Het literaire leven in de middeleeuwen

Nederlands
Literatuurgeschiedenis
Middeleeuwen

1 / 50
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

In deze les zitten 50 slides, met tekstslides en 4 videos.

time-iconLesduur is: 100 min

Onderdelen in deze les

Nederlands
Literatuurgeschiedenis
Middeleeuwen

Slide 1 - Tekstslide

de middeleeuwen
historische achtergrond
Middeleeuwen - de basis (p. 76-77)
middeleeuwen
één geloof
ongeletterd
God en Duivel
saamhorigheid
Noormannen en Saracenen
geestelijkheid en adel
steden in opkomst
burgerij
rooms-katholiek
500-1500
standen-maatschappij
dreiging van 'buitenaf'

Slide 2 - Tekstslide

Programma vandaag

1) Hoorcollege over literaire leven in de middeleeuwen
2) Groepsopdracht middeleeuwse kenmerken

Slide 3 - Tekstslide

Lesdoel

Het literaire leven in de middeleeuwen is voor jou meer gaan leven omdat we er 'handen en voeten' aan hebben gegeven...

Slide 4 - Tekstslide

Hoorcollege
Literair leven in de middeleeuwen

Slide 5 - Tekstslide

Van de oudheid naar de middeleeuwen...

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Video

Hoe zag de middeleeuwse samenleving eruit?

Slide 8 - Tekstslide

De middeleeuwse samenleving

  • Mensen waren heel gelovig
  • Hiernamaals: hemel of de hel
  • Vroom met humoristische kant
  • Humoristisch gepresenteerde vrome boodschappen (bijvoorbeeld 'Jezus als herbergier op een bruiloftsfeest')
  • Humor is geaccepteerd middel om goddelijke boodschap te vertellen

Slide 9 - Tekstslide

Waarom moet je dat weten?

Ghebenedijd zo moet hi zyn
die vanden water maecte wyn

Gezegend moet hij zijn
die van het water maakte wijn
Wie is 'hij'?

Slide 10 - Tekstslide

Symboliek

  • getallen
  • namen
  • kleuren
  • dieren

Slide 11 - Tekstslide

In de middeleeuwen zijn er grofweg gesproken drie standen:


  • de geestelijkheid
  • de adel
  • de boeren
  • pas veel later komen daar de burgers bij (wanneer er steden ontstaan)


Symboliek - getallen

  • twee (waarschuwing voor gevaar / goed en kwaad)
  • drie (heilig getal / Vader, Zoon en Heilige Geest / drie keer dezelfde boodschap/opdracht kwam van God)
  • vijf (verwijzing naar Maria, haar naam bestaat uit vijf letters)
  • zeven (heilig getal / God schiep de wereld in zeven dagen)

Slide 12 - Tekstslide

In de middeleeuwen zijn er grofweg gesproken drie standen:


  • de geestelijkheid
  • de adel
  • de boeren
  • pas veel later komen daar de burgers bij (wanneer er steden ontstaan)


Symboliek - namen 
Floris ende Blancefloer

  • Floris (van 'floire', de rode roos, de meest geliefde bloem, staat voor hartstocht)
  • Blancefloer (van 'blancheflor', de witte bloem, de lelie, staat voor zuiverheid)

Slide 13 - Tekstslide

In de middeleeuwen zijn er grofweg gesproken drie standen:


  • de geestelijkheid
  • de adel
  • de boeren
  • pas veel later komen daar de burgers bij (wanneer er steden ontstaan)


Symboliek - kleur

  • blauw (kleur van de adel - blauw bloed - en kleur van reinheid, vroomheid)
  • wit ( maagdelijkheid, reinheid, waarheid) 
  • rood (menselijke lichamelijke liefde van de man)

Slide 14 - Tekstslide

In de middeleeuwen zijn er grofweg gesproken drie standen:


  • de geestelijkheid
  • de adel
  • de boeren
  • pas veel later komen daar de burgers bij (wanneer er steden ontstaan)


Maria

  • Mariaverering
  • Vaak afgebeeld in blauw en wit
  • Maagdelijkheid, reinheid, vroomheid en waarheid
  • Blauw was kostbare kleur door dure grondstoffen

Slide 15 - Tekstslide

In de middeleeuwen zijn er grofweg gesproken drie standen:


  • de geestelijkheid
  • de adel
  • de boeren
  • pas veel later komen daar de burgers bij (wanneer er steden ontstaan)


Dierenepiek

  • Dierenfabels: korte verhalen met een duidelijke moraal
  • Dieren in de verhalen gedragen zich als mensen
  • Vaak satire: via dieren wordt de menselijke maatschappij belachelijk gemaakt, zoals in 'Van den Vos Reynaerde'.

Slide 16 - Tekstslide

In de middeleeuwen zijn er grofweg gesproken drie standen:




Standenmaatschappij

- de geestelijkheid
- de adel
- de boeren

>>> Pas veel later komen daar de burgers bij (wanneer er steden ontstaan).

Slide 17 - Tekstslide

Wanneer begint de geschiedenis van de Nederlandse literatuur?

Slide 18 - Tekstslide

de middeleeuwen

De Nederlandse literatuur begint rond 1100

Hebban olla vogala nestas hagunnan 
hinase hic enda thu, wat unbiddan we nu?


Dit is Oudnederlands (tussen 800 en 1150).



Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Video

Waarom begint het allemaal rond 1100?
De mens begint zichzelf een beetje te ontdekken vanaf de 12e eeuw:

  1. Kloosters zoeken toenadering tot volk.
  2. Wereldse kennis uit Arabische wereld (natuurkunde, wiskunde, medicijnen, astrologie).
  3. Adelijke hoven manifesteren zich (riddereer / hoofsheid).
  4. Steden winnen aan betekenis: burgerij.

Slide 21 - Tekstslide

de taal

Het Latijn is in de middeleeuwen niet langer de spreektaal. Wel is het de taal van de kerk en van de geleerden. Het blijft ook lange tijd de enige taal waarin werd geschreven.

Pas vanaf 800 doken er verhalen op schrift op in de volkstaal en in Nederland moesten we wachten tot 1100. Onze volkstaal heet "Diets" en klonk ongeveer zo.

Drie literaire haarden (tot in de zestiende eeuw):
Er ontstaat meer en meer een schrijfcultuur en de hoven en steden kregen behoefte aan geschoold personeel dat kon lezen en schrijven. Dan ontstaan er dus drie literaire haarden:

  1. In de kloosters
  2. Aan het hof
  3. In de stad

Slide 22 - Tekstslide

Vorm en voordracht

Slide 23 - Tekstslide

Voordracht
Verhalen waren er niet om zelf te lezen, maar om  naar te luisteren!

  • Rondreizende troubadours of 
minstrelen vertelden de verhalen. 
  • Verhalen werden dus van
generatie op generatie mondeling
overgedragen.
  • Vaak uit het hoofd.

Slide 24 - Tekstslide

Over de vorm

Hoe komt het dat je de tekst van een liedje zo goed onthoudt dat je het vaak jaren later nog steeds weet en mee kunt zingen?

Slide 25 - Tekstslide

Vorm - rijmend

Egidius, waer bestu bleven?
Mi lanct na di, gheselle mijn.
Du coors die doot, du liets mi tleven.
Dat was gheselscap goet ende fijn.
Het sceen teen moeste ghestorven sijn.
Nu bestu in den troon verheven
Claerre dan der zonnen scijn.
Alle vruecht es di ghegheven.

Uit: Egidiuslied (beroemdste middelnederlandse gedicht)

Slide 26 - Tekstslide

Vorm - proza

Ik vroeg me af waar Egidius heen was gegaan. Ik vond het gemis zwaar en ik verlangde enorm naar hem. Dat hij de dood verkoos en mij dus achterliet, vind ik onverteerbaar. Ik hield namelijk heel erg van zijn gezelschap en het doet me pijn dat hij er nu niet meer is. Waar zou hij nu zijn? Hoe zou het met hem gaan? Ik blijf het me maar afvragen.

Slide 27 - Tekstslide

Waar gingen al die verhalen over en welke genres onderscheiden we?

Slide 28 - Tekstslide

anonieme schrijvers
Verhalen

  • Vaak vertalingen en/of bewerkingen van bestaande legendes/volksverhalen. 
  • De schrijver wilde vermaken, maar vooral ook de lezer iets leren(didactische functie).
  • Religieuze literatuur, ridderverhalen en hoofse literatuur

Slide 29 - Tekstslide

anonieme schrijvers
Veel religieuze literatuur

Twee belangrijke genres:

  1. Marialegenden
  2. Heiligenlevens

Slide 30 - Tekstslide

anonieme schrijvers
Marialegenden

Volksverhalen waarin Maria
voorkomt. Vaak verricht ze
een wonder voor de hoofdpersoon 
die haar trouw blijft.

- Veel wonderen
- Verering van Maria
- Symboliek

Slide 31 - Tekstslide

anonieme schrijvers
Marialegenden

Beroemdste voorbeeld:

  • Beatrijs (eind 13e eeuw)
  • Beatrijs is non, maar gaat er met haar jeugdliefde vandoor. Ze krijgen twee kinderen maar na zeven jaar verlaat de man haar. Beatrijs houdt zich zeven jaar in leven met prostitutie, maar keert dan naar het klooster terug. Daar vindt een mirakel plaats...

Slide 32 - Tekstslide

anonieme schrijvers
Heiligenlevens

Beschrijving van het leven en de (martel)dood van een heilige. Het doel was om je een voorbeeld te geven van hoe je trouw blijft aan je geloof. 

- Kritiekloos
- Niet het werkelijke leven
- Vast stramien: beschrijft eerst het leven van de heilige, dan de verrichte wonderen en de betoonde verering.

Slide 33 - Tekstslide

Het lied in de middeleeuwen

Als er één periode is geweest,

waarin het goed feestvieren was,

dan is dat wel de middeleeuwen.

Het barstte dus ongetwijfeld van

de liederen, maar daar zijn er niet

zo veel van overgebleven.

Liederen

Als er één periode is geweest, waarin het goed feestvieren was, dan is dat 
wel de middeleeuwen. Het barstte dus ongetwijfeld van
de liederen, maar daar zijn er niet zo veel van overgebleven.




Slide 34 - Tekstslide

Het lied in de middeleeuwen
Soorten liederen

  • minneliederen (hoofse lyriek)
  • ballades
  • geestelijke liederen
  • historieliederen / heldenlied
  • elegieën (liederen waarin de dood van een dierbare wordt bezongen, zoals Egidiuslied)

Slide 35 - Tekstslide

Minneliederen

Liefdesgedichten op muziek. Niet altijd duidelijk of het echt de 'stem' is van een persoon of de 'stem' van de gemeenschap. Gaat vaak over hoofse liefde.

  • Henric van Veldeke
  • Een van de schrijvers die aan de wieg staat van de Nederlandstalige literatuur.

Slide 36 - Tekstslide

Minneliederen - Henric van Veldeke
In dem aberellen
sô die bluomen springen
sô loubent die linden
und gruonent die buochen,
sô habent ir willen
die vogele und singen,
wan si minne vinden,
aldâ si suochen
an ir gnôz, wan ir blîdeschaft ist grôz,
der mich nie verdrôz.
Wan si swîgen al den winter stille.

Slide 37 - Tekstslide

Ballades

Gedichten en liederen over heldendom en dappere daden van adellijke mensen.

  • Het lied van heer Halewijn
  • Waarschijnlijk 13e of 14e eeuw
  • Pas opgeschreven in 19e eeuw
  • Eeuwenlang mondeling overgeleverd

Slide 38 - Tekstslide

Slide 39 - Video

Het lied in de middeleeuwen
Ridderromans

  • Karelromans
  • Arthurromans

Roman betekent 'verhaal
in het Romaans' (toen de 
volkstaal in Frankrijk).

Slide 40 - Tekstslide

Karel de Grote

  • Karel de Grote (748-814)
  • Populair genre
  • Thema is ontrouw aan de leenheer.
  • Ridders zijn ruw en wreed (altijd vechten).
  • Vrouwen spelen ondergeschikte rol.
  • Soms sprookjeselementen
Karelromans

Slide 41 - Tekstslide

Karel de Grote

  • Karel ende Elegast
  • Roelandslied

'Een razende roeland'
Iemand die nogal wild en onbehouwen is of iemand die wild tekeergaat.
Karelromans

Slide 42 - Tekstslide

Karel de Grote

  • Koning Arthur (en de ridders van de ronde tafel).
  • Queeste, bijvoorbeeld naar de heilige graal (geen oorlog).
  • Thema is liefde, vrouw in nood.
  • Ridders zijn moedig en slim.
  • Vrouwen worden vereerd (hoofsheid).
  • Soms sprookjeselementen.
Arthurromans / hoofse ridderromans

Slide 43 - Tekstslide

hoofsheid
Hoofsheid
  • Belangrijk ideaal
  • Verspreid via literatuur
  • Beschaafde omgangsvormen
  • Respect en beheersing van driften.
  • Hoofse liefde (een ridder is hartstochtelijk verliefd op een - onbereikbare - vrouw).

Slide 44 - Tekstslide

Van handschrift naar boekdrukkunst

Slide 45 - Tekstslide

0

Slide 46 - Video

manuscript/ handschrift
Handschrift (manuscript)

  • Monnikenwerk (iedere letter werd met de hand overgeschreven).
  • Kostbaar (materiaal, tijd, dieren).
  • Scriptorium
  • Veel versieringen

Slide 47 - Tekstslide

manuscript/ handschrift
Boekdrukkunst

  • Tweede helft 15e eeuw.
  • Van houtblok (blokdruk) naar los lettermateriaal.
  • Eerste drukkers in Duitsland.
  • Leescultuur ontstaat (stadsscholen ontstaan).
  • Van poëzie naar proza.

Slide 48 - Tekstslide

manuscript/ handschrift
Van middeleeuwen naar nu

Slide 49 - Tekstslide

Van middeleeuwen naar nu
Bron: Het Parool, 12 maart 2021

Slide 50 - Tekstslide