Uiteenzetting Les 3: Onderwerp en hoofdgedachte

Nederlands
Schrijven: Uiteenzetting
Les 3
G 2
P1 2020-2021
1 / 23
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

In deze les zitten 23 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Nederlands
Schrijven: Uiteenzetting
Les 3
G 2
P1 2020-2021

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

Weet je het nog?
Een tekst voor een uiteenzetting kan geschreven worden in 4 verschillende tekststructuren:
  1. Verschijnsel-verklaringsstructuur
  2. Vraag-antwoordstructuur
  3. probleem-oplossingsstructuur
  4. vroeger-nu-toekomststructuur

Slide 13 - Tekstslide

1. Verschijnsel-verklaringsstructuur
Inleiding       Noemen verschijnsel
Kern               Kenmerken
                         Oorzaken
                         Gevolgen
Slot                Samenvatting en verschijnsel in toekomst

Slide 14 - Tekstslide

2. Vraag-antwoord structuur
Inleiding       Hoofdvraag stellen
Kern               Antwoord deelvraag 1
                         Antwoord deelvraag 2
                         Antwoord deelvraag 3
Slot                Samenvatting/conclusie + antwoord op hoofdvraag  
                        uit inleiding

Slide 15 - Tekstslide

3. Probleem-oplossingsstructuur
Inleiding      Probleem introduceren
Kern              Waarom is het een probleem
                        Oorzaak
                        Gevolg
Slot                Mogelijke oplossingen

Slide 16 - Tekstslide

4. Vroeger-nu-toekomst
Inleiding     Onderwerp aankondigen
Kern              Vroeger
                       Nu
                       Toekomst
Slot               Conclusie

Slide 17 - Tekstslide

Fase 1: orienteren
  • Bedenk samen (met je buurman/buurvrouw) een onderwerp waarover jullie een uiteenzetting zouden kunnen schrijven. Neem daar 5 minuten de tijd voor.

  • Klaar? maak dan individueel slide 19 t/m 23. Succes!

Slide 18 - Tekstslide

Formuleer nu een hoofdgedachte (de kleinst mogelijke samenvatting van je tekst) in 1 zin voor een tekst met een verschijnsel-verklaringsstructuur.

Slide 19 - Open vraag

Formuleer nu een hoofdgedachte (de kleinst mogelijke samenvatting van je tekst) in 1 zin voor een tekst met een vraag-antwoordstructuur.

Slide 20 - Open vraag

Formuleer nu een hoofdgedachte (de kleinst mogelijke samenvatting van je tekst) in 1 zin voor een tekst met een probleem-oplossingsstructuur.

Slide 21 - Open vraag

Formuleer nu een hoofdgedachte (de kleinst mogelijke samenvatting van je tekst) in 1 zin voor een tekst met een vroeger-nu-toekomststructuur.

Slide 22 - Open vraag

Je hebt nu....
  • Inzicht in hoe de uiteenzetting eruit gaat zien....
  • Inzicht in de 4 fases van het schrijven....
  • Zelf een onderwerp voor een uiteenzetting verzonnen....
  • Hoofdgedachtes geformuleerd bij de 4 verschillende tekststructuren...


Dit is het einde van deze les!

Slide 23 - Tekstslide