Les 10

WATER
1 / 19
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

In deze les zitten 19 slides, met interactieve quiz en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

WATER

Slide 1 - Tekstslide

- Doorsneden rivier
- Drinkwater 

Slide 2 - Tekstslide

Leerdoelen
Aan het einde van deze les kun je
1. uitleggen wat een polder is;
2. de opbouw van een rivier tekenen en toelichten;
3. uitleggen wat het plan 'ruimte voor de rivier' inhoudt en waarom dit plan nodig is;
4. voorbeelden noemen van maatregelen uit het plan 'ruimte voor de rivier'

Slide 3 - Tekstslide

Nederland: altijd te maken met water
Nederland is een bijzonder land als het gaat om water ->
1. Ongeveer 1/3 van het land ligt onder de zeespiegel. 
   Zonder duinen en dijken zou dit land zee zijn.
    
2. Een groot deel van Nederland bestaat uit polders.
Polders zijn stukken land die laag liggen en vroeger water waren (bijvoorbeeld meren) en die door mensen zijn drooggelegd. Bijvoorbeeld: Buikslotermeerpolder, Haarlemmermeerpolder, Bijlmermeerpolder, enz.

3. Twee grote rivieren eindigen in Nederland in de Noordzee, namelijk de Rijn en de Maas.

Slide 4 - Tekstslide

De doorsnede van een rivier

Slide 5 - Tekstslide

Hoe komt een rivier aan zijn water denk je?

Slide 6 - Open vraag

Rivieren en hun water
Rivieren komen op drie manieren aan hun water:
1. Van smeltwater uit de bergen -> gletsjerrivieren
2. Van regenwater (bijvoorbeeld de Maas) -> regenrivieren 
3. Een combinatie van beiden (bijvoorbeeld de Rijn) -> gemengde rivieren 

Wanneer het in het voorjaar hard regent of in de zomer warm is in de bergen, komt er meer water in de Maas en de Rijn terecht. Al dat water eindigt uiteindelijk in Nederland waar het uitstroomt in de Noordzee.

Slide 7 - Tekstslide

Ruimte voor de rivier
Vroeger probeerden wij ons tegen het water in de rivieren te beschermen door dijken aan te leggen/ te verhogen en te verbreden.
Tegenwoordig proberen we het water in de rivier meer ruimte te geven.


Slide 8 - Tekstslide

Ruimte voor de rivier
Voorbeelden van oplossingen uit het plan Ruimte voor de rivier ->
1. Uiterwaarden afgraven -> er past in de winter meer water in de uiterwaarden
2. Weghalen van beplanting en bebouwing in de uiterwaarden -> er past in de winter meer water in de uiterwaarden
3. Weghalen van de kribben die de rivier op de plaats houden -> het water kan sneller wegstromen naar zee omdat het niet wordt afgeremd
4. Uitgraven van de rivierbedding -> de rivier wordt dieper en zo kan er meer water in
5. Aanleggen van een nevengeul -> het aanleggen van een 'extra rivier' naast de al bestaande
6. Verschuiven van dijken -> de uiterwaarden worden groter zodat er in de winter meer water in past

Slide 9 - Tekstslide

Wat moeten we nu echt weten?
Nederland is een bijzonder land als het om water gaat ->
a.  1/3 van Nederland ligt onder ......
b. De rivieren .... en .... eindigen in Nederland in de Noordzee.

In de zomer staat het water van de rivier tussen de .... Er grazen dan koeien op de ....
In de winter staat het water van de rivier tussen de .... De koeien staan dan in de stal en de .... staan onder water.

Om ons te beschermen tegen overstromingen van de rivier bouwden/ verhoogde en verbrede we vroeger de ....
Tegenwoordig geven we de rivier meer ...
Voorbeelden van oplossingen die in dit plan genoemd worden zijn bijvoorbeeld a..... b...... en c.....

Slide 10 - Tekstslide

Wat moeten we nu echt weten?
Nederland is een bijzonder land als het om water gaat ->
a.  1/3 van Nederland ligt onder water
b. De rivieren Maas en Rijn eindigen in Nederland in de Noordzee.

In de zomer staat het water van de rivier tussen de zomerdijk Er grazen dan koeien op de uiterwaarden
In de winter staat het water van de rivier tussen de winterdijk De koeien staan dan in de stal en de uiterwaarden staan onder water.

Om ons te beschermen tegen overstromingen van de rivier bouwden/ verhoogde en verbrede we vroeger de dijken
Tegenwoordig geven we de rivier meer ruimte
Voorbeelden van oplossingen die in dit plan genoemd worden zijn bijvoorbeeld a aanleggen nevengeul (extra rivier) b weghalen kribbe (rivier stroomt sneller naar zee)  en c uitwaarden afgraven (meer ruimte voor rivier in winter) 

Slide 11 - Tekstslide

WATER

Slide 12 - Tekstslide

leerdoelen 
1. uitleggen wat het verschil in drinkwaterwinning is tussen het Oosten en het Westen van Nederland;
2. uitleggen waarom zandgronden beter geschikt zijn voor de winning van drinkwater dan kleigronden;
3. een doorsnede tekenen van duinen en het beschikbare drinkwater;
4. uitleggen hoe de duinen verdrogen en verzilten en wat deze begrippen inhouden.

Slide 13 - Tekstslide

Nederland boven NAP (Normaal Amsterdamse Pijl) 
In de gebieden boven NAP bestaat de grond uit zand.​
Water zakt in de grond door de goede doorlaatbaarheid van dit zand. ​Zand bestaat namelijk uit korrels.
Door de filterende werking van het zand wordt het water al schoon gemaakt.​ Viezigheid blijft aan het zand plakken!
Waterleidingbedrijven zorgen vervolgens voor de drinkwaterwinning.​

Slide 14 - Tekstslide

Nederland onder NAP
In de gebieden beneden NAP (het westen) bestaat de grond uit veen en klei.​
Veen en klei zijn slecht water doorlatend (het zijn kleine plaatjes die aan elkaar plakken) en het grondwater is er vaak zout.​
Daarom wordt in deze gebieden gebruik gemaakt van oppervlaktewater (=water uit meren, rivieren en plassen) als drinkwater.​
Dit wordt soms gemengd met duinwater.​

Slide 15 - Tekstslide

Waterwinning in de duinen
Onder de duinen (geel) ligt een grote voorraad zoetwater (blauw).

Namelijk: de duinen bestaan uit zand en zand laat water door!
Maar als we dit zoetewater gebruiken wordt de voorraad kleiner en is er meer ruimte voor brakwater( groen) en zoutwater (paars).

De duinen verdrogen en verzilten door het gebruik van het zoetwater!

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Tekstslide

8. in nl heb je geen langdurige water te kort. Druppelirrigatie is duur. In NL is het niet zo warm, dus weinig verdamping
9. door groen wordt het water beter opgenomen in de grond. door stenen verdampt het water op de oppervlakte. 

Slide 19 - Tekstslide