10.1 Opgroeien

 Par. 10.1 opgroeien
1 / 14
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolmavoLeerjaar 2,3

In deze les zitten 14 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

 Par. 10.1 opgroeien

Slide 1 - Tekstslide

Deze les
  • Uitleg over planner
  • Uitleg over 10.1 deel 1
  • Opdrachten maken

Slide 2 - Tekstslide

Leerdoelen

  • Je kunt de levensfasen en de bijbehorende kenmerken noemen.
  • Je kunt uitleggen wat lichamelijke en geestelijke ontwikkelingen is en voorbeelden hiervan noemen.
  • Je kunt uitleggen wat hormonen zijn en hoe hormonen werken zodat er veranderingen ontstaan.
  • Je kunt beschrijven hoe men groeit.
  • Je kunt uitleggen waardoor mannen vaak langer zijn dan vrouwen.

Slide 3 - Tekstslide

Wat is de juiste volgorde van levensfasen.
A
Baby, peuter, kleuter, kind, adolescent, puber, volwassene, ouder
B
Baby, kleuter, peuter, kind, puber, adolescent, volwassene, ouder
C
Baby, peuter, kleuter, kind, puber, adolescent, volwassene, ouder
D
Baby, kleuter, peuter, kind, adolescent, puber, volwassene, ouder

Slide 4 - Quizvraag

Welke hormonen kennen jullie al?

Slide 5 - Open vraag

Levensfasen
Twee soorten ontwikkeling:
  • lichamelijk
  • geestelijk

Voorbeelden?

Slide 6 - Tekstslide

Welke lichamelijke ontwikkeling hoort er bij een kleuter?
A
Veters strikken
B
Leren lopen
C
Leren zitten
D
Leren rennen

Slide 7 - Quizvraag

Welke geestelijke ontwikkeling hoort er bij een puber
A
Leren praten
B
Emoties een naam geven
C
Seksuele voorkeur ontwikkelen
D
Leren fietsen

Slide 8 - Quizvraag

Hormonen
Hormonen = regelstoffen. Gemaakt in hormoonklieren, bijv:
  • Hypofyse = klein orgaantje onder aan de hersenen. 

Hormoonklier geeft hormonen af aan het bloed. Dan komt het bij doelwitorganen.

Slide 9 - Tekstslide

Werking hormonen
Op iedere cel zitten receptoren op het 
celmembraan.
Receptoren en hormonen hebben allemaal 
een eigen vorm, daarom passen hormonen 
alleen op bepaalde receptoren.

Bij lege receptoren gebeurt er niets. 
Als hormoon op receptor hecht, gaat de cel aan het werk.
Waar doet dit je aan denken?

Slide 10 - Tekstslide

Hoe groei je?
Je groeit door groeihormonen uit de hypofyse
  1. hypofyse maakt groeihormoon
  2. groeihormoon komt via bloed in al je organen
  3. cellen in je bot reageren op het hormoon: celdeling.
  4. Cellen worden groter= celgroei.

Slide 11 - Tekstslide

Waar groeien botten?
  • uiteinden van de pijpbeenderen
  • wervelkolom
  • heupbeenderen
  • kaak. 

Daar zitten kraakbeencellen die zich kunnen delen. Deze zitten in je groeischijven

Je stopt met groeien als de groeischijven van kraakbeen verkalken -> veranderen in bot.


Slide 12 - Tekstslide

Groeispurt
Groeihormoon regelt groei van je lichaam. 
In puberteit maakt de hypofyse veel 
groeihormoon. Dan krijg je een 
groeispurt.

Jongens beginnen later aan een 
groeispurt en de groeispurt is intensiever
en duurt langer. 

Slide 13 - Tekstslide

Opdrachten
Basis: 2, 3, 7 t/m 9, 11 t/m 15
Verdieping: 10, 16
Extra oefening: 4, 6, 12bc

Slide 14 - Tekstslide