2V herhaling en par. 8

Voor de SO: paragraaf 6 en 7 besproken...
1 / 19
volgende
Slide 1: Tekstslide
FilosofieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

In deze les zitten 19 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

Voor de SO: paragraaf 6 en 7 besproken...

Slide 1 - Tekstslide

´Waarheid in je hoofd´
Onze zintuigen bedriegen ons soms en daarom kunnen we er nooit écht op rekenen. 

Slide 2 - Tekstslide

Descartes
Zekerheden worden onzekerheden.
Wetenschap verandert voortdurend.
Wat is er nog waar?

Slide 3 - Tekstslide

Twijfel
Wat kan ik nog geloven?
En wie?
Kan ik mijn ogen wel geloven?
Kan ik wetenschappers en machthebbers wel geloven?

Slide 4 - Tekstslide

Zekerheid
Zeker is: ik kan twijfelen.
Dus ik besta.
Cogito ergo sum.

Twijfel als methode om absolute zekerheid te verkrijgen.

Slide 5 - Tekstslide

Ik besta?
Dan moet ik zijn geschapen.
Dus God bestaat ook.
Verder is alles onzeker.

Slide 6 - Tekstslide

Op de methodische twijfel van Descartes is veel kritiek gekomen, want alles waar hij aan twijfelde bij de voordeur, haalde hij bij de achterdeur weer naar binnen. Misschien wel uit angst voor het ontbreken van absolute zekerheid.

Slide 7 - Tekstslide

David Hume
Empirist die twijfelde. 

Hij erkende de noodzakelijke waarheid van sommige uitspraken, alleen: ze zeiden niets nieuws!

Slide 8 - Tekstslide

Paragraaf 5: Om de waarheid van een oordeel vast te stellen, ga je de werkelijkheid, de ervaring, onderzoeken. 


Hume: Die oordelen zeggen niets over de werkelijkheid maar alleen iets over de gebruikte woorden en begrippen.
(vb. vrijgezel, schimmel, crikel)

Slide 9 - Tekstslide

Twijfel als werkelijkheid
  • Hume: het is altijd mogelijk dat de werkelijkheid anders is dan zij leek te zijn. 
  • Er is dus niets waarvan we kunnen zeggen dat het moet bestaan.
  • Hoe kun je zeker weten dat de ene gebeurtenis (A) de oorzaak is van een andere gebeurtenis (B), zodat (A) altijd gevolgd wordt door (B) 

Slide 10 - Tekstslide

Met andere woorden: dat een bepaalde gebeurtenis (A) steeds een andere gebeurtenis (B) tot gevolg heeft, weten we nooit zeker. 
Een causaal verband is dus nooit noodzakelijk

Slide 11 - Tekstslide

Met absolute zekerheid kunnen we over de werkelijkheid dus nooit iets zeggen



Er ontstaat wel een verwachtingspatroon en als dat steeds bevestigd wordt, groeit voor ons het gevoel van waarschijnlijkheid. 

Slide 12 - Tekstslide

Uit een filosofische column:
Hij voerde sommige gedachtengangen zo ver door dat hij conclusies trok los van enige praktische relevantie. Had-ie maar een vrouw gehad, dan was het niet zo uit de hand gelopen.

Je hebt er eigenlijk geen zak aan, aan deze constatering. Hoewel Hume eigenlijk gewoon gelijk heeft, is het zo onpraktisch als maar kan. Zo kun je niet leven. Als je er niet vanuit kunt gaan dat de zon morgen opkomt, of dat je kopje koffie op de grond valt als je het los laat in de lucht, dan kun je niet leven.

Het maakte Hume niets uit. Klootzak Hume. Had-ie maar een vrouw gehad, dan was het misschien nog goed met ‘m afgelopen.


Slide 13 - Tekstslide

Immanuel Kant (1724-1804)
Duitse theoloog, filosoof, wis- en natuurkundige
  • pleidooi voor onbegrensde vrijheid van meningsuiting en het gebruik van eigen verstand

Slide 14 - Tekstslide

Durf te denken!

We hebben zekerheid, onafhankelijk van ervaring, nodig!

Lezen blz. 34-35

Slide 15 - Tekstslide

Wat is kennis ´a priori´?

Slide 16 - Open vraag

Wat is kennis ´a posteriori´?

Slide 17 - Open vraag

Opdrachten maken
In ieder geval paragraaf 8: 15 minuten ZS


timer
15:00

Slide 18 - Tekstslide

0

Slide 19 - Video