Laagland cursus 9 les 2 par. 2.1-2.3

Laagland Cursus 9, les 2
§2.1  Kennis en wetenschap,
§2.2 Humanisme,
§2.3 Renaissance
1 / 19
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

In deze les zitten 19 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Laagland Cursus 9, les 2
§2.1  Kennis en wetenschap,
§2.2 Humanisme,
§2.3 Renaissance

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Programma
  • bespreken huiswerk: controlevragen 1 t/m 9
  • gemaakte opdracht 1 en opdracht 2
  • §2.1  t/m 2.3 Kennis en wetenschap, Humanisme, Renaissance
  • Aan de slag, p. 84 verwerkingsboek: Het Spaanse heidinnetje 
  • Huiswerk: afmaken opdracht 3, controlevragen 10 t/m 13

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

antwoorden controlevragen 1 t/m 3

1. De hervorming ontstond door: onvrede over misstanden binnen de RK-kerk, de tot dan toe heersende kerk in Europa. Ontevredenheid bij burgers over de almacht van de hoge geestelijken. Burgers wensten ruimte voor eigen geloofsinzichten en wensten kerkdiensten in de volkstaal i.p.v. het Latijn.
2. Belangrijke hervormers zijn Maarten Luther en Johannes Calvijn.
3. Karel V streefde ook in de Nederlanden naar een centraal geregeerde absolutistische heerschappij en één geloof, het RK-geloof.

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

antwoorden controlevragen 4 t/m 6

4. De contraremonstranten en de remonstranten stonden tegenover elkaar, zij waren het oneens over de predestinatieleer. Dit religieuze conflict werd politiek toen Van Oldenbarneveldt zich aansloot bij de remonstranten en Maurits van Oranje bij de contraremonstranten.
5. Sporen in de literatuur van de Opstand: in strijdliederen.
6. Schrijvers over historische gebeurtenissen zijn Joost van den Vondel en P.C.Hooft. Vondel: ‚Het stokske van Van Oldenbarneveldt’ en van Hooft: Nederlandse Historiën.  

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

antwoorden controlevragen 7 t/m 9

7.  Jaartal 1585 belangrijk jaartal voor de Nederlanden vanwege de Val van Antwerpen: groot aantal kunstenaars en rijke kooplieden vestigen zich in Amsterdam, gevolg: explosieve groei van handel en rijkdom.
8. Term Gouden eeuw is eigenlijk alleen van toepassing op twee welvarende groepen binnen de samenleving: de elite: de rijke regenten en de hogere middenklasse en dit is maar 8-10% van de bevolking.
9. Statenbijbel: Eén volk, eén taal, eén Bijbel. Van grote invloed op de cultuur en taal van Nederland.

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wie is de ik-figuur in "Lof der Zotheid"?

Slide 6 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Exempla contraria (p. 111) betekent: 'verkeerde werelden', de omgekeerde wereld laten zien om gewenst gedrag te bewerkstelligen. Dus het weergeven van ongewenst, boers en onbeschaafd gedrag. In welke opdrachten zie je dit terug?
A
In 'Lof der Zotheid' van Erasmus
B
In ''t Stokske van Oldenbarneveldt' van Vondel
C
In 'Boerengezelschap' van Bredero

Slide 7 - Quizvraag

In Boerengezelschap (vorige les behandeld) maakt Bredero gebruik van dit principe. Het publiek wordt in de laatste strofe toegesproken. Heren en burgers wordt aangeraden boers gedrag achterwege te laten. (p. 111)

Andere voorbeelden zijn: een oude man met een groen blaadje of andersom: een oude vrouw met jonge man.

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

2.1 Kennis en wetenschap
  • In de middeleeuwen stond alles in het teken van het geloof, ook de wetenschap.
  • Vanaf de 16e eeuw verandert dit -> kennis en wetenschap worden bevrijd van kerk en theologie.
  • In het wetenschappelijke denken staan vragen centraal: over betrouwbare kennis en hoe kosmos en universum in elkaar zitten.

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Kennis in de 16e eeuw: Hoe kom je tot  ware kennis?
1. empirisme (Bacon, Locke) -> kennis gebaseerd op zintuigelijke ervaring & waarneming. Ervaring/waarneming is een betrouwbare bron voor kennis.

2. rationalisme (Descartes, Spinoza) -> basis ligt in het (kritische) verstand (=de ratio). Kennis ontstaat daar waar niet aan getwijfeld kan worden.

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat is de Copernicaanse wending?

Slide 13 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

2.2 Humanisme
  • Vlogboek 92 Boekdrukkunst en humanisme
    Erasmus

  • Het theocentrische wereldbeeld wordt vervangen door een meer antropocentrisch, op de mens gericht, wereldbeeld. -> studie menswetenschappen: grammatica, retorica, geschiedenis, literatuur en ethiek.
  • mens verschilt van dier door zijn vermogen tot spreken.

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 15 - Video

Deze slide heeft geen instructies

2.3 Renaissance
  • Vlogboek 100, Renaissance 
  • Renaissance (Italië), 'wedergeboorte' klassieke
    Oudheid in cultuur, kunst en literatuur te doen
    herleven en na te volgen.

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 17 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Aan de slag
 Ga naar  Laagland cursus 9, opdrachtenboek p.84, opdracht 3
Samen lezen  tekst 'Het Spaans heidinnetje',
en daarna aan de slag met de vragen!




Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Huiswerk

Afmaken opdracht 3 en bestuderen §2.1 t/m §2.3, maken de controlevragen (op de ELO) , vragen 10 t/m 13.

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies