paragraaf 2 afstand en tijd

• Biologie
• Middelbare school
• vmbo b
• Leerjaar 3

paragraaf 2 afstand en tijd.

leerdoelen vorige les.

je weet wat snelheid is en hoe je de gemiddelde snelheid uitrekent.

snelheid= afstand : tijd

je weet de eenheid van snelheid

km/h of m/s

leerdoelen deze les 

je kan de afstand berekenen als je de snelheid en de tijd weet.

je kan de tijd berekenen als je de afstand en de snelheid weet.

je kan via een tabel km/h en m/s omrekenen.

afstand

als je de snelheid weet en de tijd weet kan je de afstand uitrekenen.

afstand= snelheid x tijd

voorbeeld: je rijdt met je moeder over de snelweg van boskoop naar gouda centrum. ze rijdt 85km/h en ze doet er 30 minuten over. wat is de afstand?

je rijdt met je moeder over de snelweg van boskoop naar gouda centrum. ze rijdt 85km/h en ze doet er 30 minuten over. wat is de afstand?

afstand= snelheid x tijd

snelheid= 85 km/h

tijd= 30 minuten (30 minuten is de helft van 1 uur schrijf dit dan als 0,5 uur)

85x0,5=42.5 km 

(erg om gereden)

tijd

als je de afstand en de snelheid weet kan je de tijd uitrekenen.

tijd=afstand : snelheid

voorbeeld: koen rijdt 18km/h over een afstand van 9 km. hoe lang doet hij hierover?

koen rijdt 18km/h over een afstand van 9 km. hoe lang doet hij hierover?

tijd= afstand : snelheid

afstand= 9 km

snelheid = 18 km/h

9:18=0.5 H

dus een half uur (30 minuten)

driehoek

leerdoelen deze les

je kan de afstand berekenen als je de snelheid en de tijd weet.

afstand = snelheid x tijd

je kan de tijd berekenen als je de afstand en de snelheid weet.

tijd=afstand : snelheid

opdrachten maken.

Opdracht 21 t/m 30+ ( blz 71-72)

Opdracht 31 t/m 40 (blz 74-75)