les 1

Digitale vaardigheden
1 / 14
volgende
Slide 1: Tekstslide
Digitale vaardighedenMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 14 slides, met tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Digitale vaardigheden

Slide 1 - Tekstslide

Vandaag:
- Uitleg over het examen. 
- De studiewijzer 
- Opdracht 1: Verzamelen van digitale informatie. 
- Betrouwbaarheid bronnen
- Huiswerkopdracht.

Slide 2 - Tekstslide

We gaan aan de slag met: 
- het maken van een overzichtelijk Word document met allerlei digitale vaardigheden erin. 
- het werken met de One Drive, zodat je gegevens goed op kunt slaan. 

Slide 3 - Tekstslide

Het examen: Digitale vaardigheden.
  1. Je zoekt minimaal 3 betrouwbare bronnen over een trend / actuele ontwikkeling in de zorg. 
  2. Je maakt een verslag over die trend of de actuele ontwikkeling in de zorg.   
  3. Je kunt het bestand opslaan in One Drive. 
  4. Je kunt het bestand delen met een klasgenoot en met de docent via One Drive. 
  5. Je krijgt dan feedback, past deze feedback aan je dan sla je het nogmaals op. 
          - Met de aangepaste (feedback) inhoud   
          - Onder een andere naam 

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Het verslag is voorzien van:
- Een voorblad   
o Titel   
o Bijpassende afbeelding   
o Naam + achternaam, studentnummer, docent, klas, datum  
  
-  Een logisch opgebouwde tekst   
o Gebruik minimaal drie betrouwbare bronnen   
o Gebruik minimaal 500 en maximaal 1000 woorden in het document.   
o Gebruik: kopjes, paginanummers, opsomming & een verwijzing.   
o Ook voeg je een inhoudsopgave toe! 
o Je hebt de bronnen vermeldt in een literatuurlijst. 

Slide 6 - Tekstslide

Studiewijzer 

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

0

Slide 9 - Video

Betrouwbaarheid van bronnen
1. Wie is de auteur van de tekst? 
  • Is dat een expert op dit gebied? 
  • Is de informatie van een betrouwbare instelling (universiteit, onderzoeksinstituut)

2. Met welk doel is de tekst geschreven? 
  • Is de tekst objectief (dus geen reclame) 

3. Is de bron actueel? 
  • Kijk wanneer de tekst geschreven is. 
  • Een bron die al ouder is kan ook verouderde informatie bevatten. 

Slide 10 - Tekstslide

Auteursrechten
Wie onderzoek doet voor een werkstuk maakt gebruik van bestaande literatuur en andere informatiebronnen.
Dat is toegestaan, maar teksten en ideeën van anderen mogen niet zomaar in een eigen document overgenomen worden.

Bronvermelding is verplicht. Je moet dus een vermelding in de tekst zetten waaruit blijkt wat de bron is.
Doe je dit niet? Dan maak je je schuldig aan plagiaat.


Het doel van bronvermelding is:
• Vindbaarheid - Uit de bronnenlijst wordt duidelijk waar de informatie kan worden teruggevonden (in een boek, op
het internet, etc.).
• Controleerbaarheid - De gevonden informatie is goed begrepen en verwoord.
• Bescheidenheid - De ander krijgt de eer die hem of haar toekomt.

Slide 11 - Tekstslide

Opslaan van bronnen. 
Het is altijd belangrijk om bronnen die je gebruikt op te slaan. 
Dit doe je in de laatste paragraaf van het verslag: de literatuurlijst. 

APA-Richtlijnen: Als je je verder wil verdiepen, zoek dit dan eens op. 

Bronvermelding: 
Auteur / Organisatie (datum). van: Site






Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

Huiswerkopdracht:
1. Ga aan de slag met opdracht 1: Verzamelen van digitale informatie. 

2. Voorbereiding opdracht 2: 
- Haal de belangrijke informatie uit de bronnen en maak hiervan een verslag (500 / 1000 woorden)

Let op: Zorg dat je de bronnen die je gebruikt opslaat. 
- Probeer dit a.d.h.v. van het zojuist gegeven voorbeeld te doen. 
- Je kunt de bronnen ook opslaan in je favorieten (op internet) 

Slide 14 - Tekstslide