h2 9.2

• Wiskunde
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 2

Programma       26 april

• Start
• Lesdoelen
• Bespreken proefwerk H8
• Tip van de week
• Terugblik huiswerk
• Aan de slag
• Afsluiting 

Lesdoel

Aan het eind van deze les ..

.. heb je geleerd vergelijkingen op te lossen met de balansmethode.

Proefwerk bespreken 

• Zorg dat je alleen markeerstift op tafel hebt liggen.
  
• Tel eerst in stilte je punten.
  
• Heb je een vraag of opmerking die alleen over jouw toets gaat zet een kruisje voor de opgaven en bovenaan bij je naam. 
  

Tip van de week!

Zorg dat je goed luistert naar de uitleg.

Maak aantekeningen van datgene wat belangrijk is. 

Bespreken

(5),6,7,9,10,11

9.1 Balansmethode

Vergelijking oplossen met de balansmethode!  Welke waarde heeft m?

 -2 m - 18 = 5 m + 17

 -5m          -5m

 -7 m - 18 =     17

        + 18      + 18 

   -7 m     =     35

      : -7          :-7

           m = -5      

   

9.2 Vergelijkingen oplossen

Opgave 14

Ester wil de vergelijking -2 (4 x - 3) = x + 24 oplossen. 

Haakjes wegwerken

Dit hebben we gehad in hoofdstuk 5.

• Tabel maken
• Papagaaienbek methode

1

Vergelijking oplossen

Dit hebben we gehad in paragraaf 9.1

• Balansmethode 

2

Antwoord op de vraag geven

Vraag nog een keer lezen. Wat wordt er gevraagd?

3

Aan de slag

Maken: 12,13,15,16

Kijk je werk na en verbeter dit met een andere kleur!!

Afsluiting

Noteer 1 ding die je mij wilt meegeven, zodat ik jou nog beter zou kunnen helpen voor mijn vak!

Vk Lineaire formule

y = 3 x + 8         y = 3 - 9 t

Hellingsgetal

Het getal voor de variabele x.

Het hellingsgetal is de vaste toename of afname bij een stap van 1.

Stapgrootte.

Startgetal

Het getal waar de grafiek op de verticale as begint.

Het getal in de tabel onder de waarde 0.

Begingetal

9.1 Verschil

Formule  (berekenen)

Vergelijking   (oplossen)                                                                                                                      

Een vergelijking heeft 1 variabele.                               Bijvoorbeeld: 3 x + 4 = 10

Een formule heeft 2 of meer verschillende variabelen.        Bijvoorbeeld: y = 3 x + 4