Les zouten, metalen en moleculaire stoffen

• Scheikunde
• Middelbare school
• havo, vwo
• Leerjaar 3

Scheikunde h3

- Terugblik vorige les (2 min.)

- Het periodiek systeem (3 min.)

- Bouw van 3 soorten stoffen (10 min.) 

- Zelfstandig oefenen & nabespreken (15 min.)

Vorige les

Rode vlam                       Veel zuurstof                                  Blauwe vlam

Weinig zuurstof                                              C                 CO2

CO                                                 

                       Onvolledige verbranding         Volledige verbranding

Voor deze les

Je kan aan de hand van een molecuulformule en geleidbaarheid herkennen of een molecuul een metaal, zout of moleculaire stof is.

Moleculen zijn in te delen in 3 soorten

- Metalen

- Zouten

- Moleculaire stof

Oefenen

Op de volgende dia staan een aantal moleculen. Bepaal zelf of deze moleculen metalen, zouten of moleculaire stoffen zijn. Maak ook de vragen die rechts staan (herhaling toets laatste toets). 

Werk samen met degene naast je, en gebruik internet/online boek/eigen aantekingen/vraag mij als je er niet uit komt!

Schrijf/typ de antwoorden op, om 12:25 gaan we de antwoorden bij langs en vraag ik een paar willekeurige leerlingen!

Klaar? It'slearning -> scheikunde h3 -> planner -> week 11 -> bronnen, leerdoelen stoffen -> 

lees 1.7

NaCl

H₂O

Fe

SO₄

Pb

Koolstofdioxide

Kaliumjodide

Ammoniak

1. a) Wat is de naam van SO₄

_{b) Wat is de naam van PbS}

_{c) Wat is de naam van NaCl}

_{2. In mijn la heb ik vaste stoffen  A en B liggen. Bij een elektrische geleidingsproef geleidt stof B wel, en A niet.}

a) Stof B is een metaal/zout/moleculaire stof, omdat ...

b) Hoe zou je kunnen onderzoeken of stof A een metaal/zout/moleculaire stof is?

NaCl

H₂O

Fe

SO₂

Pb

Koolstofdioxide

Kaliumjodide

Ammoniak

1. a) Wat is de naam van SO₄

b) Wat is de naam van PbS

c) Wat is de naam van NaCl

2. In mijn la heb ik vaste stoffen A en B liggen. Bij een elektrische geleidingsproef geleidt stof B wel, en A niet.

a) Stof B is een metaal/zout/moleculaire stof, omdat ... (leg uit)

b) Hoe zou je kunnen onderzoeken of stof A een metaal/zout/moleculaire stof is?