Hoofdstuk 2 les 1. Slavernij

Ga zitten op je vaste plek
pak je leerboek, werkboek en schrift.
1 / 20
volgende
Slide 1: Tekstslide
Mens & MaatschappijMiddelbare schoolvmbo k, havoLeerjaar 2

In deze les zitten 20 slides, met tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Ga zitten op je vaste plek
pak je leerboek, werkboek en schrift.

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

PROGRAMMA VAN DE DAG


1. Video kijken Suriname
2.SLAVEN OP DE PLANTAGES
3.VERWERKINGSOPDRACHT: samen met buurman/buurvrouw video bekijken.
4.BESPREKEN
 

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

LEERDOELEN
1.Je kunt inhoudelijk uitleggen wat de begrippen slavernij, Trans-Atlantische slavenhandel en plantage betekenen.
2.Je begrijpt het verschil tussen slavernij en slavenhandel
3.Je kunt de werking van de trans-atlantische slavenhandel uitleggen aan de hand van een wereldkaart.
Leervraag: hoe ontstond de slavenhandel en waarom kwam daar verzet tegen?


Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Je leest 2.1, je hebt 12 minuten de tijd om te lezen en de vragen te beantwoorden.
Je beantwoord tijdens het lezen de volgende vragen:
1. Waarom legden Nederlanders plantages aan in Suriname?
2.Welk aandeel had de WIC hierin?
3.Wat wordt er bedoeld met dwangarbeid?
4.Wat betekend slavernij?
5.Wat zijn abolitionisten?
timer
10:00

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

WAT IS SLAVENHANDEL EN SLAVERNIJ?
TOT SLAAF GEMAAKT: JE VERLIEST ALLES 
MEEGENOMEN/GEKOCHT  EN GEDWONGEN VERKOCHT OM TE WERKEN VOOR IEMAND ANDERS.

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

DE WIC OP DE ANTILLEN
WIC LOGO (OPGERICHT 1621)

1634 DE ANTILLEN
VERKOPEN VAN SLAVEN 

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hoe de slavenhandel verliep: producten Nederland > Afrika > Slaven naar Amerika > producten Amerika naar Nederland

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

SLAVEN OP DE PLANTAGES

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

DWANGARBEID OP DE PLANTAGES IN AMERIKA:
SURINAME 
WALLY 

Slide 9 - Tekstslide

dit is de plantage waar Wally gedwongen moest werken voor eigenaren van een plantage ( ook wel planters genoemd). Een suikerriet plantage. Een plantage is een stuk grond waar meestal 1 product wordt verbouwd. Hier is dat dus suiker. Suiker was in de 17e eeuw een product dat steeds meer in trek was, iets wat hiervoor nauwelijks werd gebruikt. Wally werkte hier samen met andere mannen en vrouwen die tot slaaf gemaakt waren. De omstandigheden waren zwaar, mens ontererend.  Dag in, dag uit voerde Wally samen met 155 andere tot slaaf gemaakte mannen, vrouwen en kinderen zware arbeid uit. Hij kwam in opstand en liep weg van de plantage, met verschrikkelijke gevolgen.


Slide 10 - Link

we bekijken punt 2 en 5.
bespreken daarna: kort geleden, omstandigheden, weglopen, opstand
timer
3:00

Slide 11 - Tekstslide

bespreek deze vraag met je buurman/buurvrouw. Wally kwam in opstand om zijn vrijheid terug te winnen. Iets wat levensgevaarlijk was en zoals je kon zien: ook een slechte afloop kon hebben. Zou jij in opstand komen? waarom? 
HET VERHAAL VAN OOPJEN
Marten Soolmans en Oopjen Coppit (1634)

Slide 12 - Tekstslide

dit Is Oopjen, geschilderd door Rembrandt, iemand die je misschien wel kent. 

Naast haar staat Marten, haar man.
Zowel Marten als Oopjen komt uit een rijke koopmansfamilie. 

De vader van Marten, Jan Soolmans, is een koopman die vanuit Antwerpen na 1585 naar Nederland vlucht. Jan leidt een van de meest succesvolle suikerraffinaderijen van Amsterdam: ’t Vagevuur.

GELD VERDIENEN AAN DE SUIKER VAN DE PLANTAGES
Succesvolle suikerraffinaderijen van Amsterdam: ’t Vagevuur

Slide 13 - Tekstslide

Succesvolle suikerraffinaderijen van Amsterdam: ’t Vagevuur.

Man van Oopjen is  is erfgenaam van een succesvolle suikerraffinaderij en is op zijn vijftiende begonnen aan een rechtenstudie aan de Universiteit Leiden. Een studie waar hij op twintigjarige leeftijd nog altijd mee bezig is.



ABOLUTIONISTEN (To abolish: "afschaffen")
"VRIJHEID, GELIJKHEID, BROEDERSCHAP"
Opkomen voor gelijkheid van mensen (In Europa): waarom zou dit alleen gelden voor Europeanen?

Slide 14 - Tekstslide

afschaffing slavernij.

Opkomen voor gelijkheid van mensen > waarom zou dit alleen gelden voor Europeanen? Dit is ook geldig voor de slaven en de slavernij. To abolish: dat is wat ze willen, strijden voor de AFSCHAFFING VAN DE SLAVERNIJ.

Abolitionisten met daarbij de verlichtingsidealen die hen hierop inspireerde.
Vanuit de verlichtingsidealen kwamen denkbeelden op vanuit vrijheid, gelijkheid, broederschap. Dit staat niet gelijk aan hoe de slaven werden behandeld. De inheemse bevolking moest rechtvaardig en gelijk behandeld worden waarbij een machthebber niet mocht overheersen ten koste van de bevolking.


De Christelijke beweging (evangelische kringen binnen de protestantse kerk)
Onderdrukken van mensen is niet wat God wil, daarnaast behandel je iedereen zoals je zelf behandeld wil worden. Slavernij is daarom iets wat niet bij een christelijke samenleving zou moeten passen. Daarnaast zorgde deze behandeling ook voor het belemmeren van de zendelingen die de slaven zouden bekeren tot het Christendom.

Slide 15 - Link

Deze slide heeft geen instructies

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

EEN GESCHIEDENISVERHAAL DIE NOG NIET IS AFGELOPEN

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 18 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Bekijken video WIC, Rotterdam, driehoekshandel.
Je gaat samen met je buurman/buurvrouw de stof verwerken. Dit doe je door de video te bekijken. 

1.Wat is de relatie tussen Rotterdam en de driehoekshandel?
2.Wat was de rol van de West-Indische Compagnie (WIC) in de driehoekshandel?
3.Hoe verliep het proces van het verkrijgen, vervoeren en in opstand komen van slaafgemaakten
4.Wie profiteerderde hiervan? 


Aan het einde van de video stellen we samen  de vraag: “Moeten we het slavernijverleden herdenken?”

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Huiswerk
Vraag: 1,2,4, 5, 6, 7, 9. > 2.1 van je leerboek, en werkboek.

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies