Frans toets H 1 les 1 en 2
1 / 18
Onderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
60
A
seize
B
soixante
C
six
D
soixantte
Slide 2 - Quizvraag
en anders nog?
A
et avec ceci?
B
ceci?
C
avec et ci?
D
avec merci?
Slide 3 - Quizvraag
bonne nuit
A
goedenacht
B
goedemorgen
C
goedemiddag
D
goede dag
Slide 4 - Quizvraag
je suis
A
ik heb
B
ik ben
C
ik houd
D
ik weet
Slide 5 - Quizvraag
avond
A
jour
B
après
C
nuit
D
soirée
Slide 6 - Quizvraag
À plus
A
ik spreek je later
B
tot ziens
C
doei
D
aangenaam
Slide 7 - Quizvraag
vous parlez
A
u gaat
B
u heet
C
u wilt
D
u spreekt
Slide 8 - Quizvraag
juffrouw
A
maddemoisselle
B
mademoiselle
C
mademoisselle
D
mademoisele
Slide 9 - Quizvraag
ik heet
A
je mappel
B
je m' apelle
C
je m' appel
D
je m'appelle
Slide 10 - Quizvraag
spreek je de laatste letter uit van: anglais?
A
ja
B
nee
Slide 11 - Quizvraag
hoor je de laatste e van : belle?
A
ja
B
nee
Slide 12 - Quizvraag
Hoor je de t van comment in: comment allez-vous?
A
ja
B
nee
Slide 13 - Quizvraag
s'enregistrer =
A
instappen
B
opstijgen
C
inchecken
D
aan boord gaan
Slide 14 - Quizvraag
le vol =
A
de vlieg
B
de afdaling
C
het vliegtuig
D
de vlucht
Slide 15 - Quizvraag
les départs =
A
de vertrekken
B
de vluchten
C
de aankomsten
D
de transfers
Slide 16 - Quizvraag
een stewardess=
A
un steward
B
une stewarde
C
une hôtesse
D
une hôtesse de l'air
Slide 17 - Quizvraag
een bagagekar=
A
un trolleur
B
un chariot à luggage
C
un chariot à bagages
D
un car de bagages
