide 13 - Quizvraag

Wat hoort bij een warme of koude huid?
Sleep naar de juiste plaats.
Warme huid
Koude huid
De bloedvaten in de huid worden wijder
Je gaat rillen
De bloedvaten in de huid worden nauwer
Je zweetklieren maken meer zweet

Slide 14 - Sleepvraag

Wat is pigment?
A
donker gekleurde cellen van de hoornlaag
B
korreltjes bruine kleurstof gemaakt door de kiemlaag
C
donker gekleurde lederhuid

Slide 15 - Quizvraag

Leg met behulp van het plaatje uit hoe een tumor kan uitzaaien.

Slide 16 - Open vraag

Welke onderdelen uit het bloed zijn verantwoordelijk voor het dichtmaken van wondjes?
A
rode bloedcellen
B
witte bloedcellen
C
bloedplaatjes

Slide 17 - Quizvraag

Witte bloedcellen
Rode bloedcellen
Bloedplaatjes
Bestrijden ziekteverwekkers
Vervoeren zuurstof met hemoglobine
Helpen bij de bloedstolling

Slide 18 - Sleepvraag

Zet de stappen van de bloedstolling in de juiste volgorde.
rode bloedcellen blijven in de fibrinedraden hangen
bloedplaatjes maken fibrinedraden
huid herstelt en korstje valt eraf
er wordt een korstje gemaakt
bloedplaatjes hopen zich op, op de plek van de wond

Slide 19 - Sleepvraag

Zie je in het plaatje een bacterie of virus?
A
bacterie
B
virus

Slide 20 - Quizvraag

Op welke manier vermeerderen virussen zich?

Slide 21 - Open vraag

Welke soort cel zie je aan het werk in het plaatje?
A
opeetcel
B
vreetcel
C
omsluitcel
D
insluitcel

Slide 22 - Quizvraag

Waaruit bestaat pus/etter?
A
verteerde bacteriën
B
dode witte bloedcellen
C
kapotte huidcellen en verteerde bacteriën
D
dode witte bloedcellen, verteerde bacteriën en kapotte huidcellen

Slide 23 - Quizvraag

Zet de gebeurtenissen in de juiste volgorde.
ziekteverwekker vermeerdert zich
ziekteverwekker komt in je lichaam
witte bloedcellen maken afweerstoffen
je wordt ziek
afweerstoffen schakelen de ziekteverwekker uit, je wordt beter

Slide 24 - Sleepvraag

Wat is vaccineren?
A
Een prikje zodat het virus doodgaat
B
Een prikje zodat je het virus niet kunt krijgen
C
Een prikje met nepvirus, zodat je niet ziek kunt worden
D
Een prikje met een dood/verzwakt virus zodat witte bloedcellen het echte virus kunnen herkennen

Slide 25 - Quizvraag

Hoe zorgt vaccineren ervoor dat mensen minder ziek worden?
Een vaccin zorgt ervoor dat...
A
de ziekteverwekker meteen herkent wordt bij een ''echte'' besmetting
B
er meer vreetcellen worden gemaakt
C
de bloedplaatjes meteen aan het werk gaan
D
de ontsteking minder erg kan worden

Slide 26 - Quizvraag

Op de wereldkaart zie je waar de meeste hepatitis B patiënten leven (donker blauw/groen). Waardoor zou Hepatitis B in bepaalde delen van de wereld meer voorkomen?

Slide 27 - Open vraag