Les 1, 2 en 3 Spelling (tt, vt, pv, vd, bvn vd, klankvast, klankverand)
1 / 53
Lesduur is: 60 minOnderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Slide 2 - Tekstslide
Slide 3 - Tekstslide
Slide 4 - Tekstslide
Slide 5 - Tekstslide
Wat is een persoonsvorm en hoe vind je deze in de zin?
Slide 6 - Open vraag
Slide 7 - Tekstslide
Slide 8 - Tekstslide
Slide 9 - Tekstslide
Is het werkwoord sterk of zwak?
ZWAKKE WERKWOORDEN
STERKE WERKWOORDEN
kloppen
bedenken
gissen
drentelen
slapen
verhuizen
vastmaken
vertellen
Slide 10 - Sleepvraag
Slide 11 - Tekstslide
Slide 12 - Tekstslide
Slide 13 - Tekstslide
Slide 14 - Tekstslide
Slide 15 - Tekstslide
Slide 16 - Tekstslide
Slide 17 - Tekstslide
Slide 18 - Tekstslide
Slide 19 - Tekstslide
Slide 20 - Tekstslide
Slide 21 - Tekstslide
Slide 22 - Tekstslide
Slide 23 - Tekstslide
Slide 24 - Tekstslide
Wat is een voltooid deelwoord en hoe herken je het in de zin?
Slide 25 - Open vraag
Voltooid deelwoord
geen voltooid deelwoord
gelopen
geslapen
slapen
gedaan
doen
schrijven
Slide 26 - Sleepvraag
Slide 27 - Tekstslide
Welke bijvoeglijke naamwoorden kunnen hierbij?
stoel
