Tussen vraag en antwoord

Tussen vraag en antwoord
1 / 37
volgende
Slide 1: Tekstslide
GodsdienstSecundair onderwijs

In deze les zitten 37 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 120 min

Onderdelen in deze les

Tussen vraag en antwoord

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Enkele afspraken

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Leerplan?
LPD:
2. In kaart brengen hoe mensen verschillen bij het maken van keuzes (begrijpen).
3. Onderscheiden hoe het leven beïnvloed wordt door gegevenheid, eigen keuzes en die van anderen (analyseren)
4. Concretiseren hoe levensbeschouwelijke keuzes tot uiting komen in woord en daad (begrijpen)

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Lesopbouw
  • Vragen

  • Begrippen

  • Voorbeelden

  • Opdracht

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

2. WBL

  • Teams > Godsdienst > Class Notebook 
    > eigen mapje > 2. Werkbladen en impulsen >  1.1. Tussen vraag en antwoord

  • Lees de tekst in puntje 1 en beantwoord  bijhorende vragen.

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat is het verschil tussen deze 2 vragen?


Hoe laat begint de les morgen?

Wat is de zin van het leven?

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

2. WBL

  • Teams > Godsdienst > Class Notebook 
    > eigen mapje > 2. Werkbladen en impulsen >  1.1. Tussen vraag en antwoord

  • Maak de opdracht in puntje 2. 'Gewoon een vraag… of toch niet?'

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

2. WBL

  • Teams > Godsdienst > Class Notebook 
    > eigen mapje > 2. Werkbladen en impulsen >  1.1. Tussen vraag en antwoord

  • Maak de opdracht in puntje 3. 'Een bril vol vragen… en antwoorden in zicht'.

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat is zingeving?
Gaat over de zoektocht van mensen naar wat voor hen het leven de moeite waard maakt.

= niet statisch
= continu proces waarin alle mensen betekenis (proberen te) geven aan hun leven 

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De ontwikkeling van je eigen zingevingsstructuren
wordt beïnvloed door je socioculturele omgeving, maar
het is ook een persoonlijke constructie, waar eigen
levenservaringen aan bijdragen (Leijssen, 2004).

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Zinvol leven?
= gekenmerkt door meerdere bronnen (mensen, dingen, acties) 
waaruit mensen zin halen

Er zijn vier zingevingsdimensies: 
  1. de fysische
  2. de psychische
  3. de sociale 
  4. de transcendente dimensie

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Levensbeschouwing

Slide 12 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Levensbeschouwing

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies


PERSOONLIJKE LB

jouw levensvragen en jouw antwoorden daarop

GEMEENSCHAPPELIJKE LB

het geheel van opvattingen/overtuigingen over het leven die een groep deelt (waarden, normen, regels…).

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Levensbeschouwing

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

2. WBL

  • Teams > Godsdienst > Class Notebook 
    > eigen mapje > 2. Werkbladen en impulsen >  1.1. Tussen vraag en antwoord

  • Maak de opdracht 'Hoe zie jij het? Vul aan!' in puntje 3. 

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De wereld is.../ zou moeten zijn...

Slide 17 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Enkele voorbeelden...

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

2. WBL

  • Teams > Godsdienst > Class Notebook 
    > eigen mapje > 2. Werkbladen en impulsen >  1.2. Mens-, wereld- en godsbeelden

  • Lees eerst het artikel !
  • Check dan even via BW wat je onthouden/begrepen hebt
  • Beantwoord daarna de bijhorende vraag in  puntje 3 van 1.1. Tussen vraag en antwoord

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Opdracht 1.1 puntje 4
2. WBL

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Je levensbeschouwing

= belangrijk onderdeel van je identiteit

 heeft invloed op…

wordt beïnvloed door…



Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Interlevens-beschouwelijke dialoog


= samen met anderen uitwisselen over wat zin geeft aan het leven, waar je in gelooft en wat jij belangrijk vindt

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Levensbeschouwingen...

Slide 26 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 27 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Welke religies ken je?

Slide 28 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Elke religie is een godsdienst.

Slide 29 - Poll

Deze slide heeft geen instructies

Elke godsdienst is een levensbeschouwing, maar niet elke levensbeschouwing is een godsdienst.

Slide 30 - Poll

Deze slide heeft geen instructies

Even resumeren...
De term ‘levensbeschouwing’ 

= breder dan religie of godsdienst !

= bijvoorbeeld ook atheïsten, vrijzinnig-humanisten, agnosten... 

Slide 31 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

LB > Religie > Godsdienst

  • Elke godsdienst is een religie.
  • Poly-/monotheïsme/...?!
  • Elke religie is een levensbeschouwing.
  • Niet elke religie is een godsdienst!

Slide 32 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 33 - Tekstslide

Animisme
Animisme is het geloof dat natuurverschijnselen, dieren, planten en objecten een ziel of spirituele kracht hebben. Het komt vaak voor in traditionele en inheemse culturen.

➤ Animisme is meestal polytheïstisch of panentheïstisch, omdat het uitgaat van meerdere spirituele krachten.

🔸 Sikhisme
Het sikhisme is een monotheïstische godsdienst ontstaan in India in de 15e eeuw. Sikhs geloven in één god en leggen veel nadruk op gelijkheid, dienstbaarheid en innerlijke spiritualiteit.

Niet-gelovige levensbeschouwingen 
1. Atheïsme

“Ik geloof niet dat er een god bestaat.”
Atheïsten denken dat alles wat bestaat, verklaard kan worden zonder een god of hogere macht. Ze vertrouwen op wetenschap, logica en ervaring.
📌 Voorbeeld: Een jongere die zegt: “Ik geloof in de kracht van mensen en wetenschap, niet in een god.”

2. Agnosticisme

“Ik weet niet of er een god bestaat, en misschien kunnen we dat nooit zeker weten.”
Agnostici twijfelen. Ze zeggen niet dat er zeker géén god is, maar ze vinden dat we het niet kunnen bewijzen.
📌 Voorbeeld: Een jongere die zegt: “Misschien is er iets, misschien niet. Ik weet het gewoon niet.”

3. Vrijzinnig humanisme

“De mens staat centraal. We moeten goed leven, zonder dat we daarvoor een god nodig hebben.”
Vrijzinnig humanisten geloven dat mensen zelf verantwoordelijk zijn voor hun keuzes en dat we elkaar moeten helpen. Ze vinden waarden zoals respect, vrijheid en gelijkheid belangrijk.
📌 Voorbeeld: Een jongere die zegt: “Ik wil goed zijn voor anderen omdat ik dat belangrijk vind, niet omdat een god dat zegt.”

Slide 34 - Link

Deze slide heeft geen instructies

Slide 35 - Link

Deze slide heeft geen instructies

Slide 36 - Link

Deze slide heeft geen instructies

Het leven beschouwen…

Slide 37 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies