Paragraaf 2.3: Negatieve getallen optellen en aftrekken

• Wiskunde
• Middelbare school
• havo, vwo
• Leerjaar 1

H2.3: Positieve en negatieve getallen

Donderdag 9 oktober

Inhoud

• Checkopdrachten
• Uitleg positieve en negatieve getallen
• Heksendictee ;)
• Zelfstandig aan het werk
• Checkopdrachten

Aan het eind van deze les kunnen jullie:

Negatieve getallen bij elkaar optellen en van elkaar afhalen

Positieve en negatieve getallen

Groter

Kleiner

Groter en kleiner

• -7 is kleiner dan 2                -7 < 2
• 5 is groter dan 3                    5 > 3

Checkopdrachten

1

2

−13+5−7

−17−(−1+18)

Huh? 

6−−2

−5+−3

−24−−24−8−2

https://www.youtube.com/watch?v=71-LZrjEUBE

Heksendictee

• In tweetallen ga je de tekst vertalen naar sommen en de uitkomst berekenen
• In totaal 7 sommen
• 1 punt per goed antwoord
• Het tweetal met de meeste punten is de winnaar!

Som 1

+1

+1

+1

+1

+1

+1

+1

+1

-1

-1

-1

-1

-1

-1

-1

-1

7°

Som 2

+1

+1

+1

+1

+1

+1

+1

+1

-1

-1

-1

-1

-1

-1

-1

-1

7°

Som 3

+1

+1

+1

+1

+1

+1

+1

+1

-1

-1

-1

-1

-1

-1

-1

-1

-7°

Som 4

+1

+1

+1

+1

+1

+1

+1

+1

-1

-1

-1

-1

-1

-1

-1

-1

15°

Som 5

+1

+1

+1

+1

+1

+1

+1

+1

-1

-1

-1

-1

-1

-1

-1

-1

-12°

Som 6

+1

+1

+1

+1

+1

+1

+1

+1

-1

-1

-1

-1

-1

-1

-1

-1

-5,25°

Som 7

+1

+1

+1

+1

+1

+1

+1

+1

-1

-1

-1

-1

-1

-1

-1

-1

-2,25°

Aan de slag!

Huiswerk

Paragraaf 2.3 (blz. 73): 51, 52, 53, 56, 57 en 58

Huiswerk is voor maandag 13 oktober

Klaar? Opdracht 59, L7 + nakijken

Checkopdrachten

−13−(−5−8)

1

2

3

18−(−7−−11)+3

−2​2​​1​​+−1​4​​1​​−​2​​1​​