In deze les zitten 12 slides, met interactieve quizzen en tekstslide.
Onderdelen in deze les
Oefentoets periode 2
Deel 1
Slide 1 - Tekstslide
Hoe kom je voor jezelf op zonder bang te zijn een ander pijn te doen?
A
Door je grenzen te stellen en desnoods je stem verheffen als je zeker wilt zijn dat je duidelijk bent
B
Door goed te blijven communiceren over jouw behoeften en die van een ander
C
Door je grenzen te stellen en te communiceren door wat je wel/liever niet hebt.
D
Door je grenzen te stellen op te schrijven en dezen delen met degene die je vertrouwt.
Slide 2 - Quizvraag
Wat houdt een formeel gesprek in?
A
Een formeel gesprek is een zakelijk gesprek, zoals een gesprek tussen werkgever en werknemer. Of leraar/leerling.
B
Een formeel gesprek is een sociaal gesprek, zoals een gesprek tussen werkgever en werknemer. Of leraar/leerling.
C
Een formeel gesprek is een zakelijk gesprek, zoals een gesprek tussen jou en je vrienden.
D
Een formeel gesprek is een sociaal gesprek, zoals een gesprek tussen jou en je vrienden
Slide 3 - Quizvraag
Noem een primaire groep en een secundaire groep
Slide 4 - Open vraag
Omcirkel de antwoord(en) die niet met zelfreflectie te maken hebben ?
A
Je zegt: De andere persoon maakte de fout
B
Je zegt: ik had echt beter moeten opletten
C
Je zegt: De fietser rijdt tegen mijn auto aan!
D
Je zegt: We hebben allebei fouten gemaakt
Slide 5 - Quizvraag
Iedereen weet dat jij erg nieuwsgierig bent en altijd veel vragen stelt. Dat weet je zelf ook.
Je hebt er moeite mee als mensen zeggen dat je iets niet goed doet, maar dat weet niemand van je.
Je hebt zelf niet door dat je altijd een stuk rustiger bent als de leidinggevende in de buurt is. Je collega’s merken dat wel.
Je wist niet dat je het in je had omdat je bang bent voor bloed, maar toen je getuige was van een verkeersongeval, heb je zonder paniek en op rustige en correcte wijze hulp verleend.
Verborgen gebied
Blinde vlek
Open ruimte
Onbekend gebied
Slide 6 - Sleepvraag
Wanneer is iemand assertief? Meerdere antwoorden mogelijk.
A
Hij/zei geeft duidelijkheid
B
Je weet dat die gene jou met respect behandelt
C
Je weet zeker dat alle problemen worden opgelost
D
D. Je weet waar je aan toe bent
Slide 7 - Quizvraag
Heeft iedereen dezelfde normen en waarden? Leg uit waarom wel of waarom niet.
Slide 8 - Open vraag
Hieronder staan twee vormen van zelfreflectie. Zijn deze juist of onjuist?
Reflecteren op je persoonlijk functioneren.
Reflecteren op je beroepsmatig handelen.
A
1 is juist en 2 is onjuist
B
1 en 2 zijn beide juist
C
1 en 2 zijn beide onjuist
D
1 is onjuist en 2 is juist
Slide 9 - Quizvraag
Wie zijn het vaakste slachtoffer van ongewenste intimiteit?
A
Meisjes en vrouwen
B
Jongens en mannen
C
Zowel meisjes als jongens
D
Zowel jongens als mannen
Slide 10 - Quizvraag
Een groepslid die buiten de groep valt en de schuld krijgt van allerlei zaken die in de groep plaatsvinden. Deze persoon noem je ook wel een....
Slide 11 - Open vraag
Wat houdt seksueel geweld in?
A
Er is sprake van geweld en het is tegen de zin van het slachtoffer is.
B
Er is sprake van aanranding tegen de zin van het slachtoffer
C
Er is sprake van verbaal geweld en het is tegen de zin van het slachtoffer
D
Er is sprake van non-verbaal geweld en het is tegen de zin van het slachtoffer