Wiskunde 5.4 procenten deel 1

1 / 27
volgende
Slide 1: Tekstslide
RekenenWiskundeMiddelbare schoolmavo, havo, vwoLeerjaar 1

In deze les zitten 27 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

1

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

1

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

1
2

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

1

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

1
2
3
4

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

1
2
3

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

4
1
2
3

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Vul de tabel verder in

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

1

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

2
1

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

1

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

1

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

1

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hoeveel procent is groen?
A
10%
B
20%
C
30%
D
40%

Slide 18 - Quizvraag

Benadruk dat optie B en C niet tot het goede antwoord leiden. Daarom moet je gewoon de onhandige originele volgorde gebruiken.
25% = ...
A
0,1
B
0,2
C
0,25
D
0,4

Slide 19 - Quizvraag

Benadruk dat optie B en C niet tot het goede antwoord leiden. Daarom moet je gewoon de onhandige originele volgorde gebruiken.
0,01 = ...
A
0,1%
B
1%
C
10%
D
100%

Slide 20 - Quizvraag

Benadruk dat optie B en C niet tot het goede antwoord leiden. Daarom moet je gewoon de onhandige originele volgorde gebruiken.
Hoeveel procent is geel?
A
10%
B
20%
C
30%
D
40%

Slide 21 - Quizvraag

Benadruk dat optie B en C niet tot het goede antwoord leiden. Daarom moet je gewoon de onhandige originele volgorde gebruiken.
0,351 = ...
A
0,351%
B
3,51%
C
35,1%
D
351%

Slide 22 - Quizvraag

Benadruk dat optie B en C niet tot het goede antwoord leiden. Daarom moet je gewoon de onhandige originele volgorde gebruiken.
20% van 60 =
A
1200
B
120
C
12
D
1,2

Slide 23 - Quizvraag

Benadruk dat optie B en C niet tot het goede antwoord leiden. Daarom moet je gewoon de onhandige originele volgorde gebruiken.
Hoeveel procent is niet rood?
A
20%
B
30%
C
40%
D
60%

Slide 24 - Quizvraag

Benadruk dat optie B en C niet tot het goede antwoord leiden. Daarom moet je gewoon de onhandige originele volgorde gebruiken.
60% van de 1200 leerlingen
komt op tijd. Hoeveel leerlingen komen te laat?
A
720
B
72
C
480
D
48

Slide 25 - Quizvraag

Benadruk dat optie B en C niet tot het goede antwoord leiden. Daarom moet je gewoon de onhandige originele volgorde gebruiken.
2,5% = ...
A
0,25
B
0,0025
C
0,025
D
2,5

Slide 26 - Quizvraag

Benadruk dat optie B en C niet tot het goede antwoord leiden. Daarom moet je gewoon de onhandige originele volgorde gebruiken.
15% van 300 =
A
4500
B
450
C
45
D
4,5

Slide 27 - Quizvraag

Benadruk dat optie B en C niet tot het goede antwoord leiden. Daarom moet je gewoon de onhandige originele volgorde gebruiken.