Nederland herhaling

Nederland herhaling
1 / 32
volgende
Slide 1: Tekstslide
ANT2ISK

In deze les zitten 32 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Nederland herhaling

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Sleepvraag

de haring
de stroopwafel
de drop
de boerenkool
de kaas
de kroket
de poffertjes
de hagelslag

Slide 7 - Sleepvraag

vlees
Geen vlees
de kaas
de hagelslag
boerenkool
worst
de drop
de poffertjes
de kroket

Slide 8 - Sleepvraag

Drop vind ik lekker.
A
B
C
D

Slide 9 - Quizvraag

Ik zie .......
A
het oosten
B
het noorden
C
het zuiden
D
het westen

Slide 10 - Quizvraag

Dit is .....
A
het grachtenhuis
B
de haven
C
de dijk
D
het bollenveld

Slide 11 - Quizvraag

Dit is .....
A
het grachtenhuis
B
de haven
C
de dijk
D
het bollenveld

Slide 12 - Quizvraag

Ik woon in het zuiden van Nederland.
A
B
C
D

Slide 13 - Quizvraag

Dit is .....
A
het station
B
de snelweg
C
Schiphol
D
het fietspad

Slide 14 - Quizvraag

Ik eet kaas op mijn brood.
A
B
C
D

Slide 15 - Quizvraag

Dit is .....
A
het fietspad
B
Schiphol
C
de snelweg
D
het station

Slide 16 - Quizvraag

Dit is .....
A
het fietspad
B
Schiphol
C
de snelweg
D
het station

Slide 17 - Quizvraag

Ik haal een kroket bij de snackbar.
A
B
C
D

Slide 18 - Quizvraag

Ik zie ......
A
het noorden
B
het oosten
C
het zuiden
D
het westen

Slide 19 - Quizvraag

Welke kleuren heeft de
Nederlandse vlag?
A
rood - wit - groen
B
rood - wit - oranje
C
rood - wit - blauw
D
wit - rood - geel

Slide 20 - Quizvraag

Een stroopwafel is een koekje met stroop.
A
B
C
D

Slide 21 - Quizvraag

Ik fiets over de dijk naar het AZC.
A
B
C
D

Slide 22 - Quizvraag

Ik zie ......
A
het oosten
B
het westen
C
het zuiden
D
het noorden

Slide 23 - Quizvraag

Ik doe suiker op mijn poffertjes.
A
B
C
D

Slide 24 - Quizvraag

Nederland ligt in .....
A
Afrika
B
Europa
C
Azië
D
Amerika

Slide 25 - Quizvraag

Ik zie ......
A
het westen
B
het zuiden
C
het noorden
D
het oosten

Slide 26 - Quizvraag

Dit is .....
A
het grachtenhuis
B
de haven
C
de dijk
D
het bollenveld

Slide 27 - Quizvraag

Dit is .....
A
het grachtenhuis
B
de haven
C
de dijk
D
het bollenveld

Slide 28 - Quizvraag

Dit is .....
A
het fietspad
B
Schiphol
C
de snelweg
D
het station

Slide 29 - Quizvraag

de molen
de stroopwafel
de poffertjes
de kaas

Slide 30 - Sleepvraag

de haring
de boerenkool
de drop
de kroket
de hagelslag

Slide 31 - Sleepvraag

Wat zijn de 5 verschillen?
Zoek op
plaatje 2.

Slide 32 - Sleepvraag