some/any

1 / 18
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 2,4

In deze les zitten 18 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 15 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Reading time!
timer
10:00

Slide 2 - Tekstslide

Today's goal
Je kent het verschil tussen some en any. 
Je kan some en any toepassen in een Engelse zin.

Slide 3 - Tekstslide

SOME / ANY

SOME en ANY betekenen beide:

  • enkele
  • wat 
  • een paar
  • geen (in combinatie met NOT)
                                                                           Ik koop elke dag wat snoep in de kantine.
                                                                    Every day I buy some sweets in the canteen.
                                                           Mijn broer mag geen noten eten, hij is allergisch.
                                                                        My brother can't eat any nuts, he's allergic.


Slide 4 - Tekstslide

Some" = bevestigende zinnen,  vragen waar je verwacht dat het antwoord ja zal zijn, een verzoek & offers 

"Any" = ontkennende zinnen and all other questions. 
Gebruik some:
- in bevestigende zinnen.
- vragen waarop je een 'ja' als antwoord verwacht.
- een verzoek
- een aanbod
Gebruik any:
- in ontkenningen.
- in alle andere vragen.

Slide 5 - Tekstslide

Daffy has some money.
Patrick doesn't have any money.

Slide 6 - Tekstslide

We need some tomatoes.
Do we need any tomatoes?

Slide 7 - Tekstslide

Any
Gebruik in ontkennende zinnen en alle andere vragen. 
Een ontkenning herken je aan het woord not, maar never in een zin wordt ook gezien als een ontkenning.
I never have any cash at home.

Slide 8 - Tekstslide

He has ___ money.
A
some
B
any

Slide 9 - Quizvraag

I have ___ apples left.
A
any
B
some

Slide 10 - Quizvraag

We haven't got ... time to study!
A
some
B
any

Slide 11 - Quizvraag

Would you like ... tea?
A
some
B
any

Slide 12 - Quizvraag

I haven't got ... coffee
A
some
B
any

Slide 13 - Quizvraag

This project will take ___ time.
A
some
B
any

Slide 14 - Quizvraag

You never get ___ letters.
A
some
B
any

Slide 15 - Quizvraag

He needs to do ___ homework.
A
some
B
any

Slide 16 - Quizvraag

Ik kan some/any toepassen in een Engelse zin.
A
Ja
B
Nee
C
Nog niet helemaal

Slide 17 - Quizvraag

What now?

Maak de some/any opdrachten vanaf blz 54 in het boekje
Maak ze digitaal of op papier
Lever ze in (huiswerk voor vrijdag)

Klaar? 
Dan mag je via je laptop verder oefenen met Versterk Jezelf 

Slide 18 - Tekstslide