rechtssysteem: rechtbanken en procedure

rechtssysteem: rechtbanken en procedure
1 / 32
volgende
Slide 1: Tekstslide
Sociale wetenschappenSecundair onderwijs

In deze les zitten 32 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 100 min

Onderdelen in deze les

rechtssysteem: rechtbanken en procedure

Slide 1 - Tekstslide

Het rechtssysteem:

Waarom zou deze leerstof zinvol of nuttig kunnen zijn voor jou persoonlijk?

Slide 2 - Open vraag

Het rechtssysteem:

Wat zou je zelf graag willen weten hierover?

Slide 3 - Open vraag

Het rechtssysteem:

Wat weet jij hier al over? Welke woorden schieten je spontaan te binnnen?

Slide 4 - Open vraag

Lesdoelstellingen
  • je kan de termen privaatrecht en strafrecht uitleggen
  • Je kan situaties classificeren binnen privaat of strafrecht
  • je kan misdrijven correct classificeren als overtreding, wanbedrijf of misdaad
  • je kunt de termen dubbele aanleg, territoriale bevoegdheid en materiële bevoegdheid uitleggen
  • je kunt rechtbanken correct classificeren volgens eerste aanleg of tweede aanleg
  • je kan benoemen voor welke geschillen het vredegerecht, de politierechtbank, de correctionele rechtbank en het hof van assisen bevoegd zijn.
  • je kan in concrete situaties toepassen welke rechtbank in eerste aanleg en tweede aanleg bevoegd is.
  • je kan uitleggen hoe een rechtszaak binnen de burgerlijke procedure verloopt
  • je kan uitleggen hoe een rechtszaak binnen een strafprocedure verloopt

Slide 5 - Tekstslide

Tijdsinvestering
* voorzie twee lestijden om de leerstof te verwerken
* voorzie 1 uur om de bijhorende begrippen te studeren.

Slide 6 - Tekstslide

Lees p. 4 & 5: 'inleiding', 'wat is recht', en 'scheiding der machten'
  • Begrijp je het verschil tussen burgerlijk recht, strafrecht, arbeidsrecht, handelsrecht? 
  • Maak eventueel een tekening in je cursus bij deze begrippen als reminder.

Slide 7 - Tekstslide

Noteer hieronder de vragen die je hebt over dit stukje

Slide 8 - Open vraag

  • Lees p. 9 & 10 ‘privaatrecht’ – 'publiekrecht – strafrecht'
  • bekijk het schema op p. 13 en 14

Slide 9 - Tekstslide

Leg uit wat verschil is tussen privaatrecht en strafrecht

Slide 10 - Open vraag

Maak de oefening op p. 14
Laat controleren door leerkracht

Slide 11 - Tekstslide

Lees 8: 'de organisatie van de rechterlijke macht op p. 20 - 21

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Link

Trek op het schema p.21 een lijn tussen de rechtbanken van eerste aanleg en tweede aanleg
Toon aan leerkracht voor controle

Slide 14 - Tekstslide

Eerste aanleg
Tweede aanleg

vredegerecht
politierechtbank
correctionele rechtbank
Hof van assisen
arbeidsrechtbank
ondernemingsrechtbank
Hof van beroepsd
Hof van cassatie
rechter
vonnis
raadsheer
arrest

Slide 15 - Sleepvraag

Leg uit wat de 'dubbele aanleg' betekent

Slide 16 - Open vraag

Maak de bookwidget op volgende slide
Sleep de woorden naar hun correcte plaats. Vergeet niet op indienen te duwen


Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Link

de verschillende rechtbanken en hoven
je leerkracht geeft volgende info door:
'Ik vraag sowieso een vraag van het type ‘Jef heeft drusgs gedeald en moet voor de rechtbank verschijnen. Welke rechtbank zal dit zijn. Welke als hij gebruik maakt van de tweede aanleg?'


Slide 19 - Tekstslide

Op welke informatie zal je dus moeten letten als je straks de info doorneemt in je cursus?


Slide 20 - Open vraag

de verschillende rechtbanken en hoven
Lees en verwerk je de info van - gebruik hiervoor de richtvragen die je op de vorige slide noteerde!
  • Het vredegerecht (p.22)
  • Politierechtbank (p.23)
  • Correctionele rechtbank (p. 24)
  • Hof van assisen (p.28)

Bekijk grondig het schema p. 35 - noteer belangrijke kernwoorden, teken eventueel pijlen hoe beroepsprocedure verloopt.
Zorg dat je dit schema kunt gebruiken om straks de oefeningen te maken


Slide 21 - Tekstslide

Maak de oefening p. 36 - 37
  • de meeste oefeningen kun je oplossen met de informatie die je daarnet doornam
  • indien niet: denk logisch na - gebruik het schema p. 35 en zoek op in je cursus
  • laat deze oefening controleren door je leerkracht

Slide 22 - Tekstslide

Hoe verloopt een rechtszaak
Neem de informatie door uit puntje 12.1 'de burgerlijke procedure' en 12.2 'de strafprocedure' van p. 38 - 45

Slide 23 - Tekstslide

Leg het verschil uit tussen een burgerlijke procedure en een strafprocedure

Slide 24 - Open vraag

Maak de bookwidget op de volgende slide
  • Zet de verschillende stappen van een burgerlijk proces in de juiste volgorde.
  • Je kan de tekstvakken verslepen van plaats
  • mail je antwoord door naar mij

Slide 25 - Tekstslide

Slide 26 - Link

Welke actoren zijn betrokken bij een burgerlijk proces

Slide 27 - Open vraag

Welke actoren zijn betrokken bij een strafproces (niet hof van assisen)

Slide 28 - Open vraag

Omschrijf hieronder hoe een strafproces verloopt.

Slide 29 - Open vraag

Begrippen
  • Duid in de begrippenlijst de begrippen aan die je reeds tegenkwam
  • Maak hier al een nieuwe quizlet over. Probeer moeilijke formuleringen om te zetten naar woorden die gemakkelijker zijn voor jou
  • Maak hierna de bookwidgetoefening op volgende slide

Slide 30 - Tekstslide

Slide 31 - Link

Slide 32 - Tekstslide