7.2 Sociale zekerheid

H7 Wie heeft het voor het zeggen?
Paragraaf 7.2 Sociale zekerheid
1 / 25
volgende
Slide 1: Tekstslide
EconomieVoortgezet speciaal onderwijsLeerroute 1

In deze les zitten 25 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

H7 Wie heeft het voor het zeggen?
Paragraaf 7.2 Sociale zekerheid

Slide 1 - Tekstslide

Wat weten we nog/al?

Slide 2 - Tekstslide

Hoe probeert de overheid gedrag van burgers te beïnvloeden?
A
Door verboden op te leggen
B
Door alleen subsidies te gebruiken
C
Door subsidies en accijns te gebruiken
D
Door alleen accijns te gebruiken

Slide 3 - Quizvraag

Waarom moeten voorzieningen voor iedereen betaalbaar zijn?
A
Om de overheidsuitgaven te verlagen.
B
Om gelijke toegang tot essentiële diensten te garanderen.
C
Om winst te maken.
D
Om de vraag te stimuleren.

Slide 4 - Quizvraag

Wat is het doel van bedrijven in de particuliere sector?
A
Winst maken.
B
Samenwerken met de overheid.
C
Hulp bieden aan de overheid.
D
Geen winst maken.

Slide 5 - Quizvraag

Wat is privatisering?
A
Het verhogen van de belastingen op goederen en diensten
B
Het bevorderen van samenwerking tussen bedrijven
C
Het overdragen van taken aan particuliere bedrijven
D
Het behouden van taken in handen van de overheid

Slide 6 - Quizvraag

Begrippen paragraaf 7.1 
  • Collectieve goederen
  • Collectieve sector
  • Innovatie
  • Marktwerking
  • Particuliere sector
  • Privatisering

Slide 7 - Tekstslide

Leerdoelen 7.2
  • Je kunt uitleggen waarom er sociale zekerheid is.
  • Je kunt uitleggen wat het solidariteitsbeginsel te maken heeft met sociale zekerheid.
  • Je kunt de verschillen uitleggen tussen werknemersverzekeringen, volksverzekeringen en sociale voorzieningen.
  • Je kunt twee overheidsmaatregelen noemen om de sociale zekerheid betaalbaar te houden.

Slide 8 - Tekstslide

Sociale voorziening
  • Soms heb je geen recht op  een sociale verzekering. 
  • Je kunt dan in aanmerking komen voor een sociale voorziening
  • Dit is een uitkering die betaald wordt met belastinggeld.
  • Een voorbeeld is de bijstandsuitkering of toeslagen.
  • De sociale verzekeringen en de sociale voorzieningen samen vormen de sociale zekerheid.

Slide 9 - Tekstslide

Verzorgingsstaat
  • Dankzij de sociale zekerheid is er in ons land een bestaansminimum voor ieder inwoner.
  • De overheid heeft een bedrag vastgesteld dat je minimaal nodig hebt om van te leven. Dit is het sociaal minimum.
  • Naast sociale zekerheid regelt de overheid ook gezondheidszorg, huisvesting en onderwijs.
  • Daarom noem je Nederland een verzorgingsstaat.

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Video

Wat is het sociaal minimum?
A
Het gemiddelde inkomen in Nederland
B
Een door de overheid vastgesteld bestaansminimum
C
Het bedrag dat je kunt sparen
D
De maximale huurprijs

Slide 12 - Quizvraag

Noem een voorbeeld van een sociale voorziening.
A
Pensioenregeling
B
Arbeidsongeschiktheidsuitkering
C
Zorgverzekering
D
Bijstandsuitkering

Slide 13 - Quizvraag

Solidariteitsbeginsel
In Nederland hebben we het solidariteitsbeginsel dat houdt in dat iedereen met een inkomen (actieven) een deel daarvan afstaat voor mensen zonder inkomen of met een laag inkomen. 
Zo worden zwakkeren door de sterken geholpen. 
Voorbeelden zijn:
  • De sociale verzekeringen
  • Inkomenssteun zoals huurtoeslag en zorgtoeslag

Slide 14 - Tekstslide

Wat houdt het solidariteitsbeginsel in Nederland in?
A
Iedereen met een inkomen draagt niets af voor mensen zonder inkomen
B
Sterken worden geholpen door zwakkeren
C
Iedereen met een inkomen draagt een deel daarvan af voor mensen zonder inkomen of met een laag inkomen
D
Alleen mensen met een laag inkomen dragen bij aan mensen zonder inkomen

Slide 15 - Quizvraag

Sociale verzekeringen
Er bestaat een kans dat je buiten je eigen schuld zonder inkomen komt te zitten.
In veel van die situaties kun je een uitkering krijgen van de sociale verzekeringen
We maken onderscheid in:
  • Volksverzekeringen
  • Werknemersverzekeringen

Slide 16 - Tekstslide

Volksverzekeringen
Volksverzekeringen zijn sociale verzekering waar alle inwoners van Nederland recht op hebben.
Iedereen tot de pensioenleeftijd betaalt een percentage van zijn inkomen als premie voor de volksverzekeringen.
De volgende verzekeringen zijn er:
  • AOW (Algemene Ouderdomswet)
  • Anw (algemene nabestaande wet)
  • Wlz (Wet langdurige zorg)

Slide 17 - Tekstslide

Werknemersverzekeringen
Werknemersverzekeringen zijn sociale verzekeringen voor mensen die in loondienst werken of gewerkt hebben.
De premies voor werknemersverzekeringen worden door de werkgeven betaald.
De belangrijkste werknemersverzekeringen zijn:
  • WW (werkloosheidswet)
  • WIA (Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen)

Slide 18 - Tekstslide

Voor wie zijn werknemersverzekeringen bedoeld?
A
Iedereen tot de pensioenleeftijd
B
Alleen ouderen
C
Zelfstandig ondernemers
D
Mensen in loondienst

Slide 19 - Quizvraag

Welke verzekering valt onder volksverzekeringen?
A
WW
B
AOW
C
Wlz
D
WIA

Slide 20 - Quizvraag

Wat zijn volksverzekeringen?
A
Verzekeringen die alleen gelden voor ouderen.
B
Sociale verzekeringen voor mensen in loondienst.
C
Sociale verzekeringen die door de werkgever worden betaald.
D
Sociale verzekeringen waar alle inwoners recht op hebben.

Slide 21 - Quizvraag

Hoe zeker blijft sociale zekerheid?
Om de sociale zekerheid ook in de toekomst betaalbaar te houden, neemt de overheid maatregelen. Twee voorbeelden zijn:
  • Verhoging van de AOW-leeftijd. Die gaat stapsgewijs omhoog naar 67 jaar in 2024. Mogelijk wordt dat daarna nog hoger.
  • De participatiewet stimuleert mensen met een arbeidsbeperking of met een bijstandsuitkering om werk te vinden. Iemand met een bijstandsuitkering moet zich voldoende inspannen om een baan te vinden.

Slide 22 - Tekstslide

Je kunt nu
  • Je kunt uitleggen waarom er sociale zekerheid is.
  • Je kunt uitleggen wat het solidariteitsbeginsel te maken heeft met sociale zekerheid.
  • Je kunt de verschillen uitleggen tussen werknemersverzekeringen, volksverzekeringen en sociale voorzieningen.
  • Je kunt twee overheidsmaatregelen noemen om de sociale zekerheid betaalbaar te houden.

Slide 23 - Tekstslide

Begrippen paragraaf 7.2
  • Actieven
  • Sociaal minimum
  • Sociale voorzieningen
  • Solidariteitsbeginsel
  • Volksverzekering
  • Werknemersverzekering

Slide 24 - Tekstslide

Aan het werk!
Maken opdrachten: 7.2: 2, 3, 4, 5, 7, 9 en 10
Maken Rekenopdrachten: 8, 10 en 11
Klaar?
Laten checken bij docent, bij goedkeuring nakijken.
Klaar?  Werk laten zien aan docent.
Veel fout? -> Maken herhalingsopdrachten 7.2
Veel goed? -> Maken plusopdrachten 7.2
 

timer
25:00

Slide 25 - Tekstslide