Btw, consumentenprijs en psychologische prijs GTBD

CONSUMENTENPRIJS, BTW en PSYCHOLOGISCHE PRIJS
1 / 27
volgende
Slide 1: Tekstslide
Economie & OndernemenMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 3

In deze les zitten 27 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

CONSUMENTENPRIJS, BTW en PSYCHOLOGISCHE PRIJS

Slide 1 - Tekstslide

Leerdoelen
Je leert in deze LessonUp de begrippen:
  1. brutowinstmarge
  2. netto verkoopprijs
  3. bruto verkoopprijs en consumentenprijs
  4. btw
  5. psychologische prijs
  6. Daarnaast leer je de consumentenprijs berekenen.

Slide 2 - Tekstslide

Van inkoopprijs naar consumentenprijs

Slide 3 - Tekstslide

Consumentenprijs berekenen
  • inkoopprijs
  • brutowinstmarge
__________________ +
  • netto verkoopprijs
  • btw
__________________ +
  • bruto verkoopprijs = consumentenprijs

Slide 4 - Tekstslide

Netto verkoopprijs
De netto verkooprijs is de inkoopprijs + brutowinstmarge:

          inkoopprijs
          brutowinstmarge
          __________________ +
          netto verkoopprijs
Maar wat is nu een 'brutowinstmarge'?

Slide 5 - Tekstslide

Brutowinstmarge
  • Een winkel wil natuurlijk wat verdienen (overhouden) aan de producten die ze verkopen.
  • Dit doen ze door over ieder product een brutowinstmarge te berekenen.
  • Als er in een som staat: 'de brutowinsmarge bedraagt 60%' dan bedoelen we hiermee 'de brutowinstmarge bedraagt  60% van de inkoopprijs'.
  • Een ander woord is (bruto) winstopslag
  • De brutowinstmarge wordt deels gebruikt om de bedrijfskosten te betalen. En een deel is winst voor het bedrijf.

Slide 6 - Tekstslide

Consumentenprijs berekenen
inkoopprijs
brutowinstmarge
__________________ +
netto verkoopprijs
btw
__________________ +
bruto verkoopprijs = consumentenprijs

Slide 7 - Tekstslide

BTW
  • BTW staat voor Belasting Toegevoegde Waarde.
  • Ander woord: omzetbelasting.
  • Het is een belasting die wordt geheven over goederen en diensten in Nederland.
  • We kennen in Nederland drie btw-tarieven; 0%, 9% en 21%.

Slide 8 - Tekstslide

BTW 0% 
Nul tarief (vrijstelling) (0%)

Er wordt geen btw berekend over goederen en diensten die geëxporteerd worden.

Hier krijg je in de lessen van E&O niet mee te maken.

Slide 9 - Tekstslide

BTW 9% 
Laag tarief (9%)
Het lage btw-tarief wordt gebruikt voor basisbehoeften zoals eten en drinken. De overheid wil dit voor iedereen betaalbaar houden of het gebruik ervan stimuleren.
  • eten, drinken, water
  • geneesmiddelen
  • boeken
  • bepaalde diensten zoals kledingreparatie, kapper en fietsenmaker

Slide 10 - Tekstslide

BTW 21% 
Hoog tarief (21%)

Dit geldt voor de meeste goederen en diensten.
We noemen dit ook wel het algemene tarief.

Slide 11 - Tekstslide

Bruto verkoopprijs = consumentenprijs
Consumentenprijs   =  prijs die wij in de winkel betalen

Slide 12 - Tekstslide

Consumentenprijs berekenen
inkoopprijs
brutowinstmarge
__________________ +
netto verkoopprijs
btw
__________________ +
bruto verkoopprijs = consumentenprijs

Slide 13 - Tekstslide

Inclusief en Exclusief
Onthoud:

Netto verkoopprijs is exclusief BTW, dus zonder btw.

Bruto verkoopprijs is inclusief BTW, dus met btw. Een ander woord voor bruto verkoopprijs is de consumentenprijs.

Slide 14 - Tekstslide

Reken voorbeeld...
De inkoopprijs van een spijkerbroek € 50. 
De brutowinstmarge bedraagt 65% van de inkoopprijs.

1. Brutowinstmarge bereken:
  • € 50 : 100 x 65% = € 32,50
2. Netto verkoopprijs berekenen:
  • € 50 + € 32,50 = € 82,50 


Slide 15 - Tekstslide

Reken voorbeeld...
De netto verkoopprijs van de spijkerbroek is € 82,50. Je berekent het btw bedrag en de bruto-verkoopprijs.

3. Btw bedrag berekenen
  • € 82,50 : 100 x 21 = € 17,33
4. Bruto-verkoopprijs berekenen
  • € 82,50 + € 17,33 = € 99,83

Slide 16 - Tekstslide

Psychologische prijs
Psychologische prijzen hebben als doel het artikel goedkoop te laten lijken.


€ 24,95 lijkt veel minder dan € 25,00. 
Als de 95 cent dan ook nog kleiner wordt afgebeeld, ziet de klant vooral 24 staan en lijkt het nog goedkoper.

€ 25,00
€ 24,95
€ 24,
95

Slide 17 - Tekstslide

Psychologische prijs
Ook de onderstaande afbeelding is een vorm van psychologische prijs. De oude prijs wordt doorgestreept en daarbij komt de nieuwe/lager prijs te staan.

Slide 18 - Tekstslide

Bodemprijs en adviesprijs
Een bodemprijs is de laagste prijs die je als winkelier voor een artikel mag vragen. Je mag als winkelier nooit onder de bodemprijs komen.

De adviesprijs is de prijs die de fabrikant voor dat artikel heeft aangegeven. Als winkelier mag je hier van afwijken.

Slide 19 - Tekstslide

Wat is een ander woord voor de
btw?

Slide 20 - Open vraag

Welke btw-tarieven zijn er in Nederland?

Slide 21 - Open vraag

Hoe bereken ik de netto verkoopprijs?
A
omzet + brutowinstmarge
B
verkoopprijs + brutowinstmarge
C
inkoopprijs + btw
D
inkoopprijs + brutowinstmarge

Slide 22 - Quizvraag

Hoe bereken ik de bruto verkoopprijs?
A
netto verkoopprijs - btw
B
inkoopprijs + btw
C
netto verkoopprijs + btw
D
inkoopprijs + brutowinstmarge

Slide 23 - Quizvraag

Wat is een ander woord voor de
bruto verkoopprijs?

Slide 24 - Open vraag

De inkoopprijs van een scooter is € 1.100.
De brutowinstmarge is 55%.
Wat is de netto verkoopprijs?

Slide 25 - Open vraag

De netto verkoopprijs van een scooter is € 1.705.
De btw is 21%.
Wat is de consumenten?

Slide 26 - Open vraag

De kostprijs van een product is € 15,50.
De winstopslag is 70% en de btw 9%.
Bereken de consumentenprijs:

Slide 27 - Open vraag