Lange klanken en korte klanken

korte / lange klanken
1 / 15
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsISK

In deze les zitten 15 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

korte / lange klanken

Slide 1 - Tekstslide

Starten
Wat is de dag?
Wat is de datum?
Hoe laat is het?
Hoe is het weer?

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

Lange klank of korte klank?
slaap
A
lange klank
B
korte klank

Slide 4 - Quizvraag

Lange klank of korte klank?
kat
A
lange klank
B
korte klank

Slide 5 - Quizvraag

Lange klank of korte klank?
boot
A
lange klank
B
korte klank

Slide 6 - Quizvraag

Lange klank of korte klank?
ziek
A
korte klank
B
lange klank

Slide 7 - Quizvraag

h...s
A
ui
B
a
C
aa
D
ee

Slide 8 - Quizvraag

d...k
A
a
B
aa
C
eu
D
ui

Slide 9 - Quizvraag

z...n
A
a
B
aa
C
o
D
oo

Slide 10 - Quizvraag

r...m
A
a
B
aa
C
eu
D
ui

Slide 11 - Quizvraag

b...m
A
eu
B
ui
C
o
D
oo

Slide 12 - Quizvraag

b...m
A
o
B
oo
C
a
D
aa

Slide 13 - Quizvraag

Lange klanken aan het eind
Ga je zo of nu met me mee?

Een lange klank aan het einde van het woord schrijf je met één letter. Behalve de ee, die schrijf je met twee!


Slide 14 - Tekstslide

Aan het werk!
Ga aan de slag met het werkblad 

Slide 15 - Tekstslide