Media 2.5 + samenvatting


Media 2.5 + samenvatting
1 / 28
volgende
Slide 1: Tekstslide
MaatschappijleerVoortgezet speciaal onderwijsLeerroute 4

In deze les zitten 28 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 40 min

Onderdelen in deze les


Media 2.5 + samenvatting

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Deze les: 
1. Begrippen vorige les 
2. Paragraaf 2.5 
3. Samenvatting 
4. Werken in het boek 

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Begrippen vorige les

Slide 3 - Woordweb

Par 2.3 
1. Persvrijheid 
2. Vrijheid van meningsuiting 
3. Wat is nieuws (actueel, bijzonder, interessant, bekende personen)
4. Betrouwbaarheid nieuws (bron, feiten, contact zoeken)

Par 2.4 
1. Beeldvorming 
2. Mediawijs (verstandig gebruikmaken van)
3. Selectieve waarneming
4. Desinformatie (maker weet het) en nepnieuws (geld of mening beïnvloeden)
2.5 Geld verdienen met media

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hoe kun jij of een bedrijf geld verdienen met media?
A
Ideaalbeelden
B
Reclame
C
Cookies
D
Bekende mensen

Slide 5 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Reclame 
Informatie van een bedrijf dat wil dat jij zijn producten gaat kopen. 

- Folders 
- Billboards 

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Reclametrucs...
1. Gevoelens 
2. Ideaalbeelden 
3. Bekende Nederlanders 
4. Slogans/ deuntjes

Slide 7 - Tekstslide

1. als je dit product koopt, is je leven goed op weg 
2. Huisje, boompje, beestje, baantje 
3. Max Verstappen voor Jumbo + Frank Lammers 
4. Hema fluiten of 'Steeds verassend, altijd voordelig'
Verborgen reclame 

Slide 8 - Tekstslide

Ofwel sluikreclame. 
Tanden worden witter gemaakt, eten wordt als lekker i.p.v. ongezond verkocht. 

Mensen worden gemanipuleerd. 
Je wordt misleid met methodes om je tot iets te zetten. 

Slide 9 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Slide 10 - Tekstslide

Influencers zijn mensen die via sociale media invloed uitoefenen op hun volgers. 

Krijgen gratis producten, worden betaald om reclame te maken, mogen gratis op reis, krijgen codes om via hun account producten met korting te verkopen. 
Cookies 

Slide 11 - Tekstslide

Het verzamelen van informatie over wat iemand online doet. 
1. Functionele cookies (laten de site of app goed werken zoals: inloggegevens, taalvoorkeuren, producten in je winkelmandje).
2. Analytische cookies (verzamelen van gegevens voor de site).
3. Overige cookies (verwerken persoonsgegevens, tracking cookies voor gerichte advertenties d.m.v. profielaanmaak) DEZE HEBBEN GEVOLGEN VOOR JE PRIVACY.
Mediawet 
• Op tv mag niet meer dan 12 minuten reclame per uur
uitgezonden worden.
• Kinderidolen mogen geen reclame maken voor ongezond eten.
• Reclames over alcohol mogen pas na negen uur ‘s avonds op
radio en tv.
• Reclames over gokken zijn verboden op radio en tv.

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Publieke zenders 

Worden betaald door de staat. 



Moeten zich houden aan de regels van de Mediawet
Commerciële zenders 

Verdienen geld door zendtijd te verkopen aan bedrijven voor reclames. 

Moeten zich houden aan de regels van de Mediawet

Slide 13 - Tekstslide

Waarom laten bedrijven hun reclames op commerciële tv-zenders het liefst zien als de kijkcijfers hoog zijn?

Samenvatting

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Kies het juiste begrip:
Openbare communicatie waarbij grote groepen mensen worden bereikt
A
Communicatie
B
Mediawet
C
Massacommunicatie
D
Cookies

Slide 15 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Kies het juiste begrip:
Media die een groot publiek bereiken
A
Ideaalbeeld
B
Massacommunicatie
C
Massamedia
D
Medium

Slide 16 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Kies het juiste begrip:
Het doorgeven en ontvangen van informatie
A
Massacommunicatie
B
Influencer
C
Communicatie
D
Interviewer

Slide 17 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Kies het juiste begrip:
Een middel om te communiceren
A
Telefoon
B
Boek
C
Medium
D
Radio

Slide 18 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Waarom moet je kritisch denken als het aankomt op media?

Slide 19 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Als je communiceert heb je altijd een zender en een ontvanger
A
Waar
B
Niet waar

Slide 20 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Journalisten in Nederland hebben Vrijheid van meningsuiting.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 21 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Journalisten moeten eerst alles laten controleren door de overheid voordat ze publiceren.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 22 - Quizvraag

Persvrijheid 
Zitten er grenzen aan vrijheid van meningsuiting?
A
Ja
B
Nee

Slide 23 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Noem de grenzen van vrijheid van meningsuiting:

Slide 24 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Als de overheid bepaalt wat de media wel en niet mag zeggen heet dat: censuur.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 25 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is het verschil tussen objectief zijn en subjectief zijn?

Slide 26 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Geef een voorbeeld: 
1. Ideaalbeeld
2. Sluikreclame 
3. Slogan/ deuntje 
4. Reclame

Slide 27 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Werken in het boek 
Volgende les toets hoofdstuk 2 Media! 

Slide 28 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies