Les 3

- Uitleg Fictie H4
- Maken Fictie H4: 3a, 4 en 5

1 / 13
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 2

In deze les zitten 13 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

- Uitleg Fictie H4
- Maken Fictie H4: 3a, 4 en 5

Slide 1 - Tekstslide

paragraaf 4.2 - Over lezen (blz. 165)
Deze LessonUp gaat over paragraaf 4.2 (blz. 165 - 166)

Na deze LessonUp kan je ...
- ... beschrijven hoe een schrijver spanning in een verhaal verwerkt.
- ... beschrijven welke sfeer een ruimte oproept.

Slide 2 - Tekstslide

Spanning
Spanning in een verhaal hoort niet alleen bij dingen die griezelig of eng zijn. 
Ook in een niet eng verhaal kan spanning zitten.

Slide 3 - Tekstslide

Wat wordt er dan met spanning in een verhaal bedoeld?

Slide 4 - Tekstslide

Spanning is ...

... alles wat je benieuwd maakt naar de afloop, zodat je verder wilt lezen

Slide 5 - Tekstslide

Dat kunnen dus heel veel verschillende dingen zijn

Slide 6 - Tekstslide

Manieren van spanning

- Beschrijving van een bedreigende situatie of omgeving

- Onverwachte wending: er gebeurt plotseling iets wat je niet verwacht

- Open plek: vragen die het verhaal bij je oproept waar je niet gelijk antwoord op krijgt

- Vermoeden: aanwijzingen hoe het zou kunnen aflopen

- Cliffhanger: onderbreking van het verhaal op een spannend moment

- Uitstel van het einde/van de ontknoping 

- Informatievoorsprong: je weet iets wat de hoofdpersoon nog niet weet

Slide 7 - Tekstslide

Ruimte
Alles wat te maken heeft met de omgeving, 
heet de ruimte van het verhaal

Slide 8 - Tekstslide

Ruimte
Voorbeelden: 
  • een bepaalde stad/dorp, kan bestaand zijn of niet-bestaand
  • een huis 
  • een ruimte in een huis 
  • een straat 
  • een land 
  • een planeet 

Een ruimte 
kan dus 
binnen of buiten 
zijn

Slide 9 - Tekstslide

Ruimte
De manier waarop de ruimte beschreven wordt, kan een bepaalde SFEER oproepen.
(bijv. gespannen, dreigend, vrolijk)

Slide 10 - Tekstslide

Ruimte - sfeer

Slide 11 - Tekstslide

Dus: 

- Een schrijver kan met een bepaalde plaats of plaatsen aangeven waar een verhaal zich afspeelt (stad, planeet, land).

- Ook kan hij ruimte beschrijven als kamers, gebouwen, huizen etc.

- De ruimte kan een bepaalde sfeer oproepen (bijv. spanning) of het verhaal verduidelijken.


Slide 12 - Tekstslide

Huiswerk
Fictie H4: opdracht 3a, 4 en 5 (blz. 165 - 166)

Luister je liever naar de voorgelezen tekst in plaats van hem zelf te lezen?
Klik op de luidspreker voor het verhaal 'Zes seconden' van blz. 160-163)

Slide 13 - Tekstslide