Paragraaf 2.4 Slaven op de plantages

Paragraaf 2.4 tot slaaf gemaakten op de plantages
Klas 2A
1 / 14
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolmavoLeerjaar 2

In deze les zitten 14 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 55 min

Onderdelen in deze les

Paragraaf 2.4 tot slaaf gemaakten op de plantages
Klas 2A

Slide 1 - Tekstslide

Planning
  1. Leerdoelen.
  2. Uitleg paragraaf 2.4
  3. Maken opdrachten
  4. Controleren leerdoelen

Slide 2 - Tekstslide

Leerdoelen
  1. Je begrijpt welke omstandigheden er speelden op een plantage
  2. Je kunt uitleggen wat abolitionisme betekend

Slide 3 - Tekstslide

Begrippen
Abolitionisten
Mensen die zich inzetten voor de afschaffing van de slavernij
Basja 
Tot slaaf gemaakte die andere tot slaaf gemaakten in de gaten moesten houden

Slide 4 - Tekstslide

Tijdlijn 
Engeland schaft de slavernij af
Nederland schaft de slavernij af
1833
1863

Slide 5 - Tekstslide

Op de plantage
  • Verbouwd in kolonien in Amerika
  • Plantages lagen aan water
  • De tot slaaf gemaakten en hun nakomelingen deden het zware werk 
  • Wie niet hard genoeg werkte kreeg straf 
  • Basja's = tot slaaf gemaakten die andere tot slaaf gemaakten in de gaten moesten houden
  • Elke tot slaaf gemaakte had een taak

Slide 6 - Tekstslide

Opstanden
  • Organiseren van een opstand was moeilijk 
  • Verschillen tussen tot slaaf gemaakten zorgen voor conflicten
  •  In Suriname de Boni opstand
  • Boni werd leider van een groep mensen die plantages overvielen
  • Leger gevormd tegen de aanhangers van Boni

Slide 7 - Tekstslide

Abolitionisme
  • Door de verlichting gingen mensen anders over slavernij denken
  • Anderen ook vanuit christelijke overtuiging
  • Abolitionisten wilden slavernij afschaffen
  • Europese landen volgden Engeland 

Slide 8 - Tekstslide

Oorzaken en gevolgen
  • Gebeurtenissen hebben oorzaken en gevolgen 
  •  Oorzaak slavernij:
  1. Vraag naar arbeiders (direct)
  2. Vraag naar plantageproducten in Europa (indirect)
  • Gevolg slavenhandel 
  1. Meer geproduceerd (korte termijn)
  2. Veel mensen binnen Europa nakomelingen van tot slaaf gemaakten (Lange termijn)

Slide 9 - Tekstslide

Aan het werk
  •  Wat? Ga aan de slag met je werkwijzer. We hebben vandaag paragraaf 2.4 behandeld. 
  • Hoe? In je werkboek, in je schrift met behulp van je werkwijzer.
  • Hulp? De docent en je boek.
  • Tijd? 20 min.
  • Uitkomst? Alvast bezig met de toetsvoorbereiding. 
  • Klaar? Laat het alvast aan mij zien 

Slide 10 - Tekstslide

De vraag naar plantageproducten in Europa is....
A
Directe oorzaak
B
Indirecte oorzaak
C
Gevolg op korte termijn
D
Gevolg op lange termijn

Slide 11 - Quizvraag

Leg uit welke omstandigheden speelden op een plantage

Slide 12 - Open vraag

Dankzij welke factoren begonnen mensen te twijfel aan of de slavernij wel goed was? Noem er twee.

Slide 13 - Open vraag

Volgende les!
  • Herhalingsles en oefentoets (zorg dat je alvast geleerd hebt)
  • Werkwijzer is af!

Slide 14 - Tekstslide